Anais Tuerlinckx & Andrea Ermke - (c) fabonthemoon

Meakusma is hét model voor een avontuurlijk festival

Na twee jaar en een geslaagde tusseneditie in Sankt Vith, keert de Meakusma-machine terug naar Eupen, de hoofdstad van Ostbelgien. En óf het een extra jaartje wachten waard was!

Op het eerste zicht zijn veel aspecten van Meakusma Festival hetzelfde gebleven: de vele Brusselse kunstschoolstudenten en -alumni, de kerkconcerten, die ene zaal waar changeovers altijd moeizaam verlopen, de gemoedelijkheid van een slaperig provinciestadje dat tegelijk dienst doet als hoofdstad van een hele taalgemeenschap, de rustgevende omgeving van de Hoge Venen… en natuurlijk een immense lading experimentele muziek, compromisloos en scherp geprogrammeerd. Maar wie goed kijkt, ziet dat Meakusma ook subtiel evolueert en stilaan een uniek festivalmodel ontwikkelt. En dat zit niet in dingen als een grotere camping of het gebruik van meer locaties, maar in het programma zélf.

Ensemble Nist-Nah 2 - (c) fabonthemoon
Ensemble Nist-Nah – (c) fabonthemoon

DONDERDAG 29 AUGUSTUS

Op de wat moeizaam startende donderdag kunnen we de kwaliteit van de line-up dit jaar nog niet helemaal ondervinden. Het gamelanconcert van Ensemble Nist-Nah in een park benadrukt vooralsnog het gemoedelijkheidsaspect, terwijl onwennige kampeerders even verderop en masse een plekje op de kampeerweide zoeken. De onversterkte polyritmische gamelanklanken – allemaal originele composities – doen soms wat denken aan Goat Jp en gaan er goed in tijdens zo’n heerlijke zomeravond, maar één van de hoofdacts van deze editie – Kamilya Jubran met Werner Hasler – komt al snel aan de beurt. Tot onze verbazing loopt de Kühlraum (een van de vele zalen in cultureel centrum en hoofdlocatie Alter Schlachthof) slechts voor de helft vol. Vorig jaar was Jubran op Le Guess Who? een van dé hoogtepunten, al tapt ze nu uit een totaal ander vaatje. De zalvende, warme stem van toen verdwijnt naar de achtergrond ten voordele van ongemak, onrust, chaos en ontwrichting, met name door toedoen van Hasler, die met zijn arsenaal lawaaimakende (veelal elektronische) attributen de kwadrofonische PA-opstelling hard laat werken. Het resultaat is muzikaal bochtenwerk dat soms iets te langdradig is en zelfs nog wat intenser had gemogen, maar niettemin de verwachtingen inlost. Deze tandem met Hasler bewijst eens te meer dat Jubran een onbevreesde en grensverleggende rasartiest is.

Kamilya Jubran & Werner Hasler - (c) Geert Coppens
Kamilya Jubran & Werner Hasler – (c) Geert Coppens

Kamilya Jubran & Werner Hasler - (c) fabonthemoon
Kamilya Jubran & Werner Hasler – (c) fabonthemoon

Meteen ligt de lat hoog, en Parasite Jazz – iets wat het midden houdt tussen Battles en Bohren & Der Club of Gore – kan er niet aan tippen, een verrassende gastrol voor Radio Hito ten spijt. Interessanter klinken de bevreemdende en zwaar vervormde dieptebommen van Katatonic Silenzio in de Kesselraum. Weird jazz klinkt evenwel nog een tweede kans met The Killing Popes, een trio onder aanvoering van Dan Nicholls. Zoals het Nicholls ook betaamt, is dit honderd procent geïmproviseerd. Het heerlijke gepingel vat af en toe vlam, maar ultiem kijken de twee andere leden iets te veel naar Nicholls en verzuimt de band helemaal te ontsporen. De Speicher – een zolderruimte in het Alter Schlachthof – wordt door Anais Tuerlinckx en Andrea Ermke omgetoverd tot een foley studio voor horrorfilms dankzij een barrage aan onheilspellend gekraak van Tuerlinckx’ besnaarde klankkasten en de samples uit Ermkes respectabele verzameling minidisks. Zoals wel vaker gebeurt met dit soort samenwerkingen, is er nog wat onwennigheid en musiceren beide artiesten iets te veel op hun eigen eiland. Het klankenuniversum dat ze neerzetten vormt in elk geval een fijne afsluiter van de eerste dag.

