Holland Festival – over popcorn en nieuwe klassieke muziek

Door muziekliefhebbers wordt het Holland Festival (HF) als een tikkeltje elitair gebeuren beschouwd omdat het zich afspeelt in zalen als het Concertgebouw of Carré. De bezoekers zouden tot de culturele elite behoren en bestaan uit oudere mensen met genoeg geld om de dure tickets te betalen. Verder zou het muziekprogramma zich vooral op (modern) klassiek richten; zo zwart-wit is het anno 2012 niet meer. Deels komt dat dankzij het Muziekgebouw, de zaal waar de meeste voorstellingen zijn, redelijk laagdrempelig is en aan de andere kant is de programmering heden ten dage dusdanig avontuurlijk dat ook jongeren er iets van hun gading in kunnen ontdekken. Kortom, het HF probeert een breder publiek te trekken en komt hierdoor met soms verrassende voorstellingen.

HF Popcorn 32
Popcorn

ZoalsPopcorn (7 juni, Bimhuis), een programma waarin Belgische en Nederlandse pop- en impromuzikanten de grenzen van popmuziek en nieuwe, klassieke, muziek opzoeken. Zij spelen zeven covers van artiesten als Björk, Daan, Tom Waits en Jimi Hendrix. Die covers waren redelijk herkenbaar en niet hemelbestormend nieuw.

Veel opzienbarender klinken de nieuwe composities, geschreven door jonge Belgische en Nederlandse componisten, die gebaseerd zijn op eerder genoemde zeven covers. Het spannendste wat hier uitkomt, is een nieuw stuk van Yannis Kyriakides, geïnspireerd door ‘Crostown Traffic’ van Jimi Hendrix. Het concert sluit af met twee arrangementen van de hand van Peter Vermeersch (Flat Earth Society) van ‘The Mercy Seat’ (Nick Cave) en ‘Girls Just Wanna Have Fun’ (Cindy Lauper).

Ondanks het feit dat het een unicum is om Cindy Lauper tijdens het HF te horen, zijn de twee bewerkingen niet echt als nieuwe muziek te betitelen. In België is Popcorn een aparte muziekstijl; een mengeling van soul, latin, rhythm and blues. Deze eigentijdse mix in het Bimhuis is verrassend, maar weinig vernieuwend omdat het te dicht bij de originele (pop)muziek blijft. Het concert is echter wel laagdrempelig en daarom iss het jammer dat er zo weinig bezoekers zijn.

Nog meer Popcorn van een heel andere gehalte is er op 16 juni in het Muziekgebouw te horen. In de klassieke muziek spreekt men graag en snel in termen van ‘première’, zo ook het HF. Iedere compositie op deze avond beweert een Nederlandse, Europese dan wel wereldpremière zijn. Van tevoren is er veel te doen geweest over de vraag of popmuzikanten wel klassieke muziek kunnen schrijven. Vanavond zal Bryce Dessner (The National) en Jonny Greenwood (Radiohead) bewijzen dat ze dat wel degelijk kunnen. Allereerst vertelde Bryce Dessner doodleuk dat hij eigenlijk helemaal geen popmuzikant is maar dat hij ooit begonnen is als student Klassieke Muziek. Het fascinerende van deze avond zit hem niet alleen in de muziek maar ook in het orkest.

HF 2012 Greenwood
Het Amsterdam Sinfonietta

Het Amsterdam Sinfonietta treed op volle oorlogssterkte aan. Dat betekent alleen al voor de composities van Bryce Dessner maar liefst zestien violisten. Voor Jonny Greenwood worden er nog meer stoelen aangeschoven tot er vier halve cirkels met 24 violisten ontstaan. Kortom, een klassiek orkest in optima forma met een woest gebarende dirigent, André de Ridder, om alles in goede banen te leiden.

Hoogtepunt deze avond zijn beide Greenwood-composities ‘There Will Be Blood Suite’ en ‘Popcorn Superhet Receiver’ (onlangs uitgebracht op het album ‘Threnody For The Victims of Hiroshima and Polymorphia’). Twee stukken die het uiterste van het orkest vergen vanwege de meest uiteenlopende facetten van klassieke muziek die zij in zich dragen: van woeste vioolarrangementen tot rustig pizzicato getokkel. Of bijna atonale passages die in de verte aan ‘OK Computer’ doen denken. Als laatste meesterzet laat Greenwood in ‘Popcorn Superhet Receiver’ al de strijkers (inclusief cellisten) het instrument bespelen als ware het een gitaar. Klassiek musici die als popmuzikanten klassiek spelen: dat is pas cross-over! Op deze avond is er veel jong publiek in de zaal dat op deze manier mooi kennis maakt met moderne, klassieke muziek van hoog niveau.

Er was een tijd dat de Engelsman Michael Nyman als een soort modern klassiek rebel werd beschouwd, met zijn gedurfde minimal muziek bij even gedurfde films als ‘A Zed And Two Noughts’ (1985). Die tijd ligt echter ver achter ons. Zijn soundtracks klinken al jaren hetzelfde en het avontuurlijke ervan is omgekeerd evenredig aan het experimentele karakter van de film. Zo speelde hij nog maar een paar jaar geleden in het Muziekgebouw een matig soundtrack bij ‘Man With A Movie Camera’. Ook EisensteinsPantserkruiser Potemkin’ (1925) is zo’n legendarische klassieker vol filmexperiment. Het is een genot de mooi gerestaureerde versie te zien op zo’n groot scherm. Hieronder doet de elfkoppige Michael Nyman Band zijn best om zo snel mogelijk klaar te zijn; ze spelen in een verschroeiend tempo. Het karakterloze thema wordt onophoudelijk herhaald zonder rekening te houden met de dramatiek van de film. Herhaling is kenmerkend voor minimal muziek maar hier werkt het niet. Dit evenement had beter haar plaats gevonden in het nieuwe EYE dan het HF.

HF2012 Potemkin
Pantserkruiser Potemkin

Nyman behoort niet meer tot de muzikale voorhoede en dat is aan het publiek te zien; het bestaat vooral uit grijze vijftigplussers, het ouderwetse HF-publiek. Waarom het publiek op 21 juni op het terrein van de Westergasfabriek heel gemêleerd was, is moeilijk te zeggen. Het Radio Filharmonisch Orkest is nu niet bepaald een hip gezelschap. Waarschijnlijk kwam er jeugd af op de bijzondere locatie, de gigantische Gashouder waar menig technoparty wordt gehouden.

De vertoonde film ‘2001: A Space Odyssey’ van Stanley Kubrick mag een cultklassieker worden genoemd. Aan de reacties te horen is het voor velen de eerste maal dat ze de indrukwekkende film zien. De soundtrack bestaande uit louter klassieke muziek, wordt met verve gespeeld door het grote orkest, aangevuld met het bijna even omvangrijke Groot Omroepkoor. André de Ridder toont zich opnieuw de kundige dirigent, die zorgt voor een perfecte timing. Het orkest neemt echter ruim de tijd. Nog voor het intro van de film zet het orkest de muziek in, tot aan de laatste aftiteling op het gigantische scherm verdwenen is, genieten en luisteren wij naar walsmuziek van Strauss. Hierbij kan men denken aan André Rieu. Geniet nog meer van Stanley Kubrick op retrospective in EYE tot 9 september 2012.

GEZIEN: Holland Festival, diverse locaties, Amsterdam, juni 2012

tekst:
Oscar Smit
beeld:
HF-Popcorn-3
geplaatst:
zo 1 jul 2012

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!