‘Impuros Fanáticos’ is inmiddels het tweede album van het olijke trio Fumaça Preta, bestaande uit een Venezolaanse Braziliaan uit Amsterdam, en twee Britten uit Brighton. Psychedelische rock is de formule maar dan in experimentele en lawaaierige sferen met vervormde tropicalia als inspiratiebron. Er wordt geschreeuwd/gezongen in het Portugees en Spaans en verder worden er allerlei wereldse muziekstijlen geleend en met psychedelische noiserock saus overgoten. De titelsong is een direct voorbeeld hiervan, na een intro van freejazz volgt fanatiek Portugees geschreeuw op een riedel van analoge synths en blikseminslagen van percussie en gitaar. In de knotsgekke latino-metalknaller ‘Baldonero’ lijken ze The Meridian Brothers te mengen met Black Sabbath en het stemgeluid van Arrington De Dionyso. ‘Ressaca Da Glória’ is dan pure psychedelische rock-‘n-roll in jaren 1970 stijl. Psychedelische sitarklanken in ‘Morrer De Amor’ zetten de toon voor een hypnotiserende Indonesische psycherocksong in krontjong stijl. ‘La Trampa’ trekt de Arabische kant op met een snelle orgelmelodie. ‘Migajas’ is daarna van een minder kaliber, maar ‘Decimo Andar’ kan in paardengalop tempo de boel weer op de goede koers zetten in latinosferen. De afsluiter ‘A Serpente’ neigt sterk naar de Sun City Girls in bedwelmende Arabische sferen, maar plots ontaardt het in het midden in een tropische punkrocksong, om daarna weer terug te vervallen in het begin van de song. Knap staaltje muziek. Het schijnt vooral dat Fumaça Preta een sterke en energiekelive reputatie heeft. Na het horen van deze plaat kun je ze niet meer ontwijken en zullen we onszelf ooit eens moeten verliezen in zo’n optreden.