Michael Vlatkovich, ondertussen toch al 65, gaat onverdroten verder met het componeren en spelen van avontuurlijke jazz. Hij componeert, is bandleider, gewaardeerd jazzkenner en alom gewaardeerd trombonist. Hij komt naar buiten in velerlei gedaantes, gaande van solowerk, kleine bezettingen tot ware ensembles. Voor ‘Myrnofant’s Kiss’ gaat hij aan de slag als kwartet, hetzelfde waarmee hij in 2006 de cd ‘Alivebuquerque’ opnam, waarvan in 2008 ook een dvd werd ingeblikt. Vlatkovich focust op het begrip mogelijkheden, waarbij gepoogd wordt de grenzen van de pure jazz open te breken en de focus te leggen op wat mogelijk is met melodie, interactie de verschillende relaties tussen de muzikanten onderling en luisterend elkaar aftasten en naar een creatief hoogtepunt duwen. Acht nummers vormen de neerslag van deze zoektocht, waarbij de focus ligt op de baritonsaxofoon van David Mott en de trombone van Vlatkovich. Drummer Christopher Garcia en cellist Jonathan Golove blijven wat meer op de achtergrond, zonder helemaal te verdwijnen en sporadisch ook een essentiële inbreng op te eisen. Deze cd is daardoor ook een behoorlijke uitdaging voor jazzpuristen en een avontuur voor hen die breder kunnen denken en luisteren. Met zijn Ensemblio bracht Vlatkovich een eerste album uit in 2011. De opvolger van dat ‘An Autobiography Of A Pronoun’ is op dezelfde manier opgevat. Vlatkovich schrijft partituren uit, die als basis dienen om verder op te improviseren. Geen sinecure als we tellen hoeveel leden het Ensemblio telt: 14! Daaronder uiteraard heel wat blaasinstrumenten, die echter nooit voor overdaad zorgen. Elke noot lijkt, zelfs al is ze geïmproviseerd, bestudeerd en verantwoord. Daardoor klinkt het ensemble als een echte eenheid die jazz brengt die, ondanks het grote aantal leden en instrumenten, toch kalmte en rust teweeg brengt. De muziek mag dan misschien wel complex in elkaar steken, dat is bij het luisteren eigenlijk nauwelijks te merken. Vlatkovich is zelf ook behoorlijk opgetogen dat zijn ingewikkelde score door zijn muzikanten wordt geïnterpreteerd en als het ware uit de losse pols wordt vertaald naar redelijk toegankelijke jazz.