Magic Potion

De eerste tonen van alweer het vierde album van het duo The Black Keys, zijnde gitarist Dan Auerbach en drummer / toetsenist Patrick Carney, zetten ons even op het verkeerde been. We dachten met een reïncarnatie van Ram Jam te maken te hebben, en eentje daarvan is meer dan voldoende, dankjewel. Zoals gewoonlijk namen de twee heren hun plaat op in hun uitvalsbasis Akron, Ohio. Ook deze keer richtten ze een eigen studio in, de derde al, nadat de vorige vergeven van de ratten bleek te zijn. Veel verschil maakt het echter allemaal niet. De muziek van het duo is nog steeds geënt op de roots van het bluesgenre, met de Mississippi-Deltablues als ijkpunt. Junior Kimbrough en R.L.Burnside zijn de grote helden maar het niveau van die twee overleden knarren halen The Black Keys nergens. Ze kunnen het wel natuurlijk, en ze zaten net als voornoemden tot voor kort op het Fat Possum-label, maar de nummers op ‘Magic Potion’ klinken te gepolijst, missen wat bezieling en het ontbreekt aan een eigen geluid. Het zit wel allemaal goed in elkaar hoor, en mankementjes zijn niet te horen, maar net daar wringt het schoentje. Blues is niet bedoeld om zo proper te klinken, alsof iemand met cif het ongepolijste heeft weggepoetst.

tekst:
Patrick Bruneel
geplaatst:
ma 5 jan 2015

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!