Keeley Forsyth - HINK festival - (c) Peter Bruyn

HINK Festival: méér dan de som van concerten. Vera Sola wereldster in wording?

Soms heb je een artiest al drie of vier keer zien optreden en vraag je je iedere keer af waarom zij of hij nog geen wereldster is. Of toch minstens een ‘wereld-cultster’ die de Paradiso’s en Ancienne Belgiques van deze aardbol steevast uitverkoopt. De Amerikaanse Vera Sola is zo’n artiest. Een podiumverschijning met een impact en urgentie die vergelijkbaar is met die van Nick Cave, PJ Harvey, Leonard Cohen of onze eigen Wende. 

Lange vlechten, koolzwarte ogen, een Elvis-lip en schitterende, in de Amerikaanse folk- en bluestraditie gewortelde songs die van haar meest recente album ‘Peacemaker’ één van de beste platen van dit jaar maken. Afgelopen zaterdag was haar concert het onbetwiste hoogtepunt van het HINK-festival in het Haagse Paard.

HINK wil jaarlijks een actuele muziekstijl van diverse kanten belichten. Dit jaar is dat folk, nadat groepen als Lankum recent het vaak als traditioneel beschouwde genre nieuw leven hebben ingeblazen. Veel festivals worden opgezet vanuit een op papier ambitieus concept, waarbij dan één groep of artiest mooi aansluit, waarna de rest van de avond, dag of het weekeinde wordt gevuld met artiesten die toevallig beschikbaar zijn en een beetje ruim denkend er in de verte wel bij passen. Dat ontaardt al snel in een zielloos rommeltje.

Paard-programmeur Henk Koolen, die eind deze maand afscheid neemt, toont met HINK aan dat het ook anders kan. Wie zorgvuldig en consequent programmeert kan met een festival een verhaal vertellen dat de som van de optredende artiesten overstijgt. Dat heeft Koolen met HINK gedaan, maar hij heeft daarnaast ook nog eens serieus nagedacht waar het in de folk om draait. Het genre wordt nogal eens verward met het verschijnsel ‘singer-songwriter’. De laatste is vandaag de dag niet zelden een wat zeurderige liedjespoeper die zijn of haar persoonlijke sores tot het centrum van de wereld heeft gemaakt. Koolen associeert in zijn inleiding bij het festival ‘folk’ echter nadrukkelijk met traditie, verhalen en sociaal commentaar. Dan kom je al snel bij het repertoire van Woody Guthrie, Odetta, Pete Seeger en Joan Baez. Maar ook bij de meer dan een eeuw oude Ierse folksongs over hongersnood en emigratie. En niet te vergeten talloze bluesnummers over het harde leven in de zuidelijke staten van Amerika. Ook de verhalende liedjes van Americana ‘outlaws’ als Townes Van Zandt, Lucinda Williams en Guy Clark verdienen zonder meer het folk-etiket.

Maar terug naar HINK. Het festival opent met de Ierse zanger en gitarist John Francis Flynn die, vergezeld van een drummer annex elektronicaman, al direct de link legt naar het reeds genoemde Lankum: traditionele Ierse folk in drone-verpakking. Soms speelt hij gitaar, omlijst door een audiodecor van elektronische noise in de traditie van de Amerikaan John Fahey. Op andere momenten treedt hij in de sporen van authentieke folkies als Christy Moore of Martin Carthy, maar voegt daar wel een digitaal opgewekt klankspel aan toe. En de van The Pogues bekende traditional ‘Kitty’ wordt a capella gebracht, zwevend op een langzaam aanzwellende drone.

John Francis Flynt - HINK festival - (c) Peter Bruyn
John Francis Flynt – HINK festival – (c) Peter Bruyn

Aan het eind van de avond stort ook de Engelse zanger Sam Lee zich op de traditionele Britse folk, bijgestaan door een pianist en een gitarist, terwijl hij zelf een klein hand-harmoniumpje bespeelt. Lee heeft wel iets van een jongen uit een sprookjesboek. Hij zingt goed en zijn verhalen zijn prachtig. Zo vertelt hij hoe hij in de lente soms wekenlang in de Engelse bossen bivakkeert om samen met de nachtegalen te kunnen zingen. Maar de populatie van de vogel dunt uit en Lee vreest dat hij tijdens zijn leven nog moet meemaken dat er in Engeland geen nachtegaal meer te horen is. Hij laat het horen – de nachtegalen vanuit de computer. Maar de piano- en gitaararrangementen blijven een tikkeltje formeel in vergelijking met de aanpak van Flynn.

