INTERVIEW COSEY FANNI TUTTI

Kunst heeft geen sekse

‘Art Sex Music’, de recent verschenen autobiografie van muzikant en beeldend kunstenaar Cosey Fanni Tutti (Hull, 1951), legt de destructieve kracht van creatieve paren en gekwetste ego's bloot. Ze koos voor een persoonlijke aanpak. “Kritiek voorkomen ston

‘Art Sex Music’, de recent verschenen autobiografie van muzikant en beeldend kunstenaar Cosey Fanni Tutti (Hull, 1951), legt de destructieve kracht van creatieve paren en gekwetste ego’s bloot. Ze koos voor een persoonlijke aanpak. “Kritiek voorkomen stond dan ook niet op mijn agenda.”

Wie ooit met een individu met een narcistische persoonlijkheidsstoornis te maken kreeg, herkent het beeld meteen in de beschrijving van de man met wie Cosey Fanni Tutti de legendarische avant-garde band Throbbing Gristle vormde. Charmant op het eerste gezicht, maar na verloop van tijd komen het gebrek aan empathie, het dominante gedrag, de agressie en de ziekelijke jaloezie aan de oppervlakte. Kenmerkend is ook de manipulatie waarbij het slachtoffer psychologisch zo onder de duim wordt gehouden dat hij of zij gaat twijfelen aan de eigen geestelijke gezondheid én talenten, wat vaak ook het oordeel van de buitenwereld beïnvloedt.

Perspectief

Toch valt het woord persoonlijkheidsstoornis niet in één keer in deze vijfhonderd pagina’s tellende autobiografie. In een audiofragment op haar website zegt ze: ‘I want to get on with my life, I will not revisit my life again [… ] I’m not going to kiss-and-tell. Just tell…’ “Ik wilde mijn leven presenteren zoals het was in welke tijd dan ook. Ik wilde niet in retrospectief een psychoanalyse brengen over waarom dingen of bepaalde gedragsuitingen zo zijn gelopen. Dat zou een ander boek zijn, met een andere benadering en een andere manier van schrijven,” vertelt ze haastig via de e-mail.

Het titanenwerk van de gedetailleerde beschrijving van de afgelopen zestig jaar zou ze niet meer willen overdoen, maar uiteraard zijn er delen en aspecten van haar leven die bij haar blijven resoneren. “Daar ga ik graag verder op in. En de discussies die ik heb gehad sinds de publicatie van mijn boek, hebben mij zeker ook nieuwe perspectieven gebracht. Ik verwelkom ze.”

Coum

Cosey Fanni Tutti wordt als Christine Newby geboren in de Engelse havenstad Hull. Het is de periode van prille bloei na de Tweede Wereldoorlog: hard werken en voorbeeldig zijn, staan voorop. Haar moeder probeert de vrede te bewaren tussen de eigenzinnige Christine en haar dominante vader, maar uiteindelijk gooit hij haar het huis uit als ze nog een tiener is. Zo komt ze midden jaren 1960 terecht in de bloeiende muziek- en kunstscene van Hull waar ze de charismatische kunstenaar en muzikant Genesis P-Orridge ontmoet. Hij noemt haar ‘Cosmosis’, wat al snel wordt verbasterd tot Cosey.

Samen verwerven ze tussen 1969 en 1976 bekendheid als performance-collectief COUM Transmissions. In de chronologisch opgezette autobiografie beschrijft Cosey Fanni Tutti nauwgezet de tochtige en beschimmelde huizen, het voortdurende geldgebrek, de krakkemikkige instrumenten, de rottige baantjes overdag en het kunst maken ’s nachts, de overdaad aan drugs en alcohol én het toenemende gewelddadige gedrag van haar partner Genesis P-Orridge.

