Een gedroomd concert van Nils Frahm & Anna von Hauswolff

Met het oog op de waarschijnlijke culturele toekomst van het Marineterrein op een steenworp afstand van het centrum van Amsterdam, is – het voor zo’n 366 jaar voor burgers verboden gebied – opengesteld voor een paar bijzondere concerten. Niet alleen verbreedt het Grachtenfestival daarmee de horizon, maar worden letterlijk en figuurlijk ook nieuwe mogelijkheden aangeboord.

Op de nieuwe locatie – die heel wat nieuwsgierigen trekt – kan ook iets anders neergezet worden dan de over het algemeen klassiek gestemde Grachtenfestival-act. Met die traditie wordt niet helemaal gebroken want voor headliners Anna von Hauswolff en Nils Frahm staat Fuse op in het voorprogramma. Het geheel werd logistiek en programmatisch overigens ondersteund door Paradiso.

Pittoresk

marineterrein
Marineterrein

In het kader van het Grachtenfestival heeft Jungle By Night het militaire terrein de avond tevoren reeds muzikaal ontmaagd, maar voor veel bezoekers van de zondag is het Marineterrein nog terra incognito. De contouren van deze toekomstige hotspot zijn dan ook verrassend: achter de eindeloze blinde muur aan de Kattenburgerstraat gaat een mooie rij huisjes schuil, die zo te zien als kantoor worden of werden gebruikt. Het plein ervoor ademt de sfeer van een tot voor kort onontdekt Noord-Hollands dorpje, een ongerept stukje historie. Dat gedeelte en een groot grasveld zijn overigens de enige openbaar toegankelijke plekken voor dit moment, het overgrote deel van de marinebasis is nog steeds afgesloten voor het publiek. De militairen hebben zich voor de gelegenheid fijn verdekt opgesteld, in totaal zijn ze op een hand te tellen.

Het grasveld loopt door tot aan het Binnen-IJ, met een fantastisch uitzicht op het waterfront van Amsterdam, met vooral veel Nemo. Aan de linkerkant, nog voor het huis van de commandant, staat een enorm podium, aan drie zijkanten en de bovenkant van doorzichtig plastic. Een verademing voor zowel artiesten als publiek, al dat licht, die ruimte en transparantie, en je vraagt je af waarom we het eigenlijk al zolang met zwarte en witte zeildoeken moeten doen…

Maar goed, over naar Fuse, dat misschien als een tegemoetkoming aan het vooral klassieke karakter van het festival is toegevoegd. Het verschil tussen dit gezelschap en Anna/Nils kan namelijk haast niet groter zijn. Fuse is een ensemble aangevuld met drummer dat als uitgangspunt klassieke muziek heeft, maar het vanzelfsprekend vindt om dat te vermengen met jazz en rock en wat al niet meer. Zo begint één van de stukken met het etherische werk van een Libanese componist, en vloeit naadloos over op rock van Frank Zappa. Alles bij elkaar zit Fuse duidelijk op de popiejopielijn, maar de stukken worden wel met passie en kunde uitgevoerd.

Magie

Anna von Hauswolff
Anna von Hauswolff

Nico is terug, denk je onvermijdelijk als de set van Anna op gang komt. Een lage (voor haarzelf te lage) stem, een ronkend harmonium… Maar dan schiet de stem van de Zweedse de hoogte in, en belandt vervolgens in een paar uithalen die nu al tot de mooiste van het jaar gerekend mogen worden. Iedereen op de zonnige grasweide zit gelijk op het puntje van een grasspriet, en dat is nog maar het begin. De twee orgels, twee gitaren en drums bewegen zich langzaam richting een muziekstuk van Philip Glass, dat dan weer transformeert in een euforische spacerockhymne a la de vroege Pink Floyd. De band excelleert in het lekker lang in het crescendo blijven.

