Kunnen we kappen met de programmering van Rewire futuristisch of voorspellend te noemen? Laten we wel wezen: deze muziek is volledig van nu en soms zelfs al een beetje van vroeger. Dat is juist waar dit festival in uitblinkt: het zowel erkennen van de huidige tendensen in performance, video- en audiokunst als het uitdagen van zich herhalende mainstream poptendensen.
Als je een goede route uitstippelt kun je immers van Rewire een heus ‘pop’-festival maken. Het vergt misschien een beetje welwillendheid, maar dan is het niet moeilijk om achtereenvolgens LYZZA, Mykki Blanco, Kaitlyn Aurelia Smith en Elysia Crampton te horen spelen en te denken: ‘dus dit is wat nú is’.
Cardi B
Neem Mykki Blanco, die op vrijdag een vroegtijdig hoogtepunt inluidde van het festival. Zijn materiaal is al twee jaar oud – de meeste nummers die op Rewire 2018 werden gespeeld hoorden we ook al in 2016 op hetzelfde festival – en toch voelt het fris. Terwijl steeds meer muziekjournalisten trachten te bewijzen dat trap-rap dood is, laat Blanco zien dat het genre nog springlevend is, als het maar in de juiste context wordt opgevoerd. Zo blaast Amsterdams dj-talent LYZZA nieuw leven in de set. Samen presenteren ze een vorm van rap die queer, vrouwelijk, hip, fetisjistisch, sexy, stoer en urgent is. Nogmaals: dat is niet de toekomst van rap, maar een ideale reflectie van wat nu al het best werkt. Om maar aan te geven: wie ‘Culture II’ van rapgiganten Migos prefereert boven ‘Invasion of Privacy’ van Cardi B moet nog een grote inhaalslag maken.
Kaitlyn Aurelia Smith
De levensduur van een genre lijkt soms verraderlijk kort, en de levenscyclus minstens zo onvoorspelbaar. Als gedateerd beschouwde stijlen als italo, new jack swing en trance vinden zonder gene de weg terug naar de underground en daarna naar de mainstream pop. Interessanter is het als artiesten een vorm van popmuziek presenteren die zowaar als tijdloos voelt. Kaitlyn Aurelia Smith deed zoiets op Rewire. Gekluisterd aan haar modulaire synthesizer schepte zij geen toekomstbeeld, maar juist een parallel universum van wat popmuziek kan zijn: intiem, kleurrijk, extatisch en euforisch. Maar ook melancholisch, uitdagend en onnavolgbaar. Ook al volgde ze de structuren van radiopopnummers, het leek alsof met haar door synthesizers bewerkte zang alsof haar muziek van een buitenaards radiostation kwam. De texturen van de gefragmenteerde beelden die gepaard gingen met haar optreden versterkten dat idee alleen maar. Een dag later deelde kunstenaar, componist en muzikant Laurie Anderson tijdens een lezing in Korzo haar drie grootste levenslessen: ‘Wees voor niemand bang, kweek een bullshit detector en leer hem te gebruiken, wees zo teder als je maar zijn kan’” Het leek alsof Kaitlyn Aurelia Smith met haar tedere, maar ook no-nonsense optreden Andersons levenslessen volledig had geïnternaliseerd.
Elysia Crampton
Van haar bijzondere optreden afzakken naar de deftig geconstrueerde set van Floating Points was dan ook als een domper. Zijn muziek voelde te lineair en te zeer binnen kaders geplaatst om in mee te kunnen komen. Er miste een connectie tussen de muzikant, zijn apparatuur en de zaal die wel voelbaar was toen Aurelia Smith aan het spelen was. Op de zaterdagavond was die connectie met Elysia Crampton ook even zoeken. Haast in paniek kwam zij het podium op om te vertellen over een grimmige droom die ze de nacht daarvoor had gehad, waarin ze rondreed in Amerika en zich realiseerde dat het land bezaaid was met de graven van dode Indianen, sommige daarvan queer. Bijna verlamd door angst sprak ze nog even met het publiek. Daarna begon ze aan een een chaotische set die een uitstekende muzikale verbeelding bleek te zijn van hoe ze zich deze dag en nacht had gevoeld. Met een als gitaar om haar schouders gebonden midi-controller belichaamde ze het postmoderne antwoord op haar americana-nachtmerrie. De duistere, beklemmende en met vlagen ongemakkelijke muziek die ze produceerde staat ver van onze huidige poprealiteit, al deed zelfs Crampton een tegemoetkoming: ze eindigde haar set met een salondeuntje, perfect voor de overgang naar de nacht door het publiek dat deel is van een van de meest enerverende popfestivals in Nederland.
