Voor zijn vierde album inspireerde Gui Boratto zich op het schilderij Abaporu van zijn landgenote Tarsila do Amaral. Dat kunstwerk is naar verluidt het meest waardevolle Braziliaanse doek ooit geschilderd, wat helaas niet kan gezegd worden van deze plaat. Integendeel. Was Boratto zijn vorige album III’ nog donker en ging die hier en daar vrij diep, dan overheerst nu de oppervlakkigheid. Abaporu telt dertien clubtracks, zoals dertien in een dozijn. Een blik op de tracktitels (Take Control, Wait For Me, Get The Party Started, …) zegt genoeg: generische clubbeats, af en toe met ridicule vocalen erover, die wellicht in de post-earlymornin’ buzz in een club op Ibiza in je oor worden geduwd om de mierzoete cocktails vlotter naar binnen te doen gaan en zo de smaak van zuur zweet uit je lijf te bannen. Absolute rommel deze plaat. Met de hoes inbegrepen: om je te schamen zo amateuristisch.