Stevie Wonder heeft twee nieuwe albums gemaakt. Zo was ik deze recensie graag begonnen, maar helaas ging Stevie vanaf de jaren 80 compleet de mist in. Zijn baanbrekende albums uit de jaren 70 daarentegen, zinderen nog altijd na. Dicht bij zijn thuis, maar ook aan de andere kant van de wereld. Jeremy Ellis uit Detroit en Mark de Clive-Lowe uit Nieuw-Zeeland houden de erfenis van Wonder levend. Artiesten als Maxwell en Erykah Badu doen dat ook, heel goed zelfs, maar betreden weinig nieuwe paden. Beiden kiezen radicaal voor de vernieuwing. En stellen zich meteen kandidaat voor beste album van het prille jaar. Toetsenist Mark de Clive-Lowe is al jaren een belangrijke sessiemuzikant voor oa. 4Hero en Bugz In The Attic, maar bracht ook al enkele sterke singles uit (zoals ‘Relax Unwind’ voor het MAW-label). ‘Tides Arising’ past perfect tussen de albums van deze producers: soul, jazz, broken beats, house en latin in een perfecte mix. De sound is heel warm, swingt en verleidt. Gastbijdragen van Bembé Sebué (zie ook DKD), Abdul Shyllon (microfoon) en Pino Palladino (DAngelo) op bas maken de nummers àf. Een nieuw hoogtepunt voor de relatief jonge brokenbeat-stroming. Al is broken beats wellicht een te nauwe term om deze parel te omschrijven. Net zo voor Jeremy Ellis. Die haalde meer invloeden bij Herbie Hancock, Detroit-techno en zijn reizen naar Puerto Rico. Dat die niet perfect verlopen zijn (zo verloor hij zijn laptop waarop hij al een pak nummers geschreven had), kan je elders in deze Gonzo lezen, maar de kwaliteit van The Lotus Blooms heeft er zeker niet onder geleden. Ook Jeremy is toetsenist en werkte al met John Arnold en Carl Craig. Behalve een streep gitaar van Arnold, speelt hij hier alle instrumenten en zingt hij zelf. Op zijn album zijn dus meer Puertoricaanse invloeden aanwezig (de cover ‘Cortano a Elena’). Toch zijn het de soulvolle, in Detroit verankerde nummers die de meeste indruk maken, zoals de broken beats van ‘These Passing Days’, ‘Lil’ 808 Thing’ of de suite ‘Callelunakarma’ (van hiphop naar house en jazz en weer terug). Het fenomenale titelnummer is house, gospel (zijn stem in meerder lagen opgenomen), soul en jazz tegelijk. Het lijkt wel een nieuwe versie van Sly Stone‘s ‘Family Affair’. Beide heren zijn live ook zeer de moeite en toeval of niet, allebei omschrijven ze het als “freestyle”. Niets vooraf programmeren, maar één worden met de machines om soulmuziek in een volledig nieuwe richting te sturen. Ellis doet dat ook live zelfs helemaal alleen. Verplicht uzelf ondertussen niet om een keuze te maken tussen deze twee albums. ‘Tides Arising’ en ‘The Lotus Blooms’ zijn twee essentiële platen voor 2005.