Fire Records is jarig en dat moet gevierd worden. Dat doet het label onder meer door een massieve heruitgave van het werk van de legendarische band Half Japanese. Vorig jaar werd ‘Half Gentlemen Half Beasts’ opnieuw uitgebracht ter gelegenheid van Record Store Day. De drie cd’s (vier lp’s) bevatten het vroegste werk van Half Japanese. In 1975 begonnen Jad en David Fair met het opnemen van cassettes en verdeelden die zelf aan labels die ze goed vonden en aan bevriende muzikanten, kunstenaars en dies meer. In 1977 verscheen de eerste single ‘Calling All Girls’, waarna een resem cassettes volgde. Uiteindelijk werd een deel van dit vroege werk gebundeld, meteen in een box van drie platen, en zo kon de bredere wereld kennismaken met de naïeve, ietwat bevreemdende en avant-gardistische rammelpop van Half Japanese. Tegelijk begint Jad Fair soloalbums uit te brengen en werkt hij samen met Moe Tucker en Daniel Johnston. Om hun liedjes live te brengen, werken de Fairs met gastmuzikanten, die uiteraard in de pas van de Fair’s dienen te lopen. De onconventionele manier van componeren en zingen, wars van alle genregrenzen, en de houding om gewoon hun zin te doen, zorgen ondanks alles voor behoorlijk wat erkenning, tot een tournee met grote fan Kurt Cobain’s Nirvana toe. Ondertussen zijn drie volumes uit, het vierde en laatste volgt in november, van het verzamelde werk, waarop telkens een paar albums bijeen werden gebracht en van een aantal bonussen voorzien. Jad en David Fair schreven uitgebreide teksten voor het bijgeleverde boekje en Jad pimpte het artwork ietwat op. De eerste box bevat ‘Loud’, waarop Half Japanese werd uitgebreid met de twee saxofonisten John Dreyfuss en Lana Zabko, gitarist Mark Jickling en Rick Dreyfuss op drums. De klassieke bezetting zet een potje rock’n’roll doorspekt met avantgarde, noise en freejazz neer die tot op de dag van vandaag blijft verrassen. ‘Our Solar System’ is een mooi voorbeeld van een romantische ingesteldheid naar meisjes toe die in dwarse liedjes vol experimentele fragmenten en noise zitten ingebed. De groep, snel befaamd om zijn eigenzinnige covers, zet hier onder meer ‘European Son’ van The Velvet Underground naar zijn hand. ‘Sing No Evil’ bevat dan weer nummers die de groep, die zoals zovele anderen ook opnieuw de hort op gaat, zoals ‘Firecracker Firecracker’ en ‘Dearest Darling’, die nog steeds publiekslievelingen zijn. ‘Volume Two’ bevat alvast de bekendste plaat die Half Japanese ooit maakte: ‘Music To Strip By’, een plaat waarop alles perfect op zijn plaats valt en Jad Fair (David heeft zich grotendeels op een burgerlijk bestaan gestort) in zijn allerbeste doen is. Verder ook nog ‘Cgarmed Life’ en het behoorlijk experimentele ‘The Band That Would Be King’. Inderdaad, een scheut humor is bij deze zotskappen nooit veraf. Het derde volume opent met ‘We Are They Who Ache With Amorous Love’, een behoorlijk chaotische plaat, zelfs voor Jad Fair, waarop een grandioze cover van ‘Gloria’ en twee nummers die met Daniel Johnston werden ingeblikt. ‘Fire In The Sky’, met Ira Kaplan (Yo La Tengo) als gast, brengt hen brede erkenning bij bands als Teenage Fanclub en Sonic Youth, wat uiteindelijk resulteert in het door MTV geplugde album ‘Hot’. Het slot van het parcours volgt later dit jaar. Nu doen we het met deze uitgebreide n zeer diverse opfrissing van het werk van één van de outsiders in het muzikale universum van de vorige eeuw.