Aansluitend steekt Kate Bush de kop op, en dan zit de stem van Anna op het natuurlijke niveau, zodat die wat krachtiger naar voren komt. Er wordt overgestapt op een somber, regenachtig sfeertje, dat weer overgaat in een magisch liedje op de grens van droompop en kosmische rock. Nu vermengt Philip Glass zich met wat gothic, ambient en noise, en dan komt toch weer de machtig galmende stem van Anna aangenaam en verfrissend bovendrijven. De langzaam aan rollende, symfonische afsluiter doet het ook al goed op het niet echt met militaire precisie geknipte, maar wel schone en redelijk frisse gras, waar zo  goed als niemand meer overeind staat.

Koortsachtig

Nils Frahm - Foto: Arne Römer
Nils Frahm – Foto: Arne Römer

Nils Frahm bedient zich van een opengewerkte, ouderwetse tingeltangel, een batterij elektronische orgels en synthesizers uit de jaren 1970, plus een vleugel. Het hele podium staat vol voor een man, maar hij verdraagt zulke hoeveelheden met gemak. Zijn bijzonder droogkomische intropraatje neemt je gelijk al voor hem in, waarna in het daaropvolgende muzikale intro de rust en vrede neerdalen. Zelfs het ruisen van de stokoude bomen klinkt boven dit serene begin uit. Dan komen de bassen erin en de pulserende ritmes uit de school van Klaus Schulze en Tangerine Dream – terug van nooit weggeweest blijkbaar.

Voor het vervolg van de compositie resten voor de vleugel dan alleen nog maar volle, stampende akkoorden, tot het abrupte einde. Daar houdt-ie wel van, het publiek in een lyrisch verhaal meeslepen en dan opeens ophouden, het zal niet de eerste keer tijdens het optreden zijn. Er volgt een stuk waarbij Nils op een noot blijft timmeren, zodanig zelfs dat het geluid van een nijdig zoemende horzel ontstaat, waarop die ene noot verstilt, dan weer doorgaat omringd door melodieuze akkoorden, en dat dan weer verder wordt uitgebouwd. Maar de grondtoon blijft, als in een koortsachtige droom, zonder te vervelen of op de zenuwen te werken, maar houdt juist op fascinerende wijze de spanning erin – een opmerkelijke prestatie.

Vliegenmepper

Voor veel artiesten maakt het niet uit of ze in Amsterdam staan of op Mars, maar Nils heeft zich duidelijk op de hoogte gesteld van de situatie van het Marineterrein, en het verdwijnen van de militairen uit dat gebied na 360 jaar. Hij vertelt het publiek dat hij het een magische ervaring vindt om hier te staan, en dat blijkt verder wel uit zijn anderhalf uur durende set. Het publiek zweeft aansluitend veelal liggend weg in de muziek en de dromen, hier is alles vredig en goed. Afwisselend tovert hij breekbare klanken uit de afgeragde piano tevoorschijn, en sprankelende avonturen op de vleugel. Als de voet dan op het pedaal gaat volgt er een storm. Een snel en vrolijk huppelend loopje contrasteert daarna met eerdere down- en midtempo stukken, waarna snel en zwierig vingerwerk laat horen dat Nils niet alleen in repeterende loopjes blijft hangen.

Bombastisch en voluit scheurend gaan vervolgens alle registers open, gevolgd door slaan met twee spatels/vliegenmeppers op de snaren van de vleugel. Dat ritme wordt onmerkbaar voortgezet in akkoorden en een loopje, samen met de synthesizer. Zowel op de een als de ander gaat het aansluitend ritmisch los. Naar eigen zeggen was Nils de beats vergeten mee te nemen uit de studio, jammer, maar het ingetogen en haast verstilde outro deed het ook goed. Het was dan weliswaar geen afsluiter om mee uit je dak te gaan, maar wel om diep in je hart mee naar huis te nemen.

GEZIEN: Grachtenfestival, zondag 25 augustus 2013, Marineterrein (Amsterdam)

 

tekst:
Arjan van Sorge
beeld:
marineterrein
geplaatst:
wo 28 aug 2013

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!