Het is moeilijk om geen sympathie te koesteren voor Peter Kernel, muzikale alias van het prettig gestoorde koppel Barbara Lehnhoff en Aris Bassetti. Met een groeiend arsenaal aan prachtplaten en hun beruchte live shows zetten ze zich geleidelijk aan in zowat heel Europa op de kaart. Zelf vinden Aris en Barbara dat ze muziek produceren die iedereen kan maken: primaire rock die de meest elementaire menselijke noden moet prikkelen. Hun vorige langspeler ‘White Death & Black Heart’ kwam daar inderdaad aardig bij in de buurt. Op de nieuwe ‘Thrill Addict’ maakt het duo een dubbele beweging. Enerzijds bouwen ze verder op het beproefde recept (luide drums en lichtschreeuwerige vocalen): daarvan zijn het opzwepende ‘Majestic Faya’ en het knotsgekke ‘High Fever’ getuige. Anderzijds mag het – zoals in het weemoedige ‘They Stole the Sun’ of het ingetogen ‘Tears Don’t Fall in Space’ – ook af en toe eens wat diepzinniger, ook op tekstueel vlak. Het meest genieten blijft het natuurlijk tijdens de perfecte versmelting van beide: het mistroostige je m’en foutisme dat ‘It’s Gonna Be Great’ gedoopt is. Misschien wordt het nu echt maar eens tijd dat het grote publiek Peter Kernel ontdekt! Alhoewel: we zouden ze met plezier nog even koesteren in onze egoïstische moederschoot.
Een zelfde absurditeit treffen we aan op de tweede langspeler van Zarboth, de noemer waaronder drummer/zanger Etienne Gaillochet en gitarist Phil Reptil (bijwijlen bijgestaan door dichter/trompettist Macdara Smith) tegendraadse rock fabriceren. Hun nieuwe plaat, het lekker bekkende Kwakiustis, dat al in 2011 werd opgenomen, is opgedeeld in twee delen. De A-kant bestaat uit – zij het veeleer merkwaardig – gestructureerde nummers, voorzien van strofen en refrein. Op de B-kant wordt alles wat nog maar neigt naar ‘compositie’ achterwege gelaten en slaan de heren aan het improviseren. Op zich geen slecht concept, maar we kunnen ons niet van de indruk ontdoen dat Zarboth iets te hard probeert om origineel te zijn. De jaren 1990 liggen al even achter ons, en we hebben onze dosis noise- en mathrock-experiment zo onderhand wel gehad. We genieten nog het meest van de momenten waarop de heren gewoon een opzwepende riff inzetten, zoals naar het einde van ‘Salish’ toe. De dissonante blazers en het pseudo-experiment mogen ze voor ons part gerust laten varen. Ach, wie weet groeit de plaat met het aantal luisterbeurten. We geven ze nog een kans.