Ondanks alles treedt COUM Transmissions geregeld op tijdens gerenommeerde kunstmanifestaties met vaak seksueel expliciete performances en bouwt ook een trouwe fanbasis op. Nog altijd wordt het collectief als bijzonder invloedrijk beschouwd, zowel in de kunsten als in de muziek. Een van de laatste shows vond plaats in 1975 in de Amsterdamse Melkweg. In haar autobiografie beschrijft ze hoe COUM – toen al met haar latere echtgenoot Chris Carter en Peter ‘Sleazy’ Christopherson als bandleden – voor deze show all the way ging met seks en geweld omdat Amsterdam nu eenmaal een liberale stad ‘was’.

Gelijkheid

In die periode werkt Cosey Fanni Tutti aan een kunstproject waarbij ze zich laat fotograferen in pornografische poses. De foto’s worden gepubliceerd in pornomagazines van allerlei allooi. Haar doel is om te komen tot een omkering van de ‘male gaze’ en het blootleggen van de patriarchale en misogyne machtsstructuren in de maatschappij. Hoewel ook andere kunstenaars zoals Gina Pane en Carolee Schneemann er in de jaren 1960 en 1970 mee bezig zijn, is Cosey Fanni Tutti’s benadering uitermate extreem.

De gedetailleerde beschrijvingen van de fotosessies zijn afwisselend beangstigend en hilarisch: een bikiniwax zal nooit meer hetzelfde zijn.
Ze heeft het veertig jaar later in haar boek niet erg hoog op met het feminisme zoals dat in de jaren 1970 vorm kreeg: “I was just like the other girls, sexual fantasy material for masturbation. [… ] As a willing participant I’d placed myself in a position to be used this way, and right in the line of fire of 1970s feminism. I didn’t identify with [it]: it didn’t speak for me or the diverse and complex nature of women. I was a free spirit and didn’t want yet more rules and guilt thrown at me about my actions. Yes, by doing my sex work I was contributing to, but not necessarily endorsing, the thing they were fighting against.”

En hoewel ze veel seksisme en vrouwonvriendelijkheid heeft ervaren – “leeftijdsdiscriminatie heb ik nog niet ervaren, maar dat komt nog wel”, lacht ze – noemt ze zich nog steeds geen feministe: “Misschien heb ik in het interview in Brussel (waar Gonzo (circus)-medewerker Dimitri Vossen haar interviewde in het kader van het BRDCST-festival, rt) gezegd dat ik me daarmee kan vereenzelvigen, mocht feminisme ooit een term worden om gelijkheid te definiëren.”

Hoewel ze liet uitschijnen het hedendaagse inclusieve feminisme een interessant fenomeen te vinden, zijn we er dus nog niet volgens Cosey Fanni Tutti. “Ik zie mezelf niet als een ‘vrouwelijke’ kunstenaar – gewoon als kunstenaar. Er is nooit een moment geweest waarop ik opeens besefte dat ik een kunstenaar was. In Eva Hesses statement ‘Excellence has no sex’ (1970) zou je – denk ik – nog andere woorden in de plaats van ‘excellence’ kunnen plaatsen. Ik geef mijn strategie niet vorm, noch erken ik ‘vrouwelijke kunst’. Kunst heeft geen sekse, om Hesse te parafraseren. Ik ben een persoon die gevoelens en ervaringen uitdrukt, mijn perspectief op leven en de wereld.”

Energie

Het experimenteren met open relaties – wat Cosey Fanni Tutti in de haar boek in de tijdgeest plaatst – zorgt voor bijkomende spanningen. Bovendien zetten Genesis’ buitengewoon irrationele gedrag en Cosey’s eigen evolutie als kunstenaar en haar verliefdheid op Chris Carter de verhoudingen helemaal op scherp. In 1976 barst de bom. In de Londense ICA vindt de tentoonstelling ‘Prostitution’ plaats waar Cosey Fanni Tutti’s erotische foto’s te zien zijn. De expositie – intussen verplaatst naar een afgesloten ruimte en voorzien van waarschuwingen – leidt tot parlementaire debatten en een hetze in de tabloids. De tentoonstelling zorgt ook voor de definitieve breuk met haar ouders en het einde van haar intieme relatie met Genesis P-Orridge.

