Pólýfónía

In Gonzo (circus) # 104 kon je nog een interview lezen met Jóhann Jóhannsson – vooral bekend vanwege zijn solowerk. Vaak zeer uitgepuurde, haast cerebrale elektronica. Uit het interview blijkt de aimabele Ijslander zeer serieus te zijn als het over zijn muziek gaat. Maar al jaren heeft hij ook een aantal uitlaatkleppen. Op muzikaal vlak is Apparat Organ Quartet misschien wel het bekendste. Samen met vier (sic) andere muzikanten, drie op synth en één op drum, vormt hij al sinds het begin van deze eeuw Apparat Organ Quartet. In 2002 verscheen hun titelloze debuut. Een jaar later zagen we ze op Pukkelpop een misschien wel onbedoeld hilarisch optreden geven. Iets met oude analoge synths die in rook opgingen en gezellige danspasjes van vier Ijslandse houten Klaasen. Het recept op deze tweede plaat is grotendeels hetzelfde gebleven als op het debuut. De groep valt ergens ruwweg te situeren tussen de proto-elektronica van Kraftwerk – luister naar het treffend getitelde ‘Macht Parat Den Apparat’ –en de uitwaaierende krautrock van een band als Can. Misschien gelukkig met iets minder lange nummers. Onze toppers op het album zijn ‘Cargo Frakt’, inclusief eenwel zeer humoristische tekst, en het al snel voortdenderende ‘Pentatronik’. Kortom, een plaat die bewijst dat serieus met je muziek bezig zijn, niet wil zeggen dat er niet gelachen mag worden.

tekst:
Maarten Timmermans
beeld:
AOQ
geplaatst:
ma 5 jan 2015

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!