Meer dan zestien jaar na de oorspronkelijke release in 1979 is Rappers Delight nog steeds een fris geluid en één van die zeldzame singles die haast elke fuif in de juiste richting kan duwen. De geschiedenis van de single en van het succes van Grandmaster Flash is minder fris. Er hangt na al die jaren nog steeds een waas van onduidelijkheid en onvolledigheid over de juiste credits. Wie mag het succes van deze hiphopsingle, die het genre voorgoed lanceerde, voor zijn rekening nemen? Feit is dat de jonge zwarte New-Yorkers uit de Bronx, Queen Island en Long Island niet het minste idee hadden van de commerciële potentie die hun sound, hoofdzakelijk geleend van de Jamaicaanse sound systems, had. Muziekveteranen Sylvia en Joey Robinson zagen wel de mogelijkheden en pikten er gretig op in. Opvallend is dat al naargelang de persing de credits verschillen. De persing uit 1989 vermeldt enkel Robinson, terwijl op deze nieuwste verzamelaar naast Robinson ook Nile Rodgers van Chic een vermelding krijgt. Chic speelde de backing track in, maar zijn collega Bernard Edwards wordt dan weer over het hoofd gezien. Zo zijn er wel meer hiaten. De fameuze openingszin The Hip-hop-de-hip-hip is van de hand van Dj Hollywood en Lovebug Starksi, maar ook zij zijn nergens in de credits opgenomen. Dat Rappers Delight de eerste hiphopsingle zou zijn is op zich al een misverstand. De term rap komt uit het nummer America Is My Home, een epische song van de hand van godfather James Brown en het was The Fatback Band die eerder in hetzelfde jaar als Grandmaster Flash, met King Tim III (Personality Jock) de eerste hiphopsingle afleverden. Alleen is King Tim III een half afleggertje en Rappers Delight een stuiterende pingpongbal, die wars van alle onduidelijkheden, perfect de tijdsgeest van het zwarte New-York eind jaren 70 vat en hiphop op de muzikale kaart plaatste. Een mijlpaal, een klassieker, essentieel luistervoer.