Vier Russische immigranten ontmoeten elkaar eind jaren negentig in New York en besluiten om samen zwaar op de hand liggende psychedelische jams te produceren. Van avant-garde en noise heeft de oprichter van Psych-o-Path Records wel kaas gegeten. Vroegere releases van Sightings, Mouthus en de beide compilaties Space Is No Place staan daar garant voor. Met zijn eigen project Jesus With Me kon hij natuurlijk niet onder doen. Bedoeling van het kwartet was om hogere sferen te bereiken door middel van eindeloze jams, vandaar de naam. Elke vrijdag werd er in een studio gemusiceerd, aan één stuk door de hele nacht lang. Heavy metal en free jazz vermengd met psychedelische klanken en een voortkabbelende gitaarsolo waar Keiji Haino net niet jaloers van wordt, vormen de ingrediënten van de twee jams op deze schijf. Op een dag hield de band er gewoon mee op, Jezus was vertrokken naar andere oorden. Acid Mothers Temple én Amon Duul I in iets meer dan een half uur is wat voor ons overblijft. Brendan Anderegg is medestichter van het in Brooklyn residerende label Apestaartje, waarop hij voorheen twee platen onder zijn eigen naam uitbracht. Deze derde plaat is nog meer singer-songwriter gericht dan voorheen en voegt weinig tot niets toe aan het overvolle genre van met overtuiging kwelende treurwilgen. Het openingsnummer The Open is nog een aangename ambientdrone, maar daarna is het treurnis troef. Een uitgebreid instrumentarium vermijdt verveling en het zijn vooral de belletjes allerhande die deze plaat een meerwaarde geven, voor mijn parkieten dan wel. Die floten welgezind mee op het rinkelritme en wilden nadien niet meer stoppen. Zo had toch iemand wat aan deze plaat. Op de tweede helft van Falling Air steekt Anderegg Michael Gira naar de troon, maar hij komt nog niet tot aan de navel van diens ingetogen maar veel urgenter solowerk. Andereggs derde is bijgevolg een weinig coherentie vertonende, halfslachtige poging tot het maken van een degelijke plaat, maar ook niet meer dan dat. Volgende keer met parkiet? Terrestrial Tones oogt zeer intrigerend. Het is namelijk het slaapkamerproject van Dave Portner (Avery Tare van Animal Collective) en Eric Copeland (Black Dice). Het duo knutselde een half uurtje experimentele elektronica in elkaar dat reminiscenties oproept aan zowel Dat Politics als aan de kalmere stukken van Wolf Eyes. Meer Creature Comforts dan Breaches And Canyons en weinig tot geen Animal Collective. De elf nummers klinken als microtonale abstracte danstracks. Vervreemdende en griezelige muziek voor onderwatervreetpartijen, onthoofde poppenspelers aan tafel met Christof Kurzmann en Dafeldecker. Blasted is net als alle releases op Psych-o-Path onvoorspelbaar en atypisch. Er valt voorlopig geen stempel te kleven op het label, en dat is uitzonderlijk.