Met Pan Aroya levert het Antwerpse Codasync, ondertussen voorzien van een nieuwe bassist, zijn vijfde release af in evenveel jaren tijd. De groep is technisch sterk, maar stelt dat vakmanschap volledig ten dienste van de creativiteit. Tel daar de verschillende muzikale achtergronden en interesses van de groepsleden bij, en je krijgt een discografie die in de brede zin divers is, maar die zelfs tot op het niveau van individuele tracks een veelheid aan stijlen tentoonspreidt, met een constante en spannende tweestrijd tussen improvisatietalent en de hang maar uitgekiende structuren. Het zal niet verwonderen dat een gemiddelde Codasync-compositie ruim te tijd neemt om zich te ontwikkelen: nummers van negen minuten zijn geen uitzondering. Maar voor zo één track krijg je dan ook veel in de plaats dikwijls zijn ze drie of meer songs in één, met gemoeds- en stijlwisselingen die elkaar in sneltempo opvolgen. Dus ja: ook Pan Aroya vraagt weer enkele luisterbeurten geduld voor optimaal luisterplezier. Maar hermetisch is de plaat geenszins: de terugkerende themas de refreinen in popmuziek van Scarab Robot Dance en The Poeshkin Meditations zijn heerlijk catchy. Was 2012 al een Belgisch grand cru-jaar met uitstekende releases van BRNS, Kabul Golf Club, New Bleeders, Believo!, In-Kata, Tomàn, Kiss The Anus Of A Black Cat, Raketkanon en Flying Horseman, dan kunnen we daar met Codasync nog een overtuigende naam aan toevoegen. Eindejaarslijst, iemand?