Wat een ontdekking is deze Johanna Drucker! Zij is een schrijver en boekkunstenaar die poëzie, taalkunde, typografie en actueel artistiek experiment evenwichtig weet te combineren. Dit verse werk – niet voor niets ‘diagrammatisch’ – van de tevens Breslauer Professor of Bibliographical Studies aan de Universiteit van California L.A. is voor € 7,00 wel heel betaalbare kunst voor in huis.
Het is een prachtig helder voorwerp dat op een lichtvoetige, maar ook op een op jarenlang onderzoek gebaseerde manier de spannende deelverzameling tussen tekst en vormgeving tot leven wekt. “This is a book that is as close as possible to being entirely about itself.” Juist: het gaat werkelijk over zichzelf, over hoe de tekst op de pagina geplaatst staat en daardoor een overheersende, ondersteunende, relativerende dan wel verstorende rol krijgt. De woorden die zelf uitleggen hoe hun vormgeving hun gewicht in het geheel beïnvloedt, worden tegelijk gebruikt om visueel te illustreren wat ze bedoelen – ja, lees die laatste nog maar een keer.
Tijdens het verslinden van ‘DIAGRAMMATIC Writing’, betrapten wij ons erop dat we aan een stripverhaal dachten, hoewel je die relatie niet meteen visueel waarneemt. Je struint in deze publicatie tussen de relaties van de gebruikte woorden met de manier waarop zij tevens beeld zijn; op zoek naar hun gezamenlijke doel. Je ontmoet daarbij protagonisten en underdogs. De ene zin springt vervelend tussen een tekstblok, de andere lijkt zich netjes aan de regels te houden en wacht zijn beurt af tot het eind.
In de manier waarop de zinnen via hun vormgeving tot highlights, terzijdes, omarmden of voetnoten worden gekneed, zit ook een genietbare droge humor die spot met de menselijke drang naar maakbaarheid en naar rustgevende algemeen geldende voorschriften. Bijvoorbeeld een van de eerste voetnoten is deze: “This is a subordinate text. It sits in an inferior position. It cannot claim authority over the texts above, except by an act of subversion. That act would involve contradicting the text above (…).”
En terwijl je dat zo leest, of alleen al omdát je het leest, twijfel je aan het feit of die tekst wel zo ‘subordinate’ is. In hele kleine lettertjes onderaan op een van de laatste bladzijdes relativeert het gehele werk zichzelf dan ook: “The rhetorical force of diagrammatic expression can never be reduced to absolutes, stable entities, or autonomous effects. The relational system of diagrammatic writing is always emergent and conditional, its values relative, its production of effects inexhaustably variable and specific.” Verwacht dus geen absolute inzichten in wat wel of niet werkt bij het zetten van tekst, alles blijft afhankelijk van context en condities, maar verwacht een wonderlijk geschreven-vormgegeven inspirerend hebbeding. Met deze publicatie kun je zonder veel twijfel scoren bij grafische vormgevers, schrijvers, (boek)kunstliefhebbers, conceptuele kunstenaars “and anyone interested in the meta-language of diagrammatic thought in graphic form.”•
◊
Johanna Drucker, DIAGRAMMATIC Writing – The semantic system of graphical relations / The graphical expression of semantic relations. Eindhoven: Onomatopee, 2014.
Te koop via: onomatopee.net.