Terwijl zijn drie vroegere kompanen hun hebzucht schaamteloos stillen met alweer een nieuwe wereldtournee, blijft Dead Kennedys-frontman Jello Biafra zich toe leggen op spoken wordperformances en Alternative Tentacles. Eerstdaags verschijnt er een opnieuw een samenwerkingsalbum, deze keer met niemand minder dan The Melvins. (Eerder verschenen er platen waarop Biafra samenwerkte met NoMeansNo, D.O.A. en Ministry (als Lard).) Hij is niet helemaal zonder kleerscheuren uit de hele Dead Kennedys rechtzakenaffaire gekomen, maar hij had tenminste een leven na die legendarische Amerikaanse punkband. Dat kan van die drie andere sukkels helaas niet worden gezegd, maar dit terzijde. Alternative Tentacles draait al een hele poos mee en bracht in het verleden ijzersterke releases uit van onder meer Alice Donut, Neurosis, Grotus, Victims Family en NoMeansNo. De meeste bijval kreeg het label eind jaren tachtig, begin jaren negentig. Er verscheen nadien nog wel nieuw werk, met af en toe een debutant. Echt veel stof deed het label buiten de eigen punkparochie echter niet meer opwaaien. Anno 2004 komt het label uit San Francisco op de proppen met drie frisse releases die stilistisch schipperen tussen black metal, garagerock en glamrock. Hiermee illustreert Alternative Tentacles dat het nog steeds niet voor één gat te vangen is, een kenmerk dat wij alleen maar toejuichen. Het dichtst bij de initiële harde releases aanleunend is de compromisloze metal van Ludicra, een vijftal uit Oakland, Ca bestaande uit leden van onder andere Impaled. Het cynisch getitelde Another Great Love Song is hun tweede cd en meteen een flinke stap voorwaarts. Het uitgangspunt is black metal, maar de band is verstandig genoeg om het geluid te larderen met fragmenten hardcore, psychedelica, death metal, grindcore en progressieve rock. Another Great Love Song laat zich bijgevolg catalogeren tussen Darkthrone en vroege Mayhem enerzijds en (in mindere mate) Neurosis, Logical Nonsense en het jammerlijk zwaar onderschatte Leviathan anderzijds. (www.ludicra.org)
Van een compleet andere orde is de energieke neo-garagerock van The Sermon. We horen hippe gitaarbandjes als The White Stripes of The Hives. Maar ook die zijn verre van origineel. Dus wat zou het? Tien jaar terug hadden we hen vergeleken met The Nomads, Fuzztones, Lyres, The Gun Club of Replacements, die op hun beurt dan weer verder borduurden op The MC5 en The Stooges. Verder is The Sermon schatplichtig aan een dozijn sixtiesbandjes, de punkrock van het Crypt-label en de blues van Jon Spencer.
Als tiener viel Biafras oog op een artikel in het door Patti Smith-gitarist Lenny Kaye gerunde rockmagazine Rock Scene over Zolar X. Jaren later vindt hij in de uitverkoopbakken van één van San Franciscos belangrijkste platenzaken, Aquarius, een bootleg van diezelfde band. De twintig nummers op Timeless (opgenomen in 76, 79 en 80) zijn de getuigenis van een kleurrijke, cartoonachtige band die opgericht werd in 1972 en er negen jaar later mee ophield. Niets nieuwlichterij dus, maar een regelrechte one way retrotrip naar seventies hardrock, glamrock, pubrock en aandoenlijke sci-fi. Dat laatste mag letterlijk worden genomen want het imago en de podiumact van Zolar X was zwaar beïnvloed door Star Trek, puntoren en hoofdantennes incluis. Ruimtepakjes, plateauschoenen, Brian Jones-kapsels en decorstukken weggesleepd uit stripverhalen: over de top en 100% kitsch, maar Zolar X is zo authentiek als de pest. Qua uiterlijk net zo mesjogge als en destijds enkel geëvenaard door The Sweet of Kiss. Ze klinken als een kruising tussen The New York Dolls, David Bowie in zijn Ziggy Stardust-periode en Roxy Music toen Brian Eno er nog bij was. Meer dan twee decennia heeft het geduurd alvorens de muziek van deze unieke band kreeg wat het verdiende, namelijk een verzorgde (her)uitgave opgesmukt met massas fotos en een biografie. Wie verder kijkt dan de gimmick, hoort een band die absoluut niet gedateerd klinkt. Bovendien mag en kan dit soort bandjes opnieuw. Als het met The Darnkess kon, moet het met Zolar X ook lukken. Alleen is Alternative Tentacles daarvoor waarschijnlijk te veel een luis in de pels van het ganse muziekcircus. (www.geocities.com/zolarx1)