Landoverlopers: Labelreport STROOM

Op verkenning in de spelonken van de muziekgeschiedenis

In Oostende werden we voor onze reeks Landoverlopers op sleeptouw nemen door Ziggy Devriendt en zijn label STROOM. Wat blijkt? Er beweegt wat in de koningin der badsteden.
Labelreport Ruptured Records

Geen virus dat de nieuwe reeks van Gonzo (circus) deze keer een halt toeroept. Na het Antwerpse avontuur lieten we ons nu in Oostende op sleeptouw nemen door Ziggy Devriendt en zijn label STROOM. Wat blijkt? Er beweegt wat in de koningin der badsteden.

‘De grootste ziekte van onze generatie is incompetentie.’

Een koele donderdagochtend. Het is een van de laatste nazomerdagen wanneer we arriveren in Oostende. We zijn op pad om Ziggy Devriendt, alias dj Nosedrip, te interviewen over zijn label. Door de stille dood van het nachtleven is zijn dj-carrière tot stilstand gebracht; sinds maart vertoeft hij dan ook in zijn thuisstad. Zijn verdienmodel, zo vertelde hij onlangs in de Belgische krant De Standaard, is door de Covid-19-crisis in elkaar gezakt.

‘Mijn leven bestond voor corona uit reizen en dj-sets spelen over heel Europa.’ Nu een terugkeer aan de draaitafels voorlopig uitblijft, merkt hij het nakende gebrek aan cashflow. ‘Het leek eerst op een vakantie die ik al veel eerder had moeten nemen, maar ik merk dat het steeds moeilijker begint te worden.’ Devriendt is geen geïsoleerd geval. Vrijwel de hele Belgische kunst- en cultuursector is intussen hard getroffen door het coronavirus.

Winnaars

Het is een grote aanpassing voor de noeste ondernemer die de voorbije twaalf jaar zijn eigen plek uitkerfde in de internationale underground. Gelukkig is Devriendt een kind van zijn tijd: zijn carrière als dj wist hij grotendeels op te bouwen door de onbegrensdheid van het internet, waardoor hij vandaag de dag nog steeds heel wat nieuwe oren bereikt. Ook STROOM, sinds een aantal jaren een label dat muziek van oudere artiesten wil hercontextualiseren, staat met beide voeten in die grenzeloze internetwereld. Het label overschrijdt alle fysieke landsgrenzen, vertelt Devriendt.

‘Ik vermoed zelfs dat onze releases meer gekocht worden in New York en Londen dan in Brussel. Mijn generatie is ook op een compleet nieuw speelveld terechtgekomen. Door het internet, YouTube, blogs, afspeellijsten en streamingservices zijn de mogelijkheden voor muziekfanaten eindeloos.’

Terwijl Devriendt ons meeneemt langs de verlaten stranden van Oostende, vertelt hij honderduit over het prille begin van STROOM. Aanvankelijk bouwde hij samen met een aantal vrienden en zijn partner Nana Esi een online, multimediaal radiostation uit: STROOM.tv. ‘Dat project bestaat niet meer. Radio maken was geweldig, maar het bracht geen brood op de plank.’ Tegenwoordig is de radio verhuisd naar Spotify, waar het label een resem afspeellijsten aanbiedt.

STROOM.tv was geboren uit de idee om radiovriendelijke muziek te combineren met meer obscure artiesten. Het label doet iets heel anders. ‘Toen ik nog bij Music Mania werkte in Gent, merkten mijn bazen dat er potentieel zat in STROOM. Na wat praten besloten we er een label van te maken, met ondersteuning van Music Mania zelf.’

De pitch van het piepjonge label intrigeerde: er is heel wat muziek te ontdekken van artiesten die net onder de radar blijven. Devriendt haalt veel (maar niet alleen) muziek uit de Belgische vijver en gooit ze dan in internationale wateren. ‘Onze muziekgeschiedenis is een verhaal van winnaars. Het is grotendeels geschreven door artiesten die doorbraken en in de mainstream terechtkwamen. Maar er bestaan nog zo veel andere artiesten die nooit de spotlights haalden. Dat zijn de verhalen die we willen vertellen.’

Gesamtkunst

STROOM is altijd een gezamenlijke inspanning geweest, een Gesamtkunstwerk, verklaart Devriendt. ‘Niemand kan zomaar de beste zijn in alles. Je hebt nu eenmaal mensen nodig die zich specialiseren in bepaalde zaken. Kijk maar naar klassiek geworden albums als die van Pink Floyd of Fleetwood Mac; hoe komt het dat zij geweldige albums konden maken? Net omdat eraan gewerkt werd door veel meer mensen dan enkel de band zelf. Tegenwoordig zitten we in DIY-tijden, waarin iedereen alles het liefst zelf doet. Als je dan iets goed wil doen, ben je afhankelijk van anderen. ’

Devriendt zoekt voortdurend nieuwe artiesten om mee samen te werken, Mathieu Savenay verzorgt de remastering en grafisch ontwerper Nana Esi staat in voor het artwork en de merchandise. ‘Iedereen heeft mensen nodig die goed zijn in hun eigen veld. Weet je, de grootste ziekte van mijn generatie is eigenlijk incompetentie. Jongeren groeien tegenwoordig op in een wereld waarin ze verteld wordt dat je alles kunt doen wat je wil. Vergeet het, dat is een illusie.’