Tegelijk vormt de ICA-show het begin van de legendarische band Throbbing Gristle. Het viertal geeft er een nooit eerder geziene show. De gewelddadige implosie van COUM leidt tot de creatieve big bang die Throbbing Gristle heet, een van de meest notoire elektronische groepen uit de muziekgeschiedenis. Het unieke geluid van de band komt voort uit een ‘respectloze’ omgang met de muziektraditie, het gebruik van zelfgebouwde instrumenten én de nog altijd tastbare spanning tussen Genesis P-Orrigde en Cosey Fanni Tutti.

En die magische maar ook giftige energie verleidt haar ertoe om meer dan twee decennia na het onfortuinlijke einde van Throbbing Gristle opnieuw de studio in te gaan en vervolgens op tournee te gaan met de man die haar in hun persoonlijke en artistieke relatie geestelijk en fysiek bijna ten gronde had gericht.

Collectieven

Een dynamiek waarbij ‘geweld’ en misbruik gepaard gaan met creativiteit komt vaker voor in de kunsten, denken we maar aan het dichtersechtpaar Ted Hughes en Sylvia Plath. Terwijl over de toxische dynamiek van deze dichtersrelatie alleen ooggetuigenverslagen zijn bewaard, hebben zowel Genesis P-Orrigde als Cosey Fanni Tutti hun kant van het verhaal nu uitgebreid uit de doeken gedaan. Simon Fords Wreckers of Civilization: The Story of Coum Transmissions and Throbbing Gristle (1999) leunt sterk op de kant van ‘Gen’, tot ergernis en teleurstelling van Cosey en haar partner Chris Carter die aanvankelijk hun medewerking aan dat boek toezegden.

Nu ze haar verhaal heeft verteld, kijkt ze er ook met enige nuchterheid naar. Ze kijkt niet anders naar haar motieven om het boek te schrijven: “Dit is mijn leven en het boek maakt daar onderdeel van uit – een ander ‘werk’.” En ze vervolgt: “Creatieve partnerschappen kunnen de meest bevredigende manier zijn om je leven te leven, maar ze kunnen ook vreselijk schadelijk zijn aangezien de creatieve dwang zo uitdagend, volhardend, en dringend is. Dat kan wel een druk op je relatie zetten.” Haar boodschap klinkt naast helder ook verbijsterend naïef: “Onzelfzuchtigheid is de sleutel. Een symbiotisch, liefdevol partnerschap.”

Of ze ooit bang was om haar eigen persona te verliezen in het collectief? “Het hele punt van samenwerken is dat je een collectief werk maakt en je jezelf daaraan overgeeft – het gaat niet meer over ‘jou’. Een ontwrichtend element heeft weinig relevantie binnen het grotere plaatje – soms kan die dynamiek een positieve bijdrage leveren aan de energie binnen het werk – en soms is het gewoon destructief. Dus mijn eigen ‘persoonlijkheid’ in die zin was geen overweging of zelfs maar een zwevende gedachte.”

Alchemie

Samen met Throbbing Gristle ontstaat ook het label Industrial Records. Terwijl ‘industrial’ tegenwoordig staat voor duistere elektronische muziek en de daarbij horende lifestyle, heeft Throbbing Gristle iets anders voor ogen, namelijk ‘being industrious’ (ijverig, vlijtig) of onvermoeibare bedrijvigheid en die op je eigen manier invullen. Toch wil ze niemand berispen. “Ik heb een erg sterke werkethiek en ik vind dat ijverig, hard werken spannende beloningen oplevert. Onafhankelijk zijn brengt bovendien de vrijheid met zich mee om compromisloos je eigen ideeën te onderzoeken. Als dat betekent alles zelf doen tot diep in de nacht, dan is dat zo. Authenticiteit vind ik belangrijk. Het gaat over eerlijkheid en waarheid.

