Run With The Hunted

Wolfbrigade ging in de jaren 1990 onder de naam Wolfpack, maar na hun album ‘Allday Hell’ (1999) werd de bandnaam veranderd naar Wolfbrigade. Dat Southern Lord de vorige en deze plaat uitbrengt mag geen verassing heten als je de crust met metalranden hoort. Hun ongewassen geluid is de spreekwoordelijke kolf naar hun hand. Wolfbrigade staat duidelijk met twee benen wijd in de crust, maar laat de vensters open om invloeden van death metal, thrash en hardcore hun geluid te laten binnenwaaien. De rauwe, met duimspijkers gezandstraalde stem van Micke Dahl doet heel erg aan die van Lemmy zaliger denken. Een nummer als ‘Lcuid Menomania’ is daarbovenop nog eens een muzikale ode aan Motörhead. En dat is niet de laatste keer dat de geest van Motörhead door de songs waart. Al zijn de songs van Wolfbrigade stukken gruiziger en dikwijls eens in een hoger tempo gespeeld. ‘Kallocain’ durft zelfs een melodie bezigen die je veel bij van die cheesy folkmetal bands hoort. Het pakt hier nog net goed uit, door het crust middenstuk. Net. De kritiek op het vorige album was dikwijls dat het een wat eentonige plaat was. Deze plaat is gevarieerder – verwacht nu ook niet te veel, het blijft immers crust met een punkattitude – door nog meer invloeden uit de andere metalsubgenres in hun d-beat gedreven formule te integreren. En in die context staat ‘Kallocain’ misschien wel op zijn plaats zo in het midden van de plaat, zodat de rotvaart wat geminderd wordt. Opvolger ‘Return To None’ breit daar nog een midtempo groove aan. Vanaf ‘War On Rules’ is het weer full speed ahead. Zonder omkijken. En stiekem vinden wij dat goed.

tekst:
Christophe Vanallemeersch
beeld:
Wolfbrigade_Run_With_The_Hunte
geplaatst:
do 8 nov 2018

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!