Het label Norwegianism is sinds Hans van der Velden het heft in handen heeft genomen, actiever dan ooit tevoren. Hij drukt ook meteen zijn stempel door af te stappen van de onmiddellijk herkenbare hoesjes. Dat heeft zijn nadelen, maar ook zijn voordelen. Nu zien de hoesjes er namelijk minder uit als moeilijk ondergronds lawaai, wat hopelijk voor het label meer mensen over de streep trekt om er eentje te kopen. ‘Remedies For A Foggy Day’ van het trio Daimon is er eentje dat veel te kort is. Telkens we helemaal in de muziek zitten, is het afgelopen. Dat komt voor een groot deel door het sferische karakter van de drones, die worden vermengd met wat improv. Paolo Monti (The Star Pillow), Nicola Quiriconi (VipCancro) en Simon Balestrazzi (T.A.C., Dream Weapon Ritual) laten ons proeven van hun kunnen, maar laten ons onverzadigd achter. ‘Morning Lines’ springt er van de drie nummers het meeste uit, niet alleen door zijn tijdsduur (meer dan elf minuten) maar ook door het vinylgekraak (?) dat voor een noisy element zorgt in het droney stuk. Chöd bestaat uit Dharma (The Observatory, Heritage, Meddle, Throb) en Shaun Sankaran (Mindfuckingboy, Dream State Vision). De opnames die beiden samen maakten tussen 2011 en 2013 zijn nu verzameld op het intrigerende ‘To Nothingness…’. Industrial met dark ambient en de sfeer van black metal gegoten in een ritualistisch bad waar vroege Current 93 en vroege Psychic TV niet vies van waren. Fans van Trepaneringsritualen zullen ook wel raad weten met dit donker werkje, al is Chöd een stuk gevarieerder. De stem die wordt gehanteerd, blinkt uit van devotie voor black metal op het randje van het suïcidale. Dat past prima bij het klankenpalet, waar ene Attila Csihar zich ook graag in zou wentelen. Drones en improv maken net zo goed deel uit van de verbazingwekkende wereld van Chöd. Op een label als Norwegiansm mag een release van de immer ijverige Frans De Waard niet ontbreken. Als Modelbau nam hij in februari 2018 een stuk op van drie kwartier, dat als ‘Nightcrawlers’ op honderd exemplaren (zoals alle releases sinds van der Velden aan het roer staat) wordt uitgebracht. De Waard had een deel van zijn apparatuur verhuisd van zijn studio naar zijn woonplaats, met de intentie om langere stukken op te nemen in één take, zonder dat hij de vooropgestelde parameters diende te wijzigen. ‘Nightcrawlers’ is er zo eentje, en nog een heel geslaagde ook. Het stuk vertelt als het ware een verhaal, dat echter niet door een stem wordt gebracht maar wel door de veldopnames en dierengeluiden die de opgevoerde drone opfleuren. Kikkers en vogels komen zich met de geleidelijk aan opbouwende drone, van quasi stilte in het begin tot wat opdringerig naar het einde toe, bemoeien. Het stuk wordt alsmaar intenser, verandert voortdurend, waardoor het zich van de initiële drone ontbolstert tot een intrigerende soundscape.