Een flamboyante frontman van verschillende invloedrijke bands, een excentrieke verteller en een fantastische interpretator der rockgeschiedenis, een begenadigd auteur, een dandyeske verschijning en een levend geworden stijlfiguur. Dames en heren: Ian F. Svenonius!
Maar ook een goedgekleed danser, een verlegger van bakens, een expert van de dynamiek in muziekgroepen, een heraut van een geheel eigen variant van het marxisme en een opmerkelijk politiek agitator. Zijn herhaalde uitspraak dat hij de Verenigde Staten wilde vernietigen – zoals de titel van het klassieke Nations Of Ulysses-debuutalbum ‘13-Point Program to Destroy America’ uit 1991 al suggereerde – zal hem blijven achtervolgen. En daar is hij best trots op.
Sinds Svenonius met Nations Of Ulysses begin jaren 1980 de bakens van de punkrock verzette, heeft hij zijn ideeën naar buiten gebracht middels geschriften, boeken, talkshows op internet en verscheidene andere bands waaronder Weird War, The Make-Up en momenteel Chain And The Gang. Die laatste groepsnaam klinkt niet alleen meer dan cool genoeg voor een rock-’n-roll-ensemble, maar is meteen ook een uiting van zijn theorieën. Immers, in zijn optiek is een rockgroep, en de structuur en strategie daarvan, op vele vlakken analoog aan een straatbende. De strafwerkeenheid die de chain gang is vormt daarvan een uitloper, als een gezelschap dat tegen wil en dank werd samengebracht en dat door criminaliteit in een ultieme verbondenheid verkeert. Daarnaast dook het fenomeen zeer regelmatig op in de rockmuziek van lang vervlogen tijden, bijvoorbeeld in het werk van Woody Guthrie, Johnny Cash, The Pretenders en uiteraard Sam Cooke.
Lees het volledige interview in Gonzo (circus) #122