De foto’s die we vonden van het duo dat Wolvserpent vormt, zien er behoorlijk naargeestig uit. Beklemmend ook, met de vele doodshoofden en sinistere uitstraling. Black metal en/of donkere industrial, daar zien we Brittany McConnell (drums en viool) en Blake Green (gitaar en vokills) uit Boise, Idaho voor aan. Vrolijk is het tweetal alvast niet, toch niet in de muzikale output. De intro zet de toon: we horen kraaien, een gierende wind en knetterend vuur. Een kampvuur voor duistere aangelegenheden aangelegd. Vier traag voortbouwende nummers die telkens rond de twintig minuten per stuk afklokken doen de rest. Elke song lijkt een uitgerekte drone, black metal ambient bijna, die stilaan wordt doodgemaakt en plaats ruimt voor alsmaar sneller klinkende black metal en een alsmaar scherper klinkende Blake, die zijn vokills krachtig opbouwt tot ze tot een hels geschreeuw verworden. Het is muziek die op kousenvoeten de luisteraar meesleurt in een hels universum, sinister en onheilspellend, waar geen ontsnappen meer mogelijk is. Het is een sfeertje dat dreiging uitstraalt, gewelddadigheid ook, waarbij de drones hier en daar verwantschap vertonen met SunnO)))), wiens producer Matt Dettmer voor een en ander verantwoordelijk is. Dat Wolvserpent sluw is, getuigt de outro van ‘Treshold Gateway’, waar fluitende vogeltjes ons naar ‘Within The Light Of Fire’ leiden, dat gedrenkt zit in treurige vioolklanken en pas na minuten overgaat in donderende black metal. Elke keer zet Wolvserpent ons op het verkeerde been, en slaagt erin om de hele plaat, lang nummer na lang nummer, de aandacht vast te houden en ons bovendien te dwingen om telkens opnieuw te luisteren.