Pere Ubu, de experimenteel getinte band rond de indrukwekkende frontman David Thomas, werd in Cleveland, Ohio opgericht in 1975. Hun debuutsingle 30 Seconds Over Tokyo groeide uit tot een klassieker, net als debuutalbum The Modern Dance (1978). In voortdurend wisselende bezettingen, met Thomas als enige vaste waarde, bracht de band doorheen de jaren ettelijke albums uit. Geen ervan klinkt minderwaardig of uit de tijd. Integendeel, de meeste platen bevatten steengoede avant-garage (zoals Thomas de muziek zelf betitelt) die elke tand des tijds doorstaat. Invloeden zijn en blijven musique concrète en blues georiënteerde garagerock en dat is ook op dit zestiende studioalbum het geval. Op Lady From Shanghai laat Pere Ubu horen niets aan kracht en intensiteit te hebben ingeboet. Thomas is inventief met woorden zoals we van hem gewend zijn en de muziek zoekt opnieuw de grenzen van hun kunnen op. Opener Thanks is net als afsluiter The Carpenter Sun een staaltje van virtuoze avant-gardepop die het experiment absoluut niet schuwt, maar omarmt. Ertussen staan negen typische Pere Ubu-songs die perfect passen binnen het indrukwekkende oeuvre van de band. Thomas en zijn kornuiten mogen deze plaat zonder enige schaamte tussen hun eigen klassiekers etaleren. Stond er op de voorgaande platen (uit de jaren 1990 en 2000) hier en daar een iets mindere song, dit is deze keer absoluut niet het geval. Pere Ubu vond het perfecte evenwicht tussen abstractie, avant-garde en gewonere rock met een ronduit schitterend resultaat. Voor iemand van net geen zestig is David Thomas (°1953) zeker nog niet uitverteld.