Teder
Jasss tekende in 2017 voor het album van het jaar met het indrukwekkende debuut ‘Weightless’. De heerlijke ondoordringbaarheid van die plaat ruimde op Rewire plaats voor afstandelijke ondoordringbaarheid waarin je een artieste hoorde zoeken naar een vervolg en het eigenlijk even allemaal niet meer wist. Ritmes werden afgeblokt. Melodieën nauwelijks een plaats gegund. Haar optreden werd een moeilijke veertig minuten waarin Jasss niet dat punt vond haar toeschouwer mee te slepen in de wereld die ze wel wilde creëren, maar de toegang niet toe vond.
Dat deden eerder op de avond onverwacht twee muzikanten van eigen bodem wel: gitaarfluisteraar Raphaël Vanoli – lid van Knalpot – betoverde Zaal 3. Met een gitaar, zijn adem, zijn knokkels en wat pedalen deed hij de te zoete smaak van het Rewire-openingsstuk van Tristan Perich in de Electriciteitsfabriek snel vergeten. No-nonsens en teder, net zoals Laurie Anderson het graag zou hebben gehoord (en misschien heeft gehoord).
Nog iets wat Rewire goed doet is laagdrempelig nieuwe experimentele muziek presenteren in de foyer van het Koorenhuis, tegenover Paard van Troje. Zoals de Haarlemse componist Gagi Petrovic die met zijn handen en eenvoudige lichtsensoren te keer ging tijdens zijn nieuwe performance GEST x DPB – gerelateerd aan zijn nieuwe album dp[a] + hsh op Moving Furniture Records. Hoewel Petrovic doorgaans een zachtmoedig man is, zou de argeloze bezoeker zich afgaande op zijn getormenteerde gelaatsuitdrukking een heel andere mens kunnen inbeelden. Dat neemt niet weg dat het publiek ademloos bleef luisteren naar de ingehouden noise over spannende patronen, terwijl op een groot scherm perfect te volgen hoe Petrovic zijn zelfgebouwde instrument haast perfect beheerste; en bij vlagen ook liefdevol beroerde.
Volvox-voodoo
Vrijdagnacht werd ingepalmd door Discwoman en haar voodoo-priesteressen Ziúr, Volvox en Umfang. Ziúr verscheen met een oorsplijtende hybride set propvol noise, metal en gelegenheids-r’n’b. Het is uitputtingsslag waarbij heel af en toe alles een grap lijkt en dan weer doodernstig. Door een niet al te aardig gelukte grunt van Ziúr eindigde de set helaas als een metalcliché. Het oorsplijtende noise-begin bevestigde echter dat Ziúr een verfrissende wind door de dance-scene jaagt; alle bonuspunten voor haar debuutalbum op Mu zijn dus verdiend.
Volvox dropte een meesterbeat en deed niet aan set-opbouw. Meteen gingen alle registers open en werd het publiek getrakteerd op een monsterlijke techno-set. De jongens dansen te wild. Meisjes worden weggeduwd. Een ander (dronken) wordt akelig vulgair gezoend door haar veel te geile vriend. Maar dat neemt niet weg dat sinds die ene dag dat we naast Volvox dansten op Dekmantel (2016), wij eindelijk dansten op Volvox. Tot ergens de stroom uitviel, Volvox een kwartier bleef lachen en opnieuw gewoon meteen genadeloos verder ging met haar ingekorte set. Want laat dit duidelijk wezen: dj-tafels die moeten geswitcht worden tijdens een clubnacht waardoor Volvox niet eens haar laatste nummer mag spelen van de stagemanager omdat Umfangs’ tafel moet opgesteld worden, is een bummer. Volvox’ lach verdween. De onze ook.
