Pukkelpop 2013 – Dag Eén – Verslag vanuit de rand

Pukkelpop dag één. Naar goeie gewoonte gaan we eerst een beetje meesmuilend om ons heen kijken wat er nieuw is op het backstage persterras. Zoals steeds wordt dat terras ook gebruikt als tentoonstellingsruimte. Dit jaar was het de beurt aan Geertje Indeherberge om haar Barbie-meets-Berlinde De Bruyckere achtige handwerk in de nok van de tent te tonen. Google gerust aMORF en vorm zelf uw mening. Wij zijn hier voor de muziek, en hopen van u hetzelfde…

Mikal Cronin zag er al lekker geflambeerd uit, zo vroeg op de middag. Cronin was naar Pukkelpop afgezakt om ‘MCII’ voor te stellen. Lekker garagerockend stuurde hij zijn band door de songs van die nieuwe plaat zoals ‘Shout It Out’ en ‘See It My Way’. Aan de drums had hij een meisje bij dat verdacht veel weg had van Meg White van The White Stripes, inclusief er soms even naast drummen. Echt in de buurt komen van de legendarische show van zijn maatje Ty Segall in Brussel deed hij echter niet. Daarvoor was het allemaal iets te geflambeerd.

Even later in de Marquee leek het erop dat Parquet Courts hun kwaaie songs voor het aperitief mee hadden en de goeie voor het einde van het concert hadden opgespaard. De betere delen van de set kwamen eraan met het tweeluik ‘Master Of My Craft’ en het rammelende Borrowed Time’. Echt onder stoom kwamen ze pas met het afsluitende duo ‘Stoned And Starving’ en ‘Light Up Gold’, het titelnummer van hun debuutplaat. Op die plaat slagen ze erin over de hele lijn te overtuigen, hier dus niet helemaal. Maar voor gitaarrock als die van Parquet Courts kan het geen kwaad dat je gitarist een exacte kopie is van Thurston Moore, zowel qua looks (die XL Jommeke-bles! dat zwieberlijf!) als qua snarenmartelarij.

Toen in januari van dit jaar de versverkozen burgemeester van Antwerpen meende zijn simplificerend opinietje (of was het opinietje van zijn ghostwriter?) te moeten uiteenzetten over het verdorven en volksvreemde genre hiphop (wij hadden een onwillekeurige flashback naar de jaren 1940, toen jazz werd weggezet als inferieure en gevaarlijke negermuziek), was onze Dimitri Vossen er als de kippen bij om de kleine dieetgoeroe erudiet van antwoord te dienen. U leest Dimitri’s stuk hier. Kendrick Lamar speelde in dat stuk een belangrijke rol, als vertegenwoordiger van het soort artiest dat bewijst dat hiphop ondertussen volwassen is geworden, en dus best een serieuze discografie kan voorleggen. Helemaal mee eens. Alleen: live-hiphopshows blijven een heikel punt (tenminste op dit soort massafestivals. Een liveshow van pakweg Shabazz Palaces is nooit een heikel punt, maar die staan dan ook niet op de Main Stage van Pukkelpop). Aan Kendrick Lamar om daar komaf mee te maken, dus. Dat lukte slechts ten dele. Het goede nieuws: de band die Lamar mee had genomen, bracht het er verre van slecht vanaf, en de tracks van ‘Good Kid, M.A.A.D City’ bleven prima overeind, mede door Lamars sterke flow. Het slechte nieuws is dat ook Lamar het niet kon laten om onophoudelijk het clichéspelletje van het in tweeën opgedeelde publiek te spelen. Maar als hij dat voortaan kan laten, twijfelen we er niet aan dat we met Kendrick Lamar een blijvertje aan het werk hebben gezien…

Nog net op tijd de Castello binnengetuimeld om drie nummers van Vuurwerk mee te pikken. Drie songs zagen we nog van dit Brusselse trio, maar dat was genoeg voor een positieve vermelding. Voor de bij momenten akelige visuals, maar ook voor een levendige live-set, die ook bij het publiek bleek aan te slaan. Bij een eventuele passage in een zaal in de buurt, weten wij dan ook wat gedaan.

Onderweg naar god weet waar springen we toch nog even binnen in de Club waar Allah-Las haar opwachting maakt. Hey, wij willen ook eens ontspannen tussen alles door. Deze band is daar ideaal voor. Licht psychedelische sixties surfpop op een zonnige namiddag. Had u een beter idee?

Uit een ooghoek gezien: Chino Moreno van Deftones heeft het nog steeds moeilijk. Waarmee? Om dàt te weten te komen zijn we niet lang genoeg gebleven. Hey, het is voor iedereen  Grote Vakantie, toch?

