The Dwarfs of East Agouza - (c) Geert Vandepoele

Vrije geesten op Summer Bummer

Het Antwerpse Summer Bummer is al jaren een viering van vrije geesten. De geest van jaimie breezy branch hing over de eerste avond. Politiek, muzikaal dwars en geweldig eigenwijs.

Fly, jaimie, fly. Niemand die vorig weekend zoveel over de tongen is gerold als jaimie breezy branch. La branch speelde dan ook haar allereerste Belgisch show in de Antwerpse De Studio, nu dik vier jaar geleden bij Oorstof, de organisatie die op dezelfde plek ook deze Summer Bummer organiseerde. Presentator Guy Peters had toevallig vastgesteld dat dat nét iets te nauw gekochte Fly Or Die shirt ‘m ondertussen wel weer paste (proficiat Guy!) en was dan ook getooid in het enige zwart-gouden uniform dat op deze viering van vrije geesten paste. Peters zou de rest van het weekend zijn introducties larderen met branch-quotes en hier en daar een politieke sneer (helemaal in breezy’s geest). Dat leverde hem tegen het einde van het weekend een harde kern aan Antwerpse fans op, die ‘m luid op het podium verwelkomden toen hij de job van zijn leven kwam doen – het duo Peter Brötzmann-Hamid Drake aankondigen. Maar dat is voor later, laat ons beginnen bij het begin.

Langoureus

Ocean Eddie - (c) Geert Vandepoele
Ocean Eddie – (c) Geert Vandepoele

Ocean Eddie, het kersverse trio van Stan Maris (accordeon), Andreas Bral (piano en harmonium) en Viktor Perdieus (sax) had de eer de festiviteiten te openen. Bral opent de set zacht met melodieuze lijntjes op de licht geprepareerde piano. Maris brengt de drones van Kreis mee en Perdieus voegt met zijn warme toon en mooie langoureuze passages het sluitstuk toe. Later in de set begeleiden Perdieus en Maris Bral doorheen een grootse, stevig aangezette melodieuze pianopassage. Of blijven de drie rondom een uit percussieve stootjes opgebouwde melodie van Perdieus borduren totdat die bijna geruisloos in het niets verdwijnt. Knap opgebouwde set van deze jonge openers.

Tashi Dorji - (c) Geert Vandepoele
Tashi Dorji – (c) Geert Vandepoele

Wat nog te zeggen over Tashi Dorji? De Buthanese, naar de States uitgeweken gitarist en protégé van Ben Chasny (Six Organs of Admittance) speelde zijn Europese debuut in 2015 in de directeurszaal van De Studio, ook al een productie van Sound In Motion. Na een paar paar pogingen om ‘m in Stormkop en het AB Salon op het podium te hijsen die strandden op ‘onvoorziene omstandigheden’ (lees: stroeve visumverstrekkers – Eichmann was een ambtenaar…) was het vandaag dus wel gelukt: voor het eerst zou Dorji op Europese bodem een volledig akoestisch concert spelen. Hij bracht zijn buitenaardse ragas en schrapende meditaties – ergens tussen Bill Orcutt en een groovy versie van Derek Bailey in – bovendien in De Rotonde, wat een prachtige omgeving was om ’s mans uitgeklede en onopvallend virtuoze improvisaties te ondergaan. De mooiste passages waren die waarin Dorji het gros van zijn snaren dusdanig had ontspannen dat zijn gitaar kletterde als een ontstemd spinet, maar op één snaar toch nog een mooie melodie aan zijn instrument wist te ontlokken – een truukje dat we hem wel eerder hebben weten bovenhalen, maar dat niettemin garant stond voor een vroeg hoogtepunt.

Exuberant

De Zwitserse rietblazers Christian Kobi en Hans Koch waren misschien de namen die het minste belletjes deden rinkelen. Onterecht: Christian Kobi werkte in het verleden samen met John Butcher, Keith Rowe en Phill Niblock en Hans Koch kan Fred Frith, Paul Lovens, Barry Guy én Cecil Taylor in zijn Curriculum Vitae vermelden. Kobi en Koch werden verondersteld een trio te spelen met Ann Eysermans, maar die moest wegens ziekte de openingsdag van Summer Bummer aan zich laten voorbijgaan. Dus – improvisatie – werd het trio bijgesteld naar een kwartet met de Gentse violiste Elisabeth Klinck en de Libanese Youmna Saba op elektrische oud. Het viertal bracht het soort impro waarbij de spelers mekaar veel ruimte gunnen en niet altijd meteen op mekaars spel inhaken. Nu eens gingen ze exuberant, maar net zo goed werden de improvisaties vaak klein gehouden. Ons persoonlijke hoogtepunt in de set was het moment waarop een drone ontstond van het soort waarbij je je onvermijdelijk begint af te vragen of de stemmen die je hoort zich in je hoofd afspelen, dan wel ontsproten zijn aan de klankencombinatie die op het podium ontstaat.