Anais Tuerlinckx & Andrea Ermke 2 - (c) fabonthemoon
Anais Tuerlinckx & Andrea Ermke – (c) fabonthemoon

Anais Tuerlinckx & Andrea Ermke - (c) fabonthemoon
Anais Tuerlinckx & Andrea Ermke – (c) fabonthemoon

VRIJDAG 30 AUGUSTUS

De meest bizarre festivallocatie van Meakusma is met aan de zekerheid grenzende waarschijnlijkheid ook de meest troosteloze plek binnen een straal van vijfhonderd kilometer. Het verlaten winkelcentrum Eupen Plaza (vermoedelijk een ode aan de onderschatting van het Schengen-akkoord) begroet ons met dode palmbomen en even stoffige als lege vitrines. Een half gestript deel van het gebouw doet dienst als een groteske echokamer, in de eerste plaats voor de installatie van MIDI-orgelcoryfee Maxime Denuc (ondersteund door de lichtinstallatie van Kris Verdonck). De meditatieve en soms feeërieke klanken samen met de spaarzame lichtshow leveren een gekke juxtapositie op. Toch slaagt Denuc erin om de bezoeker in geen tijd helemaal op te laten gaan in de installatie, en de omringende troosteloosheid te vergeten. Een paar meter verderop tekent Etienne Nillesen voor een van de hoogtepunten van Meakusma met zijn spaarzame set-up van twee snaredrums belicht door een partij tl-lampen op de grond. De resonantie van de abominabele non-ruimte doet de rest. Al mag je de virtuositeit van Nillesen niet onderschatten. Volkomen onversterkt weet hij trommelvlieswapperende frequenties op te wekken en tegen het einde van zijn pittige set kunnen we zelfs een bescheiden melodie ontwaren.

Maxime Denuc - (c)
Maxime Denuc – (c) Roger A

Niet geholpen door een halsstarrig brandalarm weet Rashad Becker in een in daglicht badende Kesselraum maar weinig vaart of dynamiek in z’n set te krijgen. Jammer, want deze producer heeft een serieuze staat van dienst en het live-gehalte van zijn uitvoeringen is groot. Een fikse wandeling verder komen we aan bij de gezellige Galerie Vorn und Oben, waar de installaties van Angela Anzi en Tintin Patrone helaas net onder handen worden genomen. Een andere plek voor kunst, het museum IKOB speelt dit jaar een bescheidener rol op Meakusma, want er is enkel een luisterboek-expo, alleen lijken de mp3-spelers het niet te doen. Wie een meer interactieve installatie wil, kan in de toren van Alter Schlachthof iets inspelen en deel uitmaken van de eeuwige loopstation van Die Tödliche Doris.

Melos Kalpa - (c) Geert Coppens
Melos Kalpa – (c) Geert Coppens

Melos Kalpa 2 - (c) Geert Coppens
Melos Kalpa – (c) Geert Coppens

Op vrijdagavond lijkt Lea Bertucci in de grote Nikolaskirche heel even een storm te ontketenen met hulp van Echo Collective, maar door de zeer korte set verlaat haar storm nooit het stadium van ‘in een glas water’, een sterk geluidsdesign ten spijt. Dezelfde kerk is ook het toneel van Melos Kalpa, een band die gebruik maakt van analoge taperecorders voor live loops. Dat is knap, en bovendien ook heel mooi om te zien. De snel draaiende tapeloops zijn een hypnotiserende lust voor het oog. Alleen is de muziek zélf net niet spannend genoeg om als een hoogtepunt van deze immer sterker blijkende editie te kunnen gelden. Ondertussen komt het feest in Alter Schlachthof – het is vrijdagavond, de Brusselse diaspora is nu voltallig – goed op gang, met onder meer de puike dubset van Hill Men, die in een zijruimte van de Kesselraum mogen openen voor TBZ. Die laatste – echte naam Tobias Jansen – staat erom bekend onvoorspelbare sets te spelen. Zo geschiedt ook, want Jansen gaat doodleuk elektronische muziek maken vanop een website. Spannend en dynamisch is het zeker, maar het geluid blijft helaas achterwege – de subs lijken zelfs uit te staan.