Hoewel iedereen een schakel is in de STROOM-machine, is Devriendt de stuwende kracht achter elk nieuw project. ‘Een mogelijke nieuwe release begint altijd met een artiest of plaat die me fascineert. Een artiest waar nog niet veel over gezegd is, daar ligt volgens mij altijd het interessantste verhaal. Daarna ga ik naar de persoon of de band op zoek, en probeer ik ze te leren kennen. Zijn ze nog actief met muziek bezig? Zien ze een eventuele release van een van hun oude projecten überhaupt zitten? Vanaf het moment dat we het gevoel krijgen dat we een boeiend verhaal kunnen brengen met de artiest, wordt de rest van het label ingeschakeld.

Botsingen

We begeven ons richting het hoofdkwartier van het label, waar ook grafisch ontwerper Esi druk in de weer is. Esi’s kunst en design waren al voor het ontstaan van het label een fundamenteel onderdeel van de online radioshow. Net als Devriendt nam ze daarvan een stap terug om het label een nieuwe smoel te geven. Naast stichtend lid van haar eigen designstudio Atelier Brenda is ze nog steeds creatief directeur van het label. ‘Elk nieuw album houdt een intens designproces in voor mij. De muziek van de artiest zelf speelt ook altijd een belangrijke rol. Om een nieuwe albumcover te maken moet ik echt diep gaan, me volledig onderdompelen in de wereld van een artiest.’

De nieuwe identiteit die Esi maakt voor ieder artwork, kan soms ook botsen met de artiest. ‘We werken vaak samen met artiesten van een heel andere generatie, die ook over het visuele luik strak de touwtjes in handen willen. In mijn branche is het belangrijk om geen dwingende stijl aan alle artiesten op te leggen. Als ze zelf een bepaald idee hebben hoe het product eruit moet zien, probeer ik te voldoen aan hun verwachtingspatroon. Maar daar zit hem de moeilijkheid: iedere keer opnieuw moet je in een andere huid kruipen, een nieuw alter ego opbouwen.’

Ook op inhoudelijk vlak kan er een clash met de artiest ontstaan, laat Devriendt weten. ‘Mijn taak komt neer op artiesten overtuigen, bijvoorbeeld om wat zij vaak hun ‘slechtste’ werk vinden toch te releasen. Ik begrijp ook waarom ze iets wat ik fantastisch vind, net heel lelijk en slecht vinden. Meestal zijn onze artiesten op zoek naar een popreferentie van vroeger, zodat ze toch ergens op kunnen inhaken. Dat wil ik vermijden, want voor mij zit de aard van hun muziek net in die zogenaamde gebrekkigheid.’

Mentaliteitsprobleem

Het grootste succesverhaal blijft voorlopig de archieftrilogie van Pablo’s Eye, een internationaal georiënteerd collectief rond Brusselaar Axel Libeert. Hoogtepunt voor iedere medewerker aan de trilogie was de 8.2-quotering en het ‘Best New Reissue’-zegel van Pitchfork voor Bardo For Pablo.

‘Wanneer we iets uitbrengen, geven we elke plaat de nodige aandacht en promotie. Maar in feite hebben we nooit controle op het succes ervan,’ vertelt Devriendt. Het was het ultieme bewijs voor de Oostendse dj dat Belgen een groot mentaliteitsprobleem hebben. ‘Iedereen denkt altijd dat we een succesformule uit het buitenland moeten navolgen. Onzin. Ik vermoedde wel dat Pablo’s Eye iets meer succes zou hebben, maar ik had ook nooit van een lovende recensie op Pitchfork gedroomd. Bovendien: daar draait het allemaal niet om. Je focust niet op dat toekomstige potentiële succes. Wel op de twintig volgende platen die je gaat uitbrengen.’

