DOUR Festival 2010, dag 4: zondag 18 juli 2010

Dour begint z’n tol te eisen, maar het einde is in zicht. Slechts een namiddag vol stevige gitaren scheidt ons van de eindstreep. En een mens kan zich zachtmoediger wekkers voorstellen dan de woeste Noren van Shining.

Dour Logo
Logo Dourfestival

‘We are now gonna play some more jazz for you’, kondigt saxofonist-gitarist-zanger Jorgen Mulkeby aan, zo halverwege de set. Iedereen juicht, maar de helft vraagt zich waarschijnlijk af waar hij het in godsnaam over heeft. Het lijkt alsof Shining bij elk optreden aan furiositeit wint- waren ze op Roadburn nog indrukwekkend, dan slaat ons dit keer op gezette tijden de schrik om het hart. Als met ‘jazz’ wordt bedoeld: ‘muziek die roekeloos en enthousiast meerdere bakens verlegt’, dan is dit inderdaad jazz van het zuiverste water. En anders is het gewoon fenomenale, virtuoze, mateloos opwindende pokkeherrie. In de finale pakt de band uit met de cover die ze onderhand tot lijflied én intentieverklaring hebben verheven: ’20th Century Schizoid Man’, de metalen riff tot de derde macht verheven- en een zee van hoofden snokt synchroon naar achter en weer vooruit. Wij denken: er zijn hier weer wat zieltjes gewonnen.

Balthazar’s ‘Fifteen Floors’ vonden we tot nog toe de Belgische single van het jaar, maar het debuut viel ons wat tegen- niet in het minst vanwege een vlakke, veilige productie. Het was dus met weinig verwachtingen dat we de band hier gingen bekijken, maar wat blijkt? Live is dit een bom. De band bewijst hoe je met oprecht zelfvertrouwen en een mooi vol geluid op een podium jezelf kan overstijgen. Neem een song als ‘Blues For Rosann’, op plaat een doorslagje van Absynth Minded, live een bezwerende sleper met echo’s van ouwe Portishead. Ook single ‘Hunter At The Door’ klinkt veel venijniger en dwingender dan we ons van de radio herinneren. Dermate is ons enthousiasme, dat we thuis meteen nog eens de plaat opzetten- iedereen kan zich wel eens vergissen, toch? Helaas: in elk geval tot de opvolger wordt dit een band om vooral nog een paar keer live te gaan zien.

Moon Duo is een zijproject van Erik Johnson van Wooden Shjips, en dan weet u al dat men geen hapklare brok muziek voorgeschoteld gaat krijgen. Maar Moon Duo is wel érg statisch: Johnson staat wat te wiegen met z’n gitaar als een baardige sjamaan, en toetseniste Sanae Yamada vult een optreden met twee dezelfde akkoorden, zo lijkt het wel. Het onbeweeglijke schouwspel heeft echter het effect van een aquarium: we betrappen onszelf erop dat we maar blijven plakken in de waas van echo en reverb, waar hooguit een simpele drumbox doorheen tikt. Tot we opschrikken uit onze dagdroom, bedenken dat we nog wel wat anders te doen hebben, en op zoek gaan naar wat geanimeerder vertier.

Dat zal alvast geen Melissa Auf Der Maur wezen. Zoals wel meer muziekliefhebbers die we kennen, hebben we een zwak voor ijsgekoelde rockbassistes, en enkele jaren geleden was Melissa een ware catch in die categorie, zeker toen ze de kutgroep Hole verliet om solo te gaan met opwindende stoner rock. Maar dat was 2004, en sindsdien werd er van haar nog weinig vernomen. Afgaande op haar aantreden op Dour, kunnen we stellen dat de comeback weinig potten zal breken. We hoorden vooral heel stereotiepe fm-rock, en Melissa zelf zag er wel érg bleek uit, en slapjes bovendien.

Gelukkig hadden we nog één ware voltreffer tegoed, en dat bleek Tinariwen te zijn. U kent ondertussen misschien al het verhaal- Touareg strijders ruilen de geweren in voor gitaren, en veroveren de wereld. Een wereld die net als de tijd geen vat blijkt te hebben op dit woestijnvolk. Het bewijs? Op de afgelopen vier dagen, vol extreem gitaargeweld en met de nieuwste snufjes gecomponeerde electronica, hoorden we niets dat klonk als Tinariwen. De gitaren, de percussie, het gezang- alles is een fata morgana voor het oor, nét niet wat je denkt te horen. Dus laat je alle ideeën los die je hebt, al je begrip van melodie en ritme, tot je gewoon verloren raakt in een onwereldse trance. Even lijkt het geen Belgische zon meer, die op onze hoofden schijnt.

Wanneer we vervolgens aankomen bij Monotonix, treffen we een bizar tafereel. Zanger Ami Shalev heeft net iemand uit het publiek geplukt, die blijkbaar met bier heeft gesmeten naar drummer Haggai Fershtman. De hele tent zit op de grond, terwijl Ami een boksmatch voorstelt om het pleit te beslechten. Hij telt af, en op één veert de hele zaal terug recht, zodat we het vervolg moeten missen. Veel zal er niet geknokt worden, want Fershtman is alweer als een bezetene aan’t drummen, en Shalev beklimt één van de tentpalen. Na een ontzagwekkende duik in het publiek laat hij de drum ontmantelen, leidt de halve zaal naar buiten, klimt op een drankstand, en rent dan weer naar binnen. Op het podium breidt de groep nog een outro van zeker tien minuten aan hun show. Allemaal goed en wel, maar hoe was de muziek? Eerlijk: we hebben er geen idee van.

Maar dit lijkt ons wel een mooie uitgeleide voor onze Dour 2010. Graag hadden we nog gebleven om u te kunnen vertellen hoe Giant Sand, The Sonics of The Glitch Mob het er van af brachten, maar onze kaars is ver opgebrand, en morgen roept de plicht elders. Aan iedereen die ons dit jaar weer een memorabel festival heeft bezorgd: van harte bedankt.

Behalve als u voor Red Bull werkt. In dat geval wensen we u een Bourinage stoflong.

tekst:
Dimitri Vossen
geplaatst:
vr 23 jul 2010

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!