Ik ben er niet zeker van dat je dat vindt op het internet of in technologie. Wij zijn geen machines. We zijn voorbestemd om op elkaar te reageren, een op een, met de gezichten tegenover elkaar, met oogcontact en aanraking.”
In het boek verwijst ze een aantal keer naar haar interesse in esoterie, magie en alchemie.

“Deze onderwerpen hebben me altijd geïnspireerd en het is fascinerend om daar nog meer in te duiken. Ik denk niet dat ze per se ‘antwoorden’ geven – die sommige kunstenaars zoeken, nu in deze hoogtechnologische tijden niet alles meer rationeel verklaarbaar lijkt – maar ze kunnen wel een andere manier van denken en een nieuwe manier om de wereld te benaderen verschaffen, en toegang bieden tot je innerlijke zelf.

Rituelen kunnen behulpzaam zijn – en dat bedoel ik in de breedste, persoonlijkste zin. We moeten proberen om onze gevoelens te begrijpen, en rationaliteit is niet genoeg om de emotionele responsen die we ervaren bij bepaalde situaties te vertalen. Ik weet niet hoe en zou alchemie ook niet vergelijken met het internet of technologie. Dat is gereedschap. Ik geloof dan ook niet in technologie als een vorm van alchemie, het geeft in tegenstelling tot alchemie nooit toegang tot een echte ervaring die zowel fysiek als psychologisch resoneert.”

Dagboek

Na een tweede periode van Throbbing Gristle’s creativiteit en destructie vindt Cosey Fanni Tutti, die intussen een masterdiploma in de kunsten heeft behaald en een gerenommeerd artiest is geworden, het tijd om haar kant van het verhaal te vertellen. De drie woorden ‘Art Sex Music’ vatten in haar ogen haar leven en carrière samen en vormen opnieuw een werk binnen haar volledige oeuvre. Ze kiest bewust voor een chronologische aanpak, hier en daar geïllustreerd met beknopte dagboekfragmenten. Sommige periodes bespreekt ze daardoor erg uitgebreid, terwijl het belang of de achtergrond van figuren en instellingen nauwelijks wordt geduid, bijvoorbeeld de legendarische Amsterdamse ‘concertzaal’ NLCentrum, het voormalige radiostation KinkFM, Bozar (Brussel) of de Belgische componist Moniek Darge.

Een namenregister was enerzijds een welkome aanvulling geweest. Anderzijds is het misschien ook goed om mee te gaan in de gedachtegang die ze creëert in het boek. “Als alles wat ik had geschreven was gebleven, zou het een erg lang boek zijn geworden. Daarnaast was er geen reden om elke gebeurtenis uit mijn leven of elk detail in het boek op te nemen. Sommige mensen en organisaties staan centraal in mijn werk, en daardoor had hun opname in het boek een doel, zodat de relatie tussen die persoon of gebeurtenis later in mijn leven duidelijk werd voor de lezer.”

Neerdalen

Naast aan betekenisvolle personen of gebeurtenissen besteedt ze ruim aandacht aan de technische aspecten van haar werk, de sfeer en de receptie van de performances en ook aan de voortdurende financiële en logistieke problemen zowel door Genesis’ onmogelijke gedrag als door haar fundamentele DIY-houding.

“Ik heb het idee dat ik vrij open ben over mijn persoonlijke leven, specifiek mijn wankele gezondheid. Ik heb veel kritiek gehad gedurende mijn leven, dus ik heb geen verborgen agenda met het boek om te proberen om kritiek te voorkomen. Dat wordt ook duidelijk omdat ik mezelf zo heb blootgegeven in het boek.” Veel wordt echter ook pas duidelijk door tussen de regels te lezen. Zo somt ze onder andere op waarin haar echtgenoot Chris Carter verschilt van en beter is dan ‘Gen’.