Sam Lee - HINK festival - (c) Peter Bruyn
Sam Lee – HINK festival – (c) Peter Bruyn

Fascinerend is ook het optreden van De Mannen Broeders – oftewel de Zeeuw Broeder Dieleman en de Vlaamse Amenra-frontman Colin van Eeckhout. Ook bij hen zang, snaarinstrumenten en drones. De snaarinstrumenten zijn de banjo van Dieleman, die soms met de strijkstok wordt bespeeld, en de hurdy gurdy – of in goed Nederlands ‘draailier’ – van Van Eeckhout, bijgestaan door een pianist en vier zangeressen. Hun repertoire is echter meer afgeleid van de oude kerkmuziek dan geworteld in de folk van Nederland en België. Tegelijk is het – evenals de muziek van Dieleman solo – géén ‘neotraditionalisme’. Die traditie bestaat helemaal niet. Evenmin als de muziek van bijvoorbeeld De Kift, Plan Kruutntoone of Meindert Talma in een oude Nederlandese traditie wortelt. Mannen Broeders maakt authentieke nieuwe muziek, maar heeft tegelijk de sfeer van een oud ritueel. Iets tribaals bijna. En daar is de connectie met de folk te vinden – anders dan die van bijvoorbeeld Flynn, maar onmiskenbaar.

De Mannen Broeders - HINK festival - (c) Peter Bruyn
De Mannen Broeders – HINK festival – (c) Peter Bruyn

Uit een vergelijkbaar vaatje tapt de Engelse Keeley Forsyth. Ook bij haar is het rituele van haar performance de band met de folk. Wat ze als zangeres doet is uniek en te horen op drie albums die ze sinds 2019 maakte, ‘Debris’, ‘Limbs’ en ‘The Hollow’. Begeleid door een pianist staat en zit ze op en loopt ze over het podium van de grote zaal van Paard, soms geheel uit het zicht door de hoeveelheden rook die om haar heen geblazen worden. Alsof men wil zeggen: het gaat niet om Forsyth maar om haar stem. En die stem is bijzonder. Diep en – ik kan even geen ander woord vinden – ‘betekenisvol’. In dat opzicht herinnert ze aan Anohni. Forsyth zingt woorden, maar feitelijk is haar stem niet het gereedschap om iets mee uit te drukken, maar de uitdrukking zelf.

Keeley Forsyth - HINK festival - (c) Peter Bruyn
Keeley Forsyth – HINK festival – (c) Peter Bruyn

En dan staan er op HINK ook nog enkele artiesten die meer aan de popkant van het folkspectrum te plaatse zijn. De Ierse Rachael Lavelle bijvoorbeeld, die in 2023 debuteerde met het album ‘Big Dreams’. Bij haar zwaar op digitale technieken leunende elektropop is de connectie met folk echter wel heel ver te zoeken. Anders is dat bij The Bony King of Nowhere, het Vlaamse kwintet rond zanger en songschrijver Bram van Parys met verder onder meer Gertjan van Hellemont, de man achter Douglas Firs. Hun muziek laat zich ook als pop of rock bestempelen, maar staat overduidelijk in de traditie van Californische groepen als The Byrds, Buffalo Springfield en Crosby, Stills & Nash, die op hun beurt weer als de eerste generatie elektrisch versterkte ‘folkies’ golden.

Op vergelijkbare wijze bloeit Vera Sola op de erfenis van de Amerikaanse folktraditie. De zangeres werd geboren als Danielle Aykroyd – dochter van het acteursechtpaar Dan Aykroyd en Donna Dixon. Maar dat schreeuwt ze liever niet van de daken, al verzwijgt ze het evenmin. Het gespreide bedje leidde in ieder geval tot een graad in de letterkunde aan Harvard en dat is aan haar songteksten af te horen. Evenals haar acteertalent op het podium – wat ze gemeen heeft met Nick Cave en Tom Waits. Ze zet daadwerkelijk een schitterend ‘character’ neer, daarbij dansend als een op hol geslagen ballerina en ondertussen geen noot missend. Op haar begin 2024 verschenen album ‘Peacemaker’ – de ‘koosnaam’ voor de Colt Army Revolver waarmee het westen van de Verenigde Staten werd veroverd – refereert ze in de liedjes, die stuk voor stuk een verhaal vertellen, even gemakkelijk aan Medea uit de Griekse mythologie als aan de Oer-Amerikaanse romans van Cormac McCarthy of de ‘Negende’ van Dvořák. Begeleid door een vierkoppige band die haar alle ruimte geeft en na ruim een half uur even het podium verlaat om Vera te laten bewijzen dat ze het ook helemaal in haar eentje waar kan maken. Een superster voor wie erbij aanwezig waren en een superster in wording voor de rest van de wereld zullen we maar zeggen.

Vera Sola - HINK festival - (c) Peter Bruyn
Vera Sola – HINK festival – (c) Peter Bruyn

Natuurlijk heb ik een paar HINK-concerten compleet gemist – de consequentie van het in verschillende zalen tegelijk programmeren. Daar zal wel een goede marketingreden voor zijn. Maar één compliment wil ik nog wel kwijt. De toelichtende teksten op de website zijn ‘to the point’, informatief en vaak origineel. En dat ontbreekt er nogal eens aan bij theaters en poppodia waar niet zelden klakkeloos een standaardtekstje van promotor of impresariaat wordt overgenomen. De wijze waarop HINK op de Paard-website werd aangekondigd snijdt werkelijk hout. Chapeau!

Gezien: HINK. Paard, Den Haag. Zo 8 dec 2024

tekst:
Peter Bruyn
beeld:
Keeley Forsyth - HINK festival - (c) Peter Bruyn
geplaatst:
di 10 dec 2024

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!