Terwijl we op weg zijn naar de laatste halte van onze rondreis door de badplaats, wil Devriendt ons het nieuwe gebouw tonen waar STROOM binnenkort naartoe verhuist. Ze gaan van de bruisende binnenstad naar het pand boven het recreatiecentrum O. 666, vlak aan de haven. ‘Ik had eerlijk gezegd nooit gedacht dat ik in mijn thuisstad zou wonen. België is veel te klein, daar ben ik nog steeds van overtuigd. Maar de laatste jaren vind ik het geweldig om uit te waaieren in de overvloed aan ruimte die we hier hebben. Bovendien voel je dat Oostende stilaan aan het veranderen is. Door de coronapandemie beseffen mensen dat ruimte een luxe is geworden. Daarnaast zie ik hier ook meer dingen gebeuren dan pakweg twintig jaar geleden. Veel twintigers en dertigers verhuizen naar Oostende in plaats van steden als Gent of Antwerpen, en dat maakt een groot verschil voor de culturele ontwikkeling van de stad.’

Depressief

Corona of niet, er beweegt altijd wat bij het label. ‘We krijgen soms de opmerking dat we tegenwoordig dezelfde soort platen releasen. Zeker niet onterecht, want door corona besloten we om de 12 inch-platen even op te bergen. Vroeger brachten we een evenwichtige mix uit van hedendaagse, opgewektere artiesten en oudere projecten. Ik weet het niet, maar het lijkt me wrang om vandaag een danceplaat uit te brengen. In een wereld waarin je niet mag dansen ga je toch geen dansmuziek lossen?’

Die mentaliteit is volgens Devriendt niet noodzakelijk negatief. Het biedt hun net een manier om met de wereld en de huidige tijd in dialoog te gaan. ‘Mensen vertellen ons dat we depressieve platen uitbrengen. Tja, hoe kan het ook anders? Als we in 2028 terugkijken op dit jaar, ga je merken dat alles draaide rond Covid-19. Als je voortdurend thuiszit, is het moeilijk om alle miserie in de wereld te kunnen relativeren. Hoe kan dat géén impact hebben op je artistieke bezigheid?’


Twee undergroundgeneraties

STROOM biedt twee soorten artiesten uit de underground aan. Enerzijds een oudere generatie die Devriendt opdiept uit de spelonken van de muziekgeschiedenis, anderzijds komen ook jongere stemmen aan bod.

Zeggingskracht

Hessel Veldman, gewezen Gonzo (circus)-medewerker en tegenwoordig werkzaam als redacteur bij de Nederlandse radio Concertzender, is een voorbeeld van die eerste soort. Tijdens de jaren 1980 was hij een verwoed experimenteel muzikant die een eigen wereld schepte op tapes. Via STROOM loste hij twee platen: ‘Boezem ballet / In ijle lucht’ en ‘Eigen boezem’. ‘Ik ken Devriendt al sinds ongeveer 2015, maar de laatste jaren hebben we elkaar alleen maar beter leren kennen,’ vertelt Veldman. ‘Sinds de release van ‘Boezem ballet’ ben ik hem veel meer gaan waarderen als talentvolle curator. Als dj weet hij bijzonder goed nummers te selecteren die een bepaalde emotionele zeggingskracht hebben.’

Elke STROOM-release draait rond het verlangen om een nooit eerder gehoord geluid te introduceren aan een nieuw publiek. ‘Ik had zelf nooit de neiging om mijn muziek van veertig jaar geleden opnieuw op te diepen. Maar doordat er van alles op internet gebeurde, dacht ik daar wat actiever over na. Ik kwam bijvoorbeeld ooit eens in een Amsterdamse danceclub terecht, en ik hoorde zomaar een nummer van mezelf voorbijkomen. Dat was zo bizar. Kort daarna kwam er ook een stompzinnig nummer van me terecht op een verzamel-cd. Dat was het meest beluisterde nummer op YouTube! Kun je dat geloven? Nu probeer ik weer actiever mijn muziek te herbeluisteren, op zoek naar oude schatten.’

Durf

De muzikant en componist Ben Bertrand is voor Devriendt het voorbeeld bij uitstek van een hedendaagse talentvolle stem die onderbelicht blijft. De Franstalige Brusselaar maakt soundscapes met zijn basklarinet, die hij met effectpedalen vervormt tot dromerige, buitenaardse melodieën.

Bertrand leerde Devriendt een drietal jaar geleden kennen na een concert. Het duurde niet lang voor de twee plannen hadden om een album uit te brengen op Devriendts label. ‘Die hele ervaring was heel erg fijn. Over de jaren heen heb ik ook een appreciatie voor het label ontwikkeld. Toen ik wat muziek van STROOM voor het eerst beluisterde, merkte ik een soort link tussen zijn label en mijn muziek. Er was een match tussen de muziek die ik wou maken en de avontuurlijke, niet-conventionele aanpak van het label. Dat apprecieer ik misschien het meest aan het label: het durft voorbij te gaan aan de waan van de dag. Devriendt en de andere medewerkers hebben een duidelijke visie van wie ze zijn, waar ze voor staan en welke artiesten ze willen uitgeven. Ik prijs mezelf meer dan gelukkig dat ik in die visie pas.’

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!