Toegegeven, het geeft tijd gekost, we hebben hard moeten kauwen om Some Beans & an Octopus verteerd te krijgen. Doorgeslikt en goed gesmaakt. We drinken een borrel, alcoholvrij en toch dronken, van een plaat, het kan. Adam Butler, een Brits computerspecialist die zijn hart volgde, de liefde, altijd opnieuw de liefde, en in Keulen belandde verwierf naam met zijn glitchy pianospel. Vert zijn eerste wapenfeit was een glansrijke bewerking van The Köln Konzert van Keith Jarret. Butler vertimmerde het werk met verve, schrapte alle overbodige franjes weg en hield vooral heel weinig over. Weinig, Alles en vooral tonnen Lef, dat is de reden waarom we van Vert hielden en vandaag, de liefde is gebleven, nog steeds houden. Nine Types Of Ambiguity en Small Pieces and Loosely Joints waren platen waarop de Brit voluit met dansmuziek, hip hop en zelf flarden drum&bass goochelde, drum&bassgrootmeester Boymerang en ook Sonic Youth zijn twee van zijn belangrijkste inspiratiebronnen vertrouwde een schuchtere Butler ooit toe. Een inbraak in zijn homestudio – zijn pc, opnames en back-uptapes werden gestolen – was voor Butler het moment om radicaal een lijn onder zijn vroegere werk te trekken. Op Some Beans & an Octopus horen we een herboren Butler die openlijk flirt met musicals, verbasterde bigbandsounds, flamenco en voor het eerst zingt, of eerder teksten declameert. Kauwen en doorslikken, dat was de boodschap. Op zijn best klinkt Butler als een gretige Herbert die muzikaal de degens kruist met het beste werk van de Anticonposse. Immer Brits, stijlvol en met tonnen flair laveert Butler ons door Swinging Cities. Muziek voor de grootstad, de flard Turkse trouwmuziek op This One en de stevige scheut R&B nemen een loopje. Ik herkauw, ik ben dronken, van een plaatje. Het kan, nog steeds, heerlijk gevoel is dat.