Naast dichter en stemkunstenaar is Jaap Blonk ook componist. Voor wie hem kent, is dat bekend; zijn gedichten zijn vaak composities en zijn composities gedichten. Naast de acrobatische stemkunst die Blonk in bijvoorbeeld zijn uitvoering van Kurt Schwitters Ursonate tentoonstelt gebruikt hij veelvuldig elektronica. Lifespans is een elektronische compositie van ruim een uur. Wanneer je zijn stemkunst voor het eerst hoort, is het overdonderd. Het neigt aan een beestachtige oerkracht, een waanzinnigheid die je de betekenis van woorden doet vergeten en de nadruk legt op klank. Op niets dan klank en de emotionele kracht die daar in verborgen zit. Lifespans, een elektronische compositie van een goede zeventig minuten, draait ook om klank. Maar wel een hele andere klank dan die van zijn klankdichten. Bij een goed hoog volume werkt de plaat verdovend. Niet alleen oorverdovend, maar eerder magnetiserend. Flarden van stemmen, computerachtige bliepjes en fragmentarische melodieën sleuren je de ruis in. Door de intensiteit van de klank treden er fantoomgeluiden op. Ik denk een grommende tuba te horen, het piepende en krakende metaal van bruggen die het begeven onder natuurkrachten, stukken Kollaps van Einstürzende Neubauten die uit hun muziek zijn gescheurd. Er zijn weinig opties bij deze muziek. Eigenlijk zit er niets anders op dan luisteren totdat het einde zich aandient.