Bestial Machinery

Om piraterij de kop in te drukken, hanteert Relapse al een hele tijd de strategie om de tracklisting op promo-exemplaren te fragmenteren in tientallen stukjes. De display van je cdspeler leest dan bijvoorbeeld 99 nummers, in plaats van pakweg een dozijn. Elk nummer bestaat dan uit meerdere segmenten zodat kopiëren onmogelijk wordt. Op ‘Bestial Machinery’ van Agoraphobic Nosebleed – dat staat voor politiek incorrecte cybergrind, of manische grindcore mét drumcomputer – lijkt dat alleen maar zo. Deze dubbelcd bevat namelijk niet minder dan 136 (!) nummers in nauwelijks 80 minuten. Dat stemt overeen met al wat deze Amerikanen rond Scott Hull van Pig Destroyer uitbrachten voor hun debuut (‘Honky Reduction’) in 1998 verscheen op Relapse. En dit is nog maar het eerste volume! Interessant zijn onder meer covers van Voivod, D.R.I., Sore Throat en Napalm Death; en nooit eerder uitgebracht en zeldzaam materiaal afkomstig van splits met onder andere Benümb en Enemy Soil.
In relatief korte tijd is ook het Finse Rotten Sound uitgegroeid tot één van de vaandeldragers van de recente grindcorerevival. Niet geheel onverstandig dus om hun derde album ‘Murderworks’ opnieuw uit te brengen, aangevuld met drie livenummers op het cd-romgedeelte. Revolutionair is hun geluid nergens, maar in deze scene draait het voornamelijk om snelheid en extremiteit. En dat delen ze met topbands als Nasum, Pig Destroyer en de pioniers zelve Napalm Death.
Eenzelfde heropleving valt ook thrash/speed metal te beurt. Genredefiniërende bands als Testament en Exodus staan weer volop in de belangstelling. Rumpelstiltskin Grinder uit Pennsylvania probeert hiervan een graantje mee te pikken met een debuut vol vette old school thrash. Geen authentieke noot op ‘Buried In The Front Yard’ en toch onderhoudend. Hoedje af!
Rond Burst hangt daarentegen een aura van technische innovatie en experiment. ‘Origo’ ligt evenwel grotendeels in de lijn van ‘Prey On Life’ en klinkt bijgevolg opnieuw behoorlijk episch. De overtreffende trap van dat album is het helaas niet geworden. Het spanningsveld tussen schreeuwerige metalcore en meer melodische intermezzi in de lijn van Opeth houdt de spanning voor de luisteraar er voldoende in, maar om de een of andere reden hapert de machine. De dramatische intro’s vermijden nipt de grens van de pathos, al balanceert ‘It Comes Into View’ in zijn geheel bijvoorbeeld wel dicht op de rand. Een twijfelgeval.
Ernst is niet echt besteed aan Bongzilla. Alles draait om (de legalisering van) marihuana, de roes, de groove en de Monsterriff. Wie dacht dat Kuyss hét voorbeeld is van een heavy stonerband, heeft ongetwijfeld Eyehategod, High On Fire, Electric Wizard, Sleep en Bongzilla niet in zijn/haar platenkast staan. Op geen enkel moment kan Bongzilla echter echt wedijveren met Kyuss. De songs ontbreken namelijk. Maar voor het overige zijn er weinig sludgebands die zo vet, slepend en heavy klinken als Bongzilla. ‘Amerijuanican’ is misschien iets psychedelischer dan hun twee vorige platen (‘Stash’ en ‘Gateway’), maar nog steeds de garantie voor een geïntoxiceerd sludgefeest.

tekst:
Gonzo (circus)
geplaatst:
ma 5 jan 2015

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!