Mich L, Joris Perdieus - (c) Geert Coppens
Mich L, Joris Perdieus – (c) Geert Coppens

Mich L, Joris Perdieus 2 - (c) fabonthemoon
Mich L, Joris Perdieus – (c) fabonthemoon

Dan maar naar de rustige Speicher-zolderkamer, waar Mich L. en Joris Perdieus de broeierige ruimte innemen met traag veranderende klanklandschappen en dito geprojecteerde digitale abstracte schilderijen. Ambient en field recordings zijn de rode draad in een op sfeer gerichte set die voor een mooi rustpunt zorgt te midden van alle festivaldrukte. Wie dan al op de juiste golflengte zit, wordt met Lamin Fofana al helemaal verwend. Hij brengt een prachtige luisterset van het allerhoogste niveau, waarin DJ-werk, samples en live tweaks een geheel vormen met de volledig donkere zaal.

ZATERDAG 31 AUGUSTUS

Zaterdag vangt aan met een performance die twee keer illegaal is. De Spaanse artiest Adrián de Alfonso kaapt voor de gelegenheid drie FM-frequenties die hij aan het werk zet in een tijdelijk gekraakte privétunnel ergens in Eupen. Zijn vele radio’s deelt hij ook uit aan het publiek en die laat hij dan weer interageren met zijn zang – een onbestemde mix van flamenco en nog wat – en gitaarspel. Een uur lang lijkt de Alfonso aan muzikale hekserij te doen en op die rare locatie weet hij z’n publiek ook net zo lang te boeien. Een topperformance.

DO U Want To Move Back to LDN - (c) Geert Coppens
DO U Want To Move Back to LDN – (c) Geert Coppens

In de kleine Werthkapelle spreidt Simon Halsberghe zijn organische technobeats tentoon, met een korte maar bezwerende set die van begin tot eind interessant blijft. Niet in het minst door de mysterieuze opstelling van Halsberghe, waardoor je soms de indruk krijgt dat hij alsnog het kerkorgel gebruikt. John T. Gast en Solomon Garçon vormen samen DO U WANT TO MOVE BACK TO LDN, een noiseproject dat de letterlijke betekenis van de Kesselraum in de verf zet. Het duo haalt immers verschroeiend uit, met voor aanvang van hun set vervormde fragmenten uit de nillies-scripted reality-show The Simple Life (met Paris Hilton en Nicole Richie, weet je wel). Het geluid van de tv-show wordt getransformeerd tot een heerlijke en in loodzware bassen gedrenkte geluidsbrij. Vanaf dan is er geen weg meer terug: subtiele ingrepen, nuances en vocale accenten zijn er genoeg, maar de rode draad is een dijk van een noiseset, van een niveau dat we binnen dit genre al een poos niet meer hebben gezien.

In de verschraalde polyvalente culturele ruimte Jünglingshaus zijn de spookachtige Ondes Martinot-klanken in de set van Accident Du Travail helaas geen partij voor een overvolle zaal en tropische temperaturen. Gelukkig brengt de grote zaal van het gebouw enige verkoeling en blijkt het ook de ideale setting te zijn voor de theatrale vocale performance van Myriam Van Imschoot & HYOID. Geholpen door een dozijn aan katrollen bevestigde bluetoothspeakers weet de groep een uur lang te hypnotiseren met diverse, vaak onorthodoxe, stemtechnieken. Met alleen maar hun stembanden schetsen ze een levendig beeld van iets wat tussen de wereld van insecten en de ondergang van de mensheid in zit. Het laat een diepe indruk na.

