Chris Flemmons kunnen we heel moeilijk als een productieve songschrijver bestempelen. De vorige plaat van zijn The Baptist Generals, ‘No Silver/No Gold’, dateert namelijk van tien jaar geleden. De groep werd in 1998 opgericht door Flemmons en drummer Steve Hill, die later bij John Zorns Cobra zou gaan spelen, en Flemmons in 2007 in de steek liet. Meteen kwam ‘Dog’ uit, om daarna een paar jaar stilte in te lassen. Toch laat de bedrijvige muziekscene in Denton, Texas hem niet los, en in 2002 volgt een ep, gevolgd door voornoemd album. Dat album sloeg gensters met zijn doorwrochte liedjes, geschoeid op een leest van dronken folk en country. Pers en publiek waren wild enthousiast en de bende kon uitgebreid op tournee. Een opvolger kwam er echter niet, al probeerden Flemmons en zijn kompanen het wel in 2005. Hij vond de liedjes echter niet goed genoeg en gooide de hele zwik in de prullenmand. Nu is hij blijkbaar wel tevreden, uitermate tevreden zelfs, want het album ‘Jackleg Devotional To The Heart’ staat boordevol verslavende en hypnotiserende liedjes die in hun genre weinig concurrenten kennen. De lo-fi aanpak werkt, al is dat er absoluut niet aan te horen. Het gaat over de aanpak, niet het resultaat. Stuart Sikes (Cat Power, White Stripes) zorgt voor een rijk en sfeervol geluid dat de lo-fi behoorlijk opsmukt. Flemmons stem, nogal eens neigend naar die van Neil Young, sleept ons zijn leven in, waar de zon op de lakens aan de wasdraad voldoende kan zijn om hem uit zijn dagdagelijkse lethargie te halen. In een tijd dat bands snel uit de geheugens verdwijnen om plaats te maken voor alweer iets nieuws en anders, verrassen The Baptist Generals vriend en vijand voor de tweede keer in hun carrière. Mooi zo.