De vierde uitgave van Pierre Alexandre Tremblay op het empreintes DIGITALes-label bestaat uit twee cds met vijf elektroakoestische composities. Hoewel de stukken in een vrij lange periode zijn ontstaan tussen 2008 en 2013 en Tremblay voor bijna elk stuk met een andere solist op een ander instrument samenwerkt, vormen de vijf composities een sterk geheel. In techniek, sfeer en uitwerking. Iedere compositie verkent de samenkomst van elektronica en een akoestisch instrument een basklarinet, een piano, de menselijke stem en de experimentele instrumenten Baschet-Malbos-piano en de babel table. Die relatie is dynamisch en direct: de akoestische instrumenten, inclusief de zangstem, worden tijdens het spel real time elektronisch bewerkt, waarop de solisten weer kunnen inspelen. Tremblay noemt het een dialoog die geheel bestaat uit machtsspelletjes. Zo ernstig is het niet: al zijn er momenten van strijd, evenzeer zijn er momenten van rust, van aanvulling en van samenvallen. Dat laat zich al horen in het eerste stuk, met Heather Roche op basklarinet. Het bestaat uit kalm gespeelde blazersnoten, die gepaard gaan met rinkelende en ruisende elektronica. Als Roche af en toe losbarst, sluit de elektronische noise daar perfect bij aan. Bijzonder is ook de combinatie van de elektronica met de Baschet-Malbos-piano, bespeeld door Sarah Nicolls, die onder andere kan klinken als metalige percussie en dan weer als een orgel. Bij tijden is hier nauwelijks onderscheid te maken tussen de instrumenten. Peyree Chen sist, krijst en zingt in ‘Still, Again’, terwijl de elektronica passend tikt, spettert, rinkelt, knort en piept. Een volgend moment echter neemt de apparatuur de stem over om haar onverbiddelijk te vervormen. Zo beweegt elk stuk zich langs de glijdende schaal tussen confrontatie en coalitie, en tussen abstract en beeldend (of verhalend). Elk op zich zijn de vijf stukken prachtig uitgevoerde klanklandschappen; als geheel is La marée van fascinerende schoonheid.