Terug in de ondertussen leugenachtig genaamde Kühlraum brengt Giulio Erasmus & The end of the worm een interessante interpretatie van dub, die vooral dankzij de uitstekende band live goed werkt. Het geheel klinkt als iets wat niet had misstaan op de loonlijst van Factory Records, dik veertig jaar geleden. Ongeveer het tijdperk waarin Freiwillige Selbstkontrolle ontstond. Een band die niet aan ironie of toonvastheid doet, maar zelfrelativering voorop stelt en complexloos doorheen de zeventien albums tellende bandgeschiedenis navigeert. Hun avant-wave klinkt nog steeds oprecht en origineel, wat hun status van cultlegende bevestigt.

UPSAMMY - (c) Isanska Monika
UPSAMMY – (c) Isanska Monika

Op zaterdagavond is er de moeilijke keuze tussen Speicher of de grote Halle-zaal. De omstandigheden hakken uiteindelijk de knoop door, want onze favoriete zolderruimte wordt het hele weekend nogal amauteuristisch gerund, met veel uitloop en gestresseerde artiesten tot gevolg. We lopen dus de lange rij wachtenden op Läuten der Seele voorbij om ons te goed te doen aan het laatste stuk van de upsammy-set en een Carrier die om twee uur ’s nachts de knaldrang van het publiek op de proef stelt met een fijnproeversset van slome, zware beats die als gedeconstrueerde dubstep of drum-‘n-bass klinken.

ZONDAG 1 SEPTEMBER

Traditiegetrouw brakken we zondagmiddag uit in de Friedrichskirche, die welkome bescherming biedt tegen de 32 graden buiten. Áine O’Dwyer mag openen op orgel, met een fysieke en improvisatierijke set die regelmatig weet te verrassen, maar niet genoeg spanning kan opbouwen. Dan komt Merope een stuk sterker voor de dag met de Litouwse folk annex drone annex engelengezang die een eivolle kerk naar een andere wereld vervoert. Het vormt een van de (vele) hoogtepunten van deze vierdaagse.

Merope 2 - (c) Geert Coppens
Merope – (c) Geert Coppens

Merope - (c) Geert Coppens
Merope – (c) Geert Coppens

In de Heuboden-ruimte achter Alter Schlachthof, die zowel als afterparty-plek, chill out-zone en middagdutjesfaciliteit dienstdoet, weet Nuno Loureiro een door de warmte afgemat publiek te troosten met zijn onvoorspelbare live ambient die wat doet denken aan (hele) vroege Oneohtrix Point Never en FIS. Het weer nodigt zowel uit om zowel de koelte van het hoofdgebouw op te zoeken als een stukje te dansen met de voeten in het gras bij de uitstekende soundsystem van 54Kolaktiv. Beginnen doen we met het eerste, terwijl een loslopend hondje doodleuk op eigen houtje naar concerten komt kijken. Als het binnenwandelt tijdens de set van Thomas Lehn, stopt het prompt met kwispelen en maakt het rechtskomkeert. Lehn biologeert de zaal met een half uur durende geïmproviseerde set op een proto-synth die kennelijk ook door Brian Eno werd gebruikt tijdens zijn begindagen als ambient-artiest. De Duitser samplet zijn eigen pianospel en jaagt het live door een sonische mangel. Wat er aan de andere kant uitkomt, klinkt alsof het niet van deze planeet komt, noch voor mensen- (en kennelijk honden)oren bestemd is. De viervoeter heeft ondertussen de voorkeur gegeven aan Jeugdbrand, het project van Dennis Tyfus en Jeroen Stevens dat geheel in de lijn der verwachtingen de grenzen der interpretatie vakkundig tart.

