The Chord Catalogue van Tom Johnson is precies wat het zegt: een catalogus van akkoorden. Alle mogelijkheden van twee tot dertien noten in een octaaf zijn systematisch genoteerd. Dat levert 8178 verschillende akkoorden op. Volgens Johnson is het niet meer dan een natuurlijk fenomeen. Iets dat aanwezig is in ons toonsysteem en hij simpelweg heeft geobserveerd in plaats van ontdekt: It is not so much a composition as simply a list. Een dergelijk simpel idee lijkt een dodelijk saai muzikaal resultaat tot gevolg te hebben. Maar het stuk ontvouwt zich als een meeslepend minimal meesterwerk. In een goed half uur jast componist en pianist Samuel Vriezen alle akkoorden er doorheen. Alleen het tempo is al een prestatie op zich, Johnson zelf trekt er iets meer dan een uur voor uit. Het stuk zit vol nervositeit. Het constante gehamer, de afwerking van de akkoorden, werkt op de zenuwen. De muziek bezit een soort onontkoombaarheid. Het sleurt je constant terug naar de machinale verwerking van het notenmateriaal. Maar onder het lopendebandwerk ontstaan prachtige resonanties. In de raderen van de akkoorden vormen de afzonderlijke noten flarden van melodieën, tot een laatste cluster van dertien noten klinkt. Het tweede stuk op de cd is van Vriezens eigen hand, Within Fourths/Within Fifths. Het heeft een zelfde systematische rigiditeit, maar de klankwereld die zich ontvouwt, is vele malen contemplatiever. Het tempo is langzamer. De muziek daardoor veel rustiger. Als tegenhanger van Johnsons akkoordenfabriek voelt het aan als een meditatieve droom. Ook hier trekken de noten je de muziek in. Dat gebeurt alleen op een veel minder dwingende manier. De kalme opeenvolging van akkoorden genereert een ruimte tussen of achter de akkoorden: klank. De akkoorden vormen niet zozeer de hoofdmoot van de compositie, zij zijn eerder middel om gestaag tot een uitgesponnen wereld van geluid te komen. Die tussenruimte wordt daarmee een handreiking, een uitnodiging om die wereld binnen te stappen. Een uitnodiging om klank te worden.