Bands die ‘dance’ maken met een ‘regulier’ instrumentarium, dat loopt geheid fout af. Er zijn uitzonderingen, zoals het Weense Moto Guzzi en dus ook Badbadnotgood. Nu maakt Badbadnotgood allesbehalve ‘zuivere’ dance, al durven ze er al wel eens een cover tussen smijten van Flying Lotus (‘Putty Boy Strut’). Maar net zo goed gaan ze aan de slag met iets van Mingus. Maar verder mengt het drum-bas-toetsen trio toch vooral gelijke delen jazz, kraut (dat de toetsenist met trots een t-shirt van Neu! droeg, was dan ook een gepast vestimentair statement) sci-fi groove en rave in hun blender. Badbadnotgood won niet alleen de harten met muzikaal vernuft, ook op puur muzikaal enthousiasme scoorden ze hoog. Na hun cover van TNGHT’s ‘Bugg’n’ zat hun reguliere tijd erop. Dat was dus buiten Badbadnotgood gerekend, want die speelden lekker door (“we gotta do this real quick / we’ll play the second half of this song”)

Op naar Bombino, de Tuareg-gitarist uit Niger stond in de Castello een beetje vreemd gesandwiched tussen Kate Boy en Naughty Boy, maar daar trok noch hij, noch het aanwezige publiek zich ook maar een zier van aan. De man en zijn drie kompanen waren overigens ook netjes in Tuareg-gewaden uitgedost, wat hen er een pak beter deed uitzien dan sommige carnavaleske flurken die eerder op de dag onze weg kruisten. De set werd op gang getrokken met iets wat van ver op surfrock leek, maar dan met een fond van zand in plaats van water. De komende vijf nummers passeerde er nog een pak genres in Bombino’s sound: blues, boogie, psych, hell, zelfs met een vermomd ska-ritme kwam de man weg zonder dat de groove er minder strak van werd. Het publiek reageerde dusdanig enthousiast dat we niet anders kunnen dan ons hier nogmaals openlijk afvragen waarom Goat in godsnaam niet op Pukkelpop 2013 stond. Zet Goat na Bombino in de Castello en het dak gaat eraf.

Johnny Marr kwam, zag en neuzelde een handvol Smiths-klassiekers in de vernieling. Als er één man is die dat mag, is het Marr, maar dat wil nog niet zeggen dat wij ook moeten blijven luisteren, toch? Dan nog liever die Morrissey-imitatie van de bevriende baard die ons pad kruiste.Voor wanneer is die reünie van Groep Jezus, Iwein? Zijn we ondertussen al niet een mooie tien jaar verder?

We geven dat grif toe. Tot nu hadden we onze bedenkingen bij Savages (zie Gonzo (circus) #116). Menen ze het of niet. Dat was de vraag waarmee we naar de Club trokken. Daar werd de band door ex-Stubru presentator Tomas De Soete tot drie keer toe aangekondigd als een vrouwelijk vijftal. Zal toch even schrikken geweest zijn toen er seconden later maar vier vrouwen op het podium verschenen. Vier vrouwen die op scherp stonden. Want dit was een ware overrompeling. Vanaf de openingsseconde spatte de industriële postpunk van Savages uit de boxen. Frontvrouw Jenny Beth klauwde om zich heen en stortte haar zanglijnen uit over het publiek. De baslijnen van Ayse Hassan meanderen zich een meedogenloze weg doorheen de set, net als de gitaarlijnen van Gemma Thompson. Drumster Fay Milton hield de boel strak. Dat alles zorgde ervoor dat Beth haar theatrale zelf kon zijn in ijzersterke uitvoeringen van ‘She Will’, ‘Husbands’ en ‘Shut Up’. En dat laatste nemen we ter harte. Nooit zullen wij nog zeggen dat Savages hèt niet meent.

Wie naar Eminem was gekomen voor een fijnbesnaarde hiphopshow was eraan voor de moeite. Van zodra het doek viel (een handig half uurtje te laat, zodat de platinablonde superster maar een uurtje zijn rekker moest afdraaien) werd duidelijk: Em zou voor bombast gaan. Liever nog een beetje bombast er bovenop dan een deugdelijke klank, leek wel het devies dat de geluidsman had meegekregen. Lang hebben wij het niet volgehouden, maar het lijkt ons sterk mocht het met dit concert nog zijn goedgekomen. Alleen al in de tien minuten die wij zagen, slaagde Slim Shady erin om vier keer “What’s up Brussels” te roepen. Een klassieke hiphop grap, ondertussen… En, om het aantal views van www.gonzocircus.com een beetje de hoogte in te jagen, nog even deze vaststelling: Eminem heeft, van alle bands op Pukkelpop, veruit de lelijkste fans. Oepsie.

Punten voor de grappenmaker die gedurende de eerste vijf minuten van Godspeed You! Black Emperor op de schermen naast het podium reclame voor Live Nation afspeelt. Van de weeromstuit trokken die van GY!BE voor hun eerste Belgische festivalset de kaart van de drone, vandaag. En dan bedoelen we: drone als inleiding op de drone die nog gaat komen. Her en der werd geplukt uit obscuurder passages uit het plaatmateriaal, maar hun ‘hits’ lieten GY!BE in de flightcase, vandaag. Niet dat we daar rouwig om waren, want al bij al zagen we een trage, maar mooie en intense set.

Voor meer foto’s kun je ook terecht op onze Instagram.

(sb,mt en ldw)
Foto’s: Maarten Timmermans

tekst:
Gonzo (circus) Crew
geplaatst:
vr 16 aug 2013

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!