Jeugdbrand - (c) Geert Coppens
Jeugdbrand – (c) Geert Coppens

We gaan alsnog voor een stukje ‘tropisch dansen’, wat met ojoo & Ossia op het soundsystem in de achtertuin van Alter Schlachthof geen moeilijke opgave is. Terug binnen tekent vervangingsact The Fifth of July voor een van de leukere verrassingen van dit festival. Het trio bestaande uit Victoria Palacios, Roman Hiele en Sergeant klinkt aanvankelijk als een abstracte versie van Blonde Redhead, om daarna stap voor stap te ontsporen. Het publiek smult ervan. Inmiddels is de Halle omgetoverd tot een performanceruimte voor saxofooncollectief Z-Ensemble en componist Marcus Schmickler, die samen een uitvoering brengen van een half uur. Het blijkt vooral een bijzondere luisterervaring te zijn met geluid rondom en saxofonisten verspreid over de zaal waartussen het publiek vrij kan rondlopen. Het plaatje wordt compleet als Schmickler er een soloset aan vastplakt, met nachtmerrie-opwekkende klanken in een zich met rook vullende donkere zaal.

The Fifth of July - (c) Geert Coppens
The Fifth of July – (c) Geert Coppens

The Fifth of July 2 - (c) Geert Coppens
The Fifth of July – (c) Geert Coppens

Vreemde eend in de bijt op zondag is het neoklassieke duo Salenta + Topu, die niet de indruk wekken iets baanbrekends te doen, al worden hun kwetsbare uitvoeringen niet geholpen door het verloop in de zaal. Iets spannender is Slumberland, die schijnbaar met gigantische naaimachines beats weet te genereren, maar het geheel klinkt best plat. Van een andere orde is de afsluiter van Meakusma Festival 2024. Hier geen spectaculaire attributen, lichtshows of keiharde beats: Lukas De Clerck is immers een fanaat van het oud-Griekse instrument de aulos en recent bedacht hij zelf een upgrade: de telescopische aulos. Wat voor geluid dit nieuwe instrument live kan genereren, bewijst De Clerck drie kwartier lang op virtuoze wijze. Het vat Meakusma Festival perfect samen: waarom kiezen voor een makkelijke of toegankelijke afsluiter als het ook zo kan? Niet dat er geen keuze was, want boven in de Speicher sturen de prachtige liedjes van Jules Reidy het Meakusma-publiek terug de warme nacht in.

Slumberland 2 - (c) Geert Coppens
Slumberland – (c) Geert Coppens

Slumberland - (c) Geert Coppens
Slumberland – (c) Geert Coppens

Jules Reidy - (c) fabonthemoon
Jules Reidy – (c) fabonthemoon

Kwaliteitsbewaking en wellicht enige werkdrukverlichting waren kennelijk de motieven voor de Meakusma-pauze vorig jaar. De vraag is of Meakusma Festival nu standaard tweejaarlijks wordt. We kunnen zo’n pauze alleen maar toejuichen als we in ruil een festival van dit niveau terugkrijgen. Wat vooral aan Meakusma opvalt – steeds meer, gezien ook het contrast met altijd maar groter wordende festivals als Rewire of Le Guess Who? – is de behapbaarheid van het format. Je krijgt als bezoeker meer dan genoeg voor de kiezen. Het is hard werken en je kunt makkelijk meer dan twintig volledige sets zien. Tegelijk heb je nooit het gevoel iets te missen. Keuzes kunnen wat minder uitvallen, maar de kenmerkende FOMO blijft veelal weg. Intuïtie neemt het over en interacties met diverse bezoekers kunnen je makkelijk last-minute een andere keuze laten maken op basis van hun input – de meeste performances zijn toch te vinden binnen vijf minuten looptijd. Deze schaal maakt het ook mogelijk om alle locaties te bezoeken en van alle aspecten van het festival – theatrale producties, installaties, expo’s, wandelingen, concerten in open lucht en noem maar op – te proeven.

Nóg belangrijker is dat Meakusma Festival alsmaar beter en scherper wordt qua programma, zelfs al blijven veel formules hetzelfde. Koppel dat aan een ideaal format en je hebt een recept voor wat het perfecte festival kan zijn voor de avontuurlijke muziekliefhebber. Het wachten meer dan waard, zeker als we volgend jaar terug een Weekender-editie mogen beleven!

tekst:
Marc Puyol-Hennin
beeld:
Anais Tuerlinckx & Andrea Ermke - (c) fabonthemoon
geplaatst:
vr 6 sep 2024

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!