Moeilijk te doorgronden, dat is het minste wat van dit schijfje kan worden geschreven. Achter de groepsnaam gaan de heren Aidan K. en Al P. schuil, maar ook daarvan worden we niet veel wijzer. Alle nummers, dertig in totaal, werden opgenomen tussen 1997 en 2000. Ergens lazen we een vergelijking met het meesterwerk Double Nickels On The Dime van de legendarische Minutemen, waarop dit trio eveneens dertig korte nummertjes bijeenbracht om de grenzen van hun kunnen af te tasten. Oh No, The Modulator pleegt hetzelfde te doen, maar dan met elektronische muziek. Het zijn miniatuurtjes, nooit langer dan anderhalve minuut, gebrouwen alsof ze hun Atari teveel LSD hebben voorgeschoteld, computermuziek voor psychisch gestoorden. Het gros van de tracks zou zijn opgenomen in de voormalige woning van een Steppenwolf-lid. Grap of niet, de paddos druipen ervan af. Veel broken beats, heel lo-fi allemaal, veelal speels, hier en daar lijkt de kermis niet ver af. Het zijn The Residents die teveel drugs hebben geconsumeerd en geen boodschap hebben te verkondigen. Op het eerste gezicht lijken alle nummertjes variaties op een en hetzelfde thema, maar het is zo inventief en grensverleggend gedaan, dat het nergens stoort. We hadden niet anders verwacht van dit label, met releases van Hair Police en Racebannon in de planning. Aanrader voor de doorgedraaiden onder ons.