De Trakya All Stars zijn zigeuners wier voorvaderen in de jaren 1950 van Thessaloniki naar Thracië, Turkije trokken. Ze zijn in zee gegaan met de Turkse meesterpercussionist Burhan Öçal om een album op te nemen dat de grens tussen Turkije en de Balkan eindelijk eens volledig doet vervagen. Die grens bestaat namelijk enkel op de kaart. Aan deze muziek is vervolgens subtiele elektronische muziek door de Tunesische luitspeler Smadj toegevoegd. Dit maakt het geheel tot een stijlvol hedendaags amalgaam zoals Smadj ook pleegde te doen in zijn laatste album met DuOud, genaamd ‘Sakat’. Het resultaat is wederom een sterk traditioneel album dat tegelijkertijd uiterst modern aandoet door de frisse hedendaagse elektronica die Smadj naadloos onder deze muziek legt. Er zitten maatsoorten variërend van 4/4 tot 9/8 onder de tracks waar Jean-Pierre Smadj op een smakelijke en op muzikale wijze raad mee weet. En zo ontstaat er kwalitatief goede traditionele en tegelijkertijd elektronische dansmuziek. Daarnaast is de zang van de veertienjarige (!) zangeres Burçu Baº in een drietal tracks fenomenaal. Muzikaal, met een mooi timbre en doorleefd. Jammer dat de voorlaatste track, een matige improvisatie van wat glitch en junglegeluiden van Smadj en de darbuka van Öçal, per se op het album moest. Leuk voor in de studio of een ander project, maar een wormvormig aanhangsel van dit album.