Veel, misschien te veel, aandacht gaat daardoor uit naar het gedrag van die laatste. Wie over de herhaalde pogingen tot toenadering, de voortdurende en vergeefse hoop op empathie en de eindeloze toegeeflijkheid leest, zou wellicht vanuit het eigen perspectief anders handelen.

Een en ander verandert pas als ze Genesis P-Orridge verwijdert uit haar omgeving. Na de tweede Throbbing Gristle-periode – die in 2010 eindigt met de dood van Peter Christopherson – begint ze aan dit boek in 2013. Om nu voort te gaan met haar leven als ‘kunst-werk’. “Ik laat de woorden neerdalen twee jaar na het schrijven van mijn boek. Ik focus me nu op muziek, ik heb net een nummer opgenomen en gemixt voor een vriend. Ook ben ik een van mijn albums aan het remasteren, voor een re-release later dit jaar die samenvalt met een solo-expositie van mijn werk in Londen.”


Vrij-moedig

Sex Art Music is een onthullend en openhartig boek dat desalniettemin ook vragen oproept. De beschrijvingen zijn expliciet, alle aspecten van haar eigen leven – successen en mislukkingen, pijn en verdriet, genot – komen aan bod, maar hoe ze dit alles precies een plek geeft in haar gevoelsleven, blijft onduidelijk. Daarnaast hamert Cosey Fanni Tutti opvallend veel op haar eigen gelijk: haar aandeel in het succes van de band, dat van haar man Chris Carter en de voortdurende onterechte intimidatie die ze moeten ondergaan van de onvoorspelbare Genesis P-Orridge. Ze weerlegt alle doorzichtige leugens van die laatste, maar wie zegt dat haar verhaal het enige juiste is? Dat maakt haar moedige en erg persoonlijke verhaal ook kwetsbaar: elk verweer kan aanleiding geven tot nieuwe speculaties.

De benadering die ze kiest voor het boek, doet bovendien afbreuk aan het intrigerende oeuvre van deze kunstenaar die wereldwijd erkenning geniet: haar boeklezingen trekken volle zalen, de COUM Transmissions-expositie in haar geboortestad Hull begin dit jaar trok meer dan 50.000 bezoekers en de bijhorende live evenementen waren uitverkocht, ze blijft druk met nieuw werk en geen muziekrecensent die nog haar rol zal minimaliseren. Ze ‘hoeft’ helemaal niet te bewijzen dat ze een groot aandeel had in COUM, Throbbing Gristle of dat Chris & Cosey, Carter/Tutti/Void volwaardige bands zijn (geweest). Net zomin hoeft ze te bewijzen dat zij met haar werklust, intelligentie en de oprecht warme persoonlijkheid – die ik zelf heb mogen ervaren tijdens een korte ontmoeting – een bijzondere vrouw én kunstenaar is.

Bij vlagen is ‘Art Sex Music’ immers een hartverscheurend relaas van wat misbruik en misogynie met vrouwen doen, zelfs met gerespecteerde en sterke vrouwen. Keer op keer benadrukt ze dat ze een free spirit is. Vergeleken met het leven dat het merendeel onder ons leidt, is dat onweerlegbaar zo. Toch voel je in het hele boek een zekere terughoudendheid, niet vanuit bescheidenheid, maar veeleer vanuit een diepgewortelde angst voor het oordeel van een strenge vaderfiguur. Hopelijk komt er nog een echte vrij-moedige (auto-)biografie van Cosey Fanni Tutti zonder de onderhuidse weerstanden waarbij ze recht doet aan zichzelf, haar fascinerende leven, de boeiende ontmoetingen met andere kunstenaars en haar baanbrekende oeuvre. (rt)

Tekst: Ruth Timmermans m.m.v. Pernilla Ellens

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!