Drie Belgische bands die één ding met elkaar gemeen hebben: ze doen hun eigengereide muzikale zin zonder toegevingen te doen. Het uit Gent afkomstige Rise And Fall komt het heftigst uit de hoek. Into Oblivion is de opvolger voor Hellmouth, die de band slechts als een warmup beschouwt voor hun nieuwe, een half uur durende album. Een hondsbrutale sound, snoeihard en lomp in al zijn facetten, verheft deze band uit het hen zelf opgelegde punkmetalhoekje. De plaat werd opgenomen in de CCR-studio van Chris Belaen, alwaar ook Aborted en Thee Plague Of Gentlemen werkten. De productie lag in handen van Amen Ras Vincent Tetaert terwijl de mix werd gedaan door Kurt Ballou van de band Converge, met dewelke Rise And Fall reeds op tournee ging. Kwaliteit genoeg in huis dus om een supervenijnige wereldplaat in elkaar te zetten; Dat heeft de band dan ook gedaan. Enige misser is de afsluitende overstuurde instrumental waar we geen hol aan vinden. Ringworm, My Life Is War en Converge zelf hebben er een stevige concurrent bij. Gura is eveneens uit Gent afkomstig maar zit in een ander segment van het universum. Het duo, David en Leen, beperken zich tot drums en bas om een zestal ingenieuze, aan mathrock en sludge refererende nummers op een cdr te zetten. De bas is natuurlijk superlaag gestemd en ook David geeft de voorkeur aan de diepst brommende geluiden en slagen die hij uit zijn drumstel kan halen. De geproduceerde sound is rudimentair, pure traagheid maar met voldoende melodische inventiviteit (vooral op de bas) om toch niet eentonig te worden. Het geluid blijft echter heel kaal en zou best nog wat meer variatie kunnen gebruiken of een derde instrument. Er wordt bij momenten wel behoorlijk bombastisch gebeukt, als een tot een minimum beperkte Swans of Melvins, maar we kunnen het gevoel niet onderdrukken dat er iets ontbreekt, zonder er echt de vinger op te kunnen leggen. We houden er natuurlijk rekening mee dat het duo weinig tot geen geld aan de opnames kon besteden. Gura is zeker in het oor te houden als beloftevolle bulldozer van eigen bodem. Voor naifu begeven we ons naar de ondergrond van Brussel, alwaar het vierkoppig collectief, dat sinds februari 2004 lid is van het Rarefish-collecitef, zijn eerste volwaardige cd heeft opgenomen. Twee demos en een bezettingswissel later is de muziek van naifu, Japans voor mes, uitgepuurd tot zijn essentie. De band vertoont veel gelijkenissen met het nu eens vinnige dan weel zeemzoete romantische Blonde Redhead, maar zoekt het in de zang afwisselend een beetje bij Siouxie, Hooverphonic en Portishead. Viooltjes kleuren de arty indierock verder bij en een snuifje experiment is evenmin ver weg (Last Weeks Milk). Minpuntje is de nog soms wat onvoldragen zang van Dominique maar verder is dit een heel leuk indie-plaatje, dat daarenboven in een fraai vormgegeven boekje, waarin de jammer genoeg niet bijster originele of gevatte teksten staan vermeld, zit verpakt.
Rise And Fall speelt 26/2/2006 in Hof Ter Loo, Antwerpen en 7/4/2006 in Vleugel F te Leuven