Angela Bulloch (1966) is een Britse kunstenares die naam en faam maakte met haar nominatie voor de Turner Prize in 1997. Voor die befaamde kunstprijs maakte zij haar Rules Series. Witte de With Center for Contemporary Art organiseerde een overzichtstentoonstelling van haar werk, onder de titel Short Big Drama.
Ook haar fascinaties met (leef-)regels kwam op deze tentoonstelling aan bod, die verder bestond uit een combinatie van oude werken en nieuwe werken. Soms werden oude werken gecombineerd tot nieuwe, waarmee Bullochs interesse in het creatieve proces zelf werd belicht.
De tentoonstelling viel in drie verschillende delen uiteen over twee verdiepingen uitgespreid. De kleurige pixel installaties en de interactieve tekenmachines namen samen een verdieping in beslag, terwijl de muurschilderingen waarmee Bulloch de Rules Series voortzet, een eigen verdieping kregen. Bulloch werkt consistent vanuit dezelfde uitgangspunten, namelijk een belangstelling voor de theatrale werking van kunst op de toeschouwer en hoe de toeschouwer zelf de tentoongestelde werken uiteindelijk beinvloedt. Ook interdisciplinariteit vormt een belangrijk deel van de werkwijze.
Gang of Four
Een voorbeeld hiervan vormt de interactieve tekenmachine Blue, Amplitude & Wallace, die de meeste indruk maakte van drie tentoongestelde tekenmachines. Een blauwe viltstift krast mechanisch aangestuurd een monotoon patroon op de muur, dat zich net zolang herhaalt totdat er op de muur een blauwe rechthoek achterblijft. De druk en de uithalen van de viltstift worden beïnvloed door de golvende klanken van de geluidsinstallatie van de Japans-Amerikaanse componist Ken Ueno. Het riep fascinerende vragen op over wat een kunstwerk uiteindelijk is: het eindresultaat, een blauwe muur die straks weer witgeplamuurd wordt, of de tekenmachine waarvan de produktiviteit zelf weer aangezwengeld wordt door een geluidsinstallatie. Of is het uiteindelijke werk de presentatie van al deze elementen zelf?
Ook de lichtinstallatie ‘Gang of Four’ maakte indruk. Het bestaat uit vijf kleuren van vier kleinere ‘pixels’ die licht uitstralen dat telkens van kleur licht verschiet. De vijf verwezen in hun schakeringen naar een grotere kleurkubus, dat als ‘moeder’ fungeert. Bulloch is een groot fan van de legendarische punkband waarnaar de installatie vernoemd is. De patronen waarin de pixelblokken van kleur verschoten was dan ook een digitale codering van de vierkwartsmaat van punk. Deze eindeloze veranderingen in kleurschakering zetten de tentoonstellingsruimte in een hypnotische gloed. Van een vergelijkbaar laken was de Disco Room. Op de vloer van de tentoonstellingsruimte lagen twee blokken van elk negen pixels als miniatuurversies van de dansvloeren uit ‘Saturday Night Fever‘. Beide blokken vormden twee gescheiden werken die nu in een nieuw werk waren geïntegreerd. De kleurpatronen waren georganiseerd door een remix van Good Times van Chic, die ook afgespeeld werd. Het resultaat nogal afstandelijk, maar wel droogkomisch. Een bezwaar van de deze lichtinstallaties is dat ze zonder een uitleg weinig meer zijn dan variaties op minimal art. De poging van Bulloch om de toeschouwer op een theatrale wijze te betrekken loopt stuk op het gebrek aan kennis aan de kant van de toeschouwer, die op geen enkele zinnige wijze in staat is uit de lichtpatronen een disco-remix te herleiden.
‘The Rules’
Het fraaist waren echter de monumentale schilderwerken op de verdieping erboven, de Rules Series. Verspreid over de muren van de tentoonstellingsruimte hadden Bulloch en haar medewerkers de regels geschilderd waarmee ons eigen en haar leven verweven zijn. Deze regels zijn gedeconstrueerd door ze grafisch opnieuw samen te voegen ot woeste, ironische netwerken van taal die onze levens vangt in bonte typografie. Centraal op de verdieping staat de muur met daarop Rules for an understanding of Conceptual Art, een verzameling van regels voor het begrijpen van conceptuele kunst, maar ook regels als: “Conceptual Art is usually made by men” . De wilde hoeken waarin de regels zijn geschilderd doen de toeschouwer zijn nek in de vreemdste bochten draaien om te lezen wat er staat in zwarte, knalrode en gele maar ook Yves Klein-blauwe letters. Door op deze wijze de regels expliciet te verbeelden doet Bulloch ook vragen oproepen naar de mogelijkheid van conceptuele kunst zelf en haar eigen verhouding daartoe. Andere treffende voorbeelden van deze werken waren Europa tegen kanker met de voorschriften waar de overheid ons voortdurend op onze gezondheid wil wijzen en Caso Diablo, een frivole reeks van regels waarvan de danseressen van een veganistische stripclub in de gaten dienen te houden bij het amuseren van de clientèle. “Please do not wear fur, feathers, silk, wool or leather on stage. Thank you – the animals.”
De tentoonstelling liet een wat onduidelijke indruk achter. Dit kan zitten in het feit dat Bulloch voortdurend haar werk wil plaatsen in samenhang tot de wereld die buiten het werk ligt, waar uiteraard ook de toeschouwer onder valt. Bulloch wil dan echter teveel. Want dat deel van de wereld dat niet het kunstwerk uitmaakt is op zijn zachtst gezegd nogal groot. De toeschouwer verlangt echter niet de hele wereld van een kunstenaar. De toeschouwer is tevreden met dat deel van de wereld dat de kunstenaar interessant vindt en wil laten zien. Nu bleef het totaal van de tentoongestelde werken wat in de leegte hangen. Die leegte probeert Bulloch op te vullen met een verscheidenheid aan verwijzingen, zonder dat de kijker die verwijzingen kan navoelen.
Deze kritiek sluit niet uit dat er een paar interessante te zien zijn in Short Big Drama.
Angela Bulloch Short Big Drama, gezien in Witte de With, Center for Contemporary Art, Rotterdam. Loopt nog tot 9 April 2012.