Volkskathedralen noemt Paul Spapens ze, de goede 500 kapellen – veelal in aanbidding van Maria (de moeder, niet de hoer) – verspreid over Brabant. Uitingen van het Rijke Roomsche leven zoals gevierd tussen de Pacificatie in 1917 en de Karl Marx Universiteit in 1969 – nota bene in de stad die de bijnaam Rome van Brabant droeg. Maar ook onderdeel van het evidente volksgeloof in het Katholicisme in Nederland, zoals dat er in is geslopen sinds de komst van St. Willibrord in de zevende eeuw. De plek waar oude Germaanse gebruiken samen kwamen met Rome.
Kwamen, want sinds de jaren ’60 verlaat ook in Brabant het katholicisme de harten van de gelovigen, maar tradities en volksgeloof blijven. En dus ook de volkskathedralen, de centra van deze volksbeleving. Een volksbeleving die op vrijdag 27 mei centreerde rond de presentatie van Maria Kapel, de uitwerking van Ben Chasny’s ervaringen een jaar geleden in het kader van Glocal; het globale regionale project van Incubate. Een serene en intense avond in een woonkamer waar God de ruimte reeds had verlaten, maar de Geest nog niet.
Toeval – of, meer waarschijnlijk, een goede planning van de heren Incubate – wil dat Peter Broderick momenteel in Hilvarenbeek op ecologische boerderij ’t Schop verblijft. Tien dagen lang ruikt hij aan het Brabantse landleven in het kader van Glocal, zoals Ben Chasny een jaar terug langs de kapellen trok. Aan hem de opdracht om de dienst in de Ursulinenkapel te openen. Dat doet hij met vijf liefelijke werken. Broderick bijt nergens, maar de multi-instrumentalist levert muzikaal technisch perfect werk af, maar kan onderstaande niet raken. Alleen het moment dat Broderick de viool onder de kin schuift om midden tussen het publiek de zaal bespelen, komt er wat spanning in de set die echter geen moment slecht is. Broderick – bijgestaan door een zekere Laura – sluit af met een werk dat de afgelopen week is ontstaan. Hiermee onderschrijft hij – (wellicht) onbedoeld – de totale vervreemding van de stadsmens met het platteland, die een conversatie probeert aan te gaan met de koeien, kalveren en schapen op ’t Schop. Een mooie opener, maar niet direct memorabel.
Dat wordt de tweede helft van de avond wel. Na een voordracht van Paul Spapens – de man die Ben Chasny vorig jaar rondleidde langs Mariakapellen – over opkomst en verval van het Rijke Roomsche Leven en de daarbij horende Volkskathedralen is de bühne aan Six Organs Of Admittance. Terwijl het fallusvormige glas-in-lood steeds minder licht van buiten binnen laat, neemt Ben Chasny ons de eerste drie nummers mee op pad door het Brabantse land. Langs de Maria-verering, brandende waxinelichtjes, herdenkingskapellen en volksreligie.
Geen liefelijke dromerigheid bij Chasny, maar directe beelden. De spanning tussen ontkerkelijking en de centrale plaats van de Mariakapel in de Brabantse gemeenschap. Het is haast alsof je half Tilburg traditioneel langs de snoepjeskraam bij de Hasseltse Kapel ziet schuifelen. Zoetigheid en daarna Maria, Maria en daarna zoetigheid. Chasny houdt het echter op drie vanwege de technische complexiteit en omdat we ze allemaal al in de Pauluskerk hebben gehoord tijdens Incubate het afgelopen jaar. Daarna volgt Shelter From The Ash, meesterlijk uitgevoerd. De Amerikaan is in vorm, een enkele slip daargelaten, beheersen zijn vingers magie. Een magie waarin voortdurend ruimte is voor scheuren, schuiven en krassen. In een set die voortdurend de aandacht vast houdt. Van iedereen. Six Organs Of Admittance is een van de sterren die de free folk momenteel te bieden heeft. Een ster die zich duidelijk thuis voelt in Tilburg, en daarmee ongedwongen kan spelen. Mocht er nog iemand in de zaal zijn geweest die zich niet had voorgenomen de lp Maria Kapel te kopen; hij of zij is na de eerste drie nummers snel overtuigt. Een lp die na het optreden grof aftrek kent. Helaas zelfs aan het eind van de avond niet meer te krijgen is. Een goed teken, maar niet zo voor ondergetekende die helaas net achter het net vist. Een goed teken en goede graadmeter voor de show, waarin hij zijn laatste twee bezoekjes aan Tilburg met verve overtrof.