Vier jaar heeft het geduurd alvorens Pelican een opvolger heeft klaargestoomd voor ‘What We All Come To Need’. In de tussentijd stapte gitarist Laurent Schroeder-Lebec op. Zijn plaats wordt ingenomen door Dallas Thomas (ook The Swan King), die aan ‘Forever Becoming’ te horen, al goed is geïntegreerd. Initieel speelde Pelican instrumentale post-metal. Stilaan evolueerde de band echter naar een minder extreem en tevens minder hard geluid, al blijft de muziek instrumentaal. Ook voor deze nieuwe worp lijkt de groep nog een stapje richting doorsnee instrumentale postrockmuziek te hebben gemaakt. Tempowissels en instrumentenbeheersing die soms aanleunt bij krachtpatserij blijven de boventoon voeren. De nummers beginnen echter alsmaar meer hetzelfde te klinken. Doorslagjes van eerdere songs, stukjes die we eerder meenden te horen, al zal dat wel niet, en het ontbreken van enige vernieuwing zorgen ervoor dat dit album ons Siberisch koud laat. De acht stukken, die samen een cyclus over de sterfelijkheid en de cyclus van het leven willen verklanken, worden dan wel gefocust gebracht en al vloeien ze naadloos in elkaar over, het lijkt allemaal een trucje dat Pelican net een keer te veel brengt. Binnen hun eigen beperkte geluid is dit nieuwe werk niet verrassend of opzienbarend. Het is gewoon een degelijke Pelicanplaat, die we echter snel zullen vergeten.