Nadia Struiwigh
‘Beter dan dit kan het vanavond niet worden’, zei X-rated presentator Bob Rusche een dag later tegen Nadia Struiwigh. Zichtbaar aangedaan en ontzettend verlegen nam ze het complimnent en het applaus in haar op. Want inderdaad, beter werd het niet die avond. Beter nog, Nadia Struiwigh bevestigt waarom zij als onbekende Rotterdamse meteen buitenlandse labels wist te vangen om haar werk op te releasen. En als die plaat op Denovali ietwat klinkt als deze avond, dan wordt de zomer fijn. Haar ambienttechno vloert de dansvloer met zijn overheerlijke bassen en wist ambient genadeloos van haar visitekaartje. Sfeervol, stijlvol en onderhoudend pretentieloos. Dit was genieten.
FAKA is in korte tijd – samen met onder andere Yves Tumor en VIOLENCE – uitgegroeid tot een van de voorbeelden die muziek, club, inclusiviteit én politiek bewustzijn met elkaar weet te verbinden en daarmee vooral hoop aanwakkert bij het zeer diverse publiek dat doodmoe is van hokjesdenken, van de oude wereld, van de oude kaders. Zelfs de Duitse industrial-fan naast ons stond er goedkeurend bij te knikken.
Kouros
Chino Amobi is muzikaal zo atypisch alles wat je zou verwachten van een van grondleggers van het NON-collectief. Dat hoorde je al op de plaat. Dat hoorde je zeker in zijn set. Eentje die naarmate het vorderde, minder cohesie vertoonde en uiteindelijk te lang uitgerekt werd. Iets wat we bij Nkisi al ook hebben gehoord. Misschien gewoon de set-tijd wat inkorten en liever 40 minuten vuur spuwen in plaats van een extra 20 minuten ideeën uitmelken? Want ja, ergens halverwege mompelden we toch ‘en hier had ie moeten stoppen’.
De haat-liefde-verhouding met Visionist blokkeert ons te vaak om live door Visionist te worden overrompeld. Alsof het gewoon niet lukt om zijn gefragmenteerde ritmes en klanken te ontvangen en er in te verdwijnen. Af en toe lukt het en dan sleurt ie je er weer uit. Alsof de aandachtspanne van Visionist zelf slechts twee minuten is. Maar die visuals: hoe ze in crescendo steviger en prachtiger werden. De puurheid van de beelden. Het lichaam van Visionist als een hedendaagse Kouros. Als je in de stad belandt van het legendarische Bunker Records moet je ook een legendarische set neerzetten, moet Nina Kraviz gedacht hebben. Het resultaat: een legendarische avond block rocking beats op de dansvloer. Heerlijk.
Beatriz Ferreyra
De laatste dag van Rewire begon loom, mede omdat het plotsklaps zomer werd. Ook het toelatingsbeleid in Korzo dwong ons om elders ons heil te zoeken: bij pop-up shop Underbelly voor nieuwe boeken én op een terrasje met een taartje. We misten mooie stemmen zoals het naar verluidt spectaculaire concert van Antenes, maar konden er ook bijzondere aanhoren, zoals die van de legendarische Argentijnse componist en pionier Beatriz Ferreyra. Ook op 80-jarige leeftijd bewees ze van nu te zijn: haar zelfspot en nuchterheid matchen wonder boven wonder met haar dromerige drones die ons in een soezerige stemming brachten. Met een van de vroege composities die ze liet horen, gaf ze ook de stem terug aan een jonge vrouw die bij een ongeluk om het leven was gekomen.
