In Memoriam: Daniel Johnston (1961-2019)

Begin september 2019 overleed Daniel Johnston op 58-jarige leeftijd. Zijn werk ontroerde Tom Wouters.
Daniel Johnston tijdens het Primavera Sound Festival in Porto, 2013

Tom Wouters stuit in 2004 toevallig op het werk van Daniel Johnston, die deze week overleed. Hij herinnert zich niet alleen de fragiliteit en de ruis maar ook de fun in het Johnstons werk.

In 2004 kocht ik in een intussen al lang verdwenen platenzaak in Antwerpen ‘The Late Great Daniel Johnston’. Het was een tribute-album met twee cd’s: eentje waarop een aantal bekende artiesten nummers van Daniel Johnston brachten, en een cd met de originele versies.

Sparklehorse

Ik had op dat moment nog nooit gehoord van Johnston, maar de platenhoes intrigeerde me. Het toont Johnston die aan zijn eigen graf staat, een boeket rode rozen in zijn hand.

Ik kocht het album in de eerste plaats voor de covers van Bright Eyes, TV on The Radio en Sparklehorse, maar het werd een introductie tot een van de meest ontroerende artiesten in mijn platenkast. 

In de jaren 1980 maakte Johnston de ene cassette na de andere met liedjes die hij thuis opnam aan de piano. De liedjes zijn kwetsbaar: Johnston zingt over zijn obsessies, over onbereikbare liefdes, over de slechte relatie met zijn ouders, over de angst om zijn verstand te verliezen.

Lees ook de mini-luistertest met Daniel Johnston

Fragiel

Maar ook vormelijk zijn ze fragiel: Johnston heeft een benepen stemmetje, de piano is niet helemaal gestemd en de opnamekwaliteit zal in de ogen van de meeste mensen belabberd klinken.

Wie voorbij de ruis kan horen, merkt dat de melodieën die Johnston schreef tijdloos zijn (Johnston wou altijd The Beatles zijn, een aantal van zijn melodieën zijn even goed) en dat zijn teksten van een ontwapenende eerlijkheid zijn.

Johnston had weinig filters en was erg goed in het verwoorden van de eenzaamheid die hij voelde. Dat maakt zijn werk zo ontroerend mooi. 

De ruis in Johnstons nummers zal typerend blijken voor de ruis in het leven van Johnston zelf. De kunstenaar breekt verschillende keren in zijn leven, met een aantal psychoses tot gevolg.

Evenwicht

Godsdienstwaanzin, depressies: het verhaal wordt op een serene manier verteld in de documentaire ‘The Devil and Daniel Johnston’. Maar het is niet eerlijk om Johnston te verengen tot iemand die zijn mentale kwetsbaarheid wilde bezweren door muziek te maken of te tekenen. Oprechter lijkt het te zeggen dat Johnston een artiest was, ondanks zijn ziekte. 

De kwetsbaarheid was ook erg zichtbaar als Johnston op een podium stond. Johnston wilde graag optreden, maar de breekbare liedjes lieten zich moeilijk naar die context vertalen.

Ik ben om die reden nooit naar een concert van hem geweest: te bang dat het te veel aapjes kijken zou worden, te weinig zou draaien om wat Johnstons muziek zo uniek maakt. Een moeilijk evenwicht voor luisteraars.

Caspar The Friendly Ghost

 

Maar, en dat wordt soms ook onderbelicht, tegelijkertijd wou Johnston zich natuurlijk ook gewoon amuseren, en zat er veel humor in zijn werk. Zijn obsessie met superhelden en Caspar The Friendly ghost, de boer die hij laat op het album ‘Fun’, zijn enige plaat bij een groot label, de manier waarop hij zijn moeder imiteert, …

Johnston was niet alleen maar artiest op momenten dat hij depressief of psychotisch was. 

Johnstons songs zijn voor de eeuwigheid, net omdat ze universele waarheden vertellen, ze handelen over dingen die ieder van ons wel eens voelt. 

Blijf op de hoogte! Schrijf je in op onze nieuwsbrief!

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!