Het Tilburgse festival Incubate werd door onze redactie onlangs omschreven als “Gonzo in festivalvorm”. En inderdaad is het programma ook dit jaar weer een overweldigende verzameling van de meest diverse artiesten die je in de marges van de cultuur kan bijeensprokkelen. Ongetwijfeld doen we zelf ter plekke een hoop waardevolle ontdekkingen, maar in de aanloop naar het festival belichten we graag al dagelijks een markante naam uit de line-up. Vandaag is dat de enigmatische kortfilm Hydra Decapita (al dan niet over Drexciya).
Met al die muzikale overdaad zouden we bijna vergeten dat er op Incubate nog veel meer te beleven valt. Bijna. Dus voor de oningewijden: er zijn tevens kunstinstallaties te beleven, panelgesprekken mee te maken, en films te zien. Ter afwisseling pikken we er daar vandaag eentje uit- al gaat die dan toch weer over muziek. Of is dat te simpel gesteld? Want de inspiratiebron voor ‘Hydra Decapita’ is dan wel het mysterieuze electroproject Drexciya, de makers benadrukken dat het vooral geen documentaire is. Wat dan wél, daar hebben we voorlopig nog het raden naar.
Drexciya was samen met Underground Resistance waarschijnlijk de radicaalste exponent van de Detroitse technocultuur van de jaren ’90. Nog meer dan UG is Drexciya altijd fervent anti-establishment gebleven, en wel letterlijk tot het bittere einde. In 2002 stierf het enige officiële lid en spilfiguur James Stinton, en zijn officieuze partner Gerald Donald zette er meteen een punt achter. Muzikaal was Drexciya pure robotfunk, voor geen greintje organisch en bijna abstract in melodie en ritme. Maar het concept omvatte meer: in navolging van Parliament’s onderwaterplaat ‘Motor Booty Affair‘ herschreven ze de mythe van Atlantis vanuit een Afro-futuristisch perspectief, zij het met een wrange twist. Hun onderwaterstad werd bevolkt door de borelingen van zwangere Afrikaanse vrouwen die tijdens de grote oversteek van de slavenschepen werden gegooid- nog in de baarmoeder leerden ze ademen onderwater