Als een goed kortverhaal het sprintnummer in de literatuur is, wat zijn de zkvs (zeer korte verhalen) dan? Meestal gewoon opwarmingsoefeningen volgens ons. Maar al te vaak lijken zkv’s kattenbelletjes die de schrijver heeft geschreven ergens tussen ontwaken en opstaan, onafgewerkte schetsen die hij ergens onderweg heeft vergeten uit te werken. Niet zo bij de Colombiaanse auteur Evelio Rosero. Met maar enkele zinnen slaagt hij er in een volledig universum te creëren. Natuurlijk is er daarbij geen plaats voor psychologische uitdieping van personages of al te veel vullis. In 34 zkvs en een vogelkat zet Rosero de Zuid-Amerikaanse traditie van onder meer Marquez en Borges helemaal naar zijn hand, maar dan zonder de ellenlange meanderende zinnen. Zijn zkvs ademen de broeierige en beklemmende sfeer van een verafgelegen Zuid-Amerikaanse stad die niemand weet liggen, waar mensen verdwijnen en geesten rondwaren. Sterkst zijn het titelverhaal, over een kat die tegelijk een vogel is en zichzelf wil opeten, het verhaal over het meisje dat op haar sterfbed een mondharmonica wil horen en ‘Het vlot’, waarin drie geesten waken over de inwoners van een dorp bij het water. Niet alle verhalen zijn even toegankelijk, maar wij houden wel van een beetje literair experiment op zijn tijd. Deze recensie bevat eigenlijk heel veel woorden om iets kort te zeggen: lees Rosero.