Wildemannenmuziek

The Dwarfs of East Agouza - (c) Geert Vandepoele
The Dwarfs of East Agouza – (c) Geert Vandepoele

The Dwarfs Of East Agouza vinden hun oorsprong in jams in het appartement dat Alan Bishop (Sun City Girls, Alvarius B.) een decennium geleden betrok in Cairo: Bishop vond daar medehuurders in Sam Shalabi (Land of Kush) en Maurice Louca. Shalabi trekt de set meteen wijd open met een stukje venijnig twangende gitaar: ergens tussen surf en de souk in. Louca voorziet de ene keer darbouka-achtige multiritmes, dan weer iets abstractere beats en tovert her en der een Arabisch aandoende melodielijn uit zijn synth. Bishop wisselt af tussen akoestische gitaar, sax en vocalen zoals alleen hij die kan brengen: van maniakale gorgelzang tot waanzinrant, al dan niet vergezeld van een duivelse mime-act. Het was wildemannenmuziek waarbij het ons voor de eerste keer die dag speet dat iedereen op een tribune zat en het dus moeilijk dansen was.  

Lisa Ullén (piano), Elsa Bergman (bas) en Anna Lund (drums) vormen samen de ritmesectie van Anna Högberg Attack en stonden in die hoedanigheid in 2019 al op Summer Bummer en in 2016 in een afgeslankte versie op het lanceringsfestival van Summer Bummers Dropa Disc-label. Vandaag speelden ze voor het eerst live als Space, een klassiek bas-drum-piano-trio, dat onlangs een gelijknamig en goed onthaald debuut uitbracht. Het zou de enige keer zijn dat we tijdens deze Summer Bummer een bedenking hadden bij de geluidsmix. De piano van Ullén en Bergmans bas verdwenen in de meer manische passages al te vaak een beetje in de mix, ten voordele van Anna Lunds stevige drumspel. Dat drumspel was nochtans één van de krachten van Space: Lund was impressionant met weinig meer dan een basic drumstel en vaak schuwde ze er niet voor om op een uitgebeend drumpatroon te vertrouwen: minder kan ook meer zijn. Maar de passages waarin Space het meest overtuigde, waren die wanneer het trio gas terugnam en op ingehouden spanning speelde – dat de geluidsmix in die passages wél alle leden van het trio eer deed, hielp daarbij.

Nosferatu

PRAED Orchestra - (c) Geert Vandepoele
PRAED Orchestra – (c) Geert Vandepoele

Raed Yassin en Paed Conca kunnen ondertussen bijna op de vaste loonlijst van Oorstof. Als Praed speelden ze vorig jaar al op het festival. In september kwam Yassin als onderdeel van “A” Trio vervolgens terug om deel te nemen aan de Visitations serie, waarbij ze aan de slag gingen met Groovecats Deluxe. Nu was eindelijk het moment daar voor een uitgebreide Praed Orchestra! Set. Behoorlijk exclusief, want dat orchestrale opzet vond tot hiertoe maar één keer plaats, en wel in een zwaar gesubsidieerde setting in de Arabische Emiraten. Die set kwam uit als het driedubbele ‘Live in Sharjah’. Van de originele dertienkoppige bezetting kwamen naast Conca en Yassin ook Alan Bishop, Radwan Ghazi Moumneh (Jersusalem in my Heart), Sam Shalabi (Land of Kush, Dwarfs of East Agouza), Michael Zerang, Hans Koch, Maurice Louca (The Dwarfs of East Agouza, Karkhana), Khaled Yassine en Martin Küchen mee naar Antwerpen. Zij werden aangevuld met Elisabeth Klinck, Els Vandeweyer (bekend van samenwerkingen met Fred Van Hove), Christian Kobi, Andreas Bral, Youmna Saba en Stan Maris, wat resulteerde in een zestienkoppig ensemble.

Raed Yassin leidde zijn troepen met zachte hand en zichtbare trots. Na drie dagen repetitie stond het orchestra er – een enkel gemist ritme vroeg in de set niet te na gesproken – geen geringe prestatie. De verschillende gezichten van het orkest – Arabisch chanson, groots opgezette orchestrale arrangementen, vrije improvisatie, ruige dansvloerbeats – die op ‘Live in Sharjah’ netjes over de verschillende plaatkanten verdeeld werden, liepen in Antwerpen meer door elkaar heen.

De basis is dezelfde als bij Praed: de klarinet van Conca die onvermoeibaar de conversatie aangaat met de doordraaiende synths van Yassin. Daaromheen schilderen Conca en Yassin een uitbundig schilderij met op het palet alle ter beschikking zijnde muzikanten.

Een hoogtepunt van naar schatting een kwartier: het improvisatierondje waar Yassin de improvisatie doorgeeft van de snaarinstrumenten naar achtereenvolgens de blazers, de percussionisten en de elektronica en vibrafoom om vervolgens – alle registers open – weer bij het Praed-maximalisme te belanden. Wanneer daar Radwan Ghazi Moumneh en Alan Bishop nog eens hun wereldstemmen aan toevoegen gaat het dak eraf. Ook onvergetelijk: Alan Bishop die een soort zingende Nosferatu opvoert en zich tijdens een instrumentale passage dan maar op de eerste rij tussen de fotografen neerplant. Het resultaat was groots, hartverwarmend, bij momenten hilarisch en altijd vermakelijk. Dat niet iedereen daarvan overtuigd was, mag als pluim op de hoed voor de organisatie: Summer Bummer programmeert avontuurlijk en eigenwijs en dan kan je niet iedereen de hele tijd blij maken.

PRAED Orchestra - (c) Geert Vandepoele
PRAED Orchestra – (c) Geert Vandepoele

Gezien: Summer Bummer Festival 2022 – vrijdag 26 augustus 2022

tekst:
Stijn Buyst
beeld:
20220826-The-Dwarfs-of-East-Agouza-c-Geert-Vandepoele-5378
geplaatst:
do 8 sep 2022

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!