Met haar stem over curieus gelaagde elektronica in een weifelend en melancholisch post-tahrir-geluid maakte de Egyptische Nadah El-Shazly indruk op Le Guess Who? afgelopen november. Jammer genoeg pakte de idee om haar met een band te laten optreden op Rewire minder goed uit. Vooral de drummer met zijn van dik-hout-zaagt-men-planken-aanpak verknalde het optreden, dat sowieso al te lijden had onder een slechte geluidsbalans. Zoals een van de vele Vlaamse bezoekers opmerkte: laat haar een keer met Eric Thielemans spelen. El Shazly’s stem zou er glorieuzer uit kunnen komen.
Juliana Huxtable
De afsluitende performances vonden plaats in De Grote Kerk. Gezien de nadruk op de menselijke stem was dat niet de beste keuze. Kan iemand ons bijvoorbeeld even uitleggen wat het idee achter die performance van Juliana Huxtable was. De akoestiek van De Grote Kerk deed haar woorden weerkaatsen waardoor niets nog duidelijk hoorbaar was. Het had meer muzikaal en meer vergelijkbaar met haar muzikale output gemogen.
Daarna stroomde dezelfde kerk helemaal vol voor het slotakkoord: de multimediale performance ‘All The Things I Lost In The Flood’ van Laurie Anderson. Anderson is vaak in de schaduw gesteld van haar mannelijke tijdgenoten, maar haar relevantie zal uiteindelijk groter blijken dan die van haar peers, en zeker dan die van haar generatiegenoot in het Witte Huis. Met een combinatie van video, live muziek en spoken word vormde het een theatraal equivalent van het memoir, een toonaangevend genre binnen de Amerikaanse literatuur.
Laurie Anderson
Al parlando en in een stream-of-consciousness nam ze het publiek mee langs haar persoonlijke herinneringen die een haakje vormden om te reflecteren op de psychologie van de Verenigde Staten van vandaag. Op een krijtbord verschenen en verdwenen slogans als The Empire Is Passing, alluderend op het begrip van imperial overstretch. Een rijk dat voorbijgaat is echter een treffender beeld dan dat van een rijk dat plots door overmoed ten onder gaat. Immers, wij aardse stervelingen zien nog maar de contouren van het voorbijgaan; het moment van de ineenstorting zullen we nooit kunnen vatten.
Zo was ook orkaan Sandy een van de vele gebeurtenissen in de ‘passing’ van de Verenigde Staten, en van onze aarde. Het was wel een gebeurtenis waarbij Anderson haar hele archief, vele unieke instrumenten en voorwerpen met een bijzondere waarde letterlijk zag oplossen in het zilte water. Anders dan Nederland wordt in haar thuisland (nog) niet nagedacht over dijken en waterkeringen. Na haar aanvankelijke ontreddering zag ze de gebeurtenis als een ‘geschenk’: het lezen van de inventaris van haar verdwenen bezittingen gaf haar meer voldoening dan het bezitten van de spullen.
Daaruit kwam een boek voort, en daaruit een voorstelling waarin ze middels tafereeltjes Amerikaanse mythen doorprikt zoals die van Thoreaus Walden of waarbij de muur tussen Mexico en de Verenigde Staten kaderde in het Aristophanes’ Vogels – een toneeltekst uit 414 voor Christus die nog steeds actueel bleek. De desastreuze overstroming leerde haar veel over loslaten, net een jaar na het overlijden van haar man Lou Reed. Die onvermijdelijk ook in beeld kwam. Net als bij Juliana Huxtable ging haar stem vooral bij het vertellen verloren in een geluidspap. Even dachten we nog dat ze het erom deed. Anderson staat immers bekend als pionier van de stemsynthese door wie de jongere generatie op Rewire zich zeker heeft laten inspireren.
Gezien: Rewire 2018, 6-8 april 2018, diverse locaties, Den Haag
Tekst: Hugo Emmerzael, Katrien Schuermans en Ruth Timmermans
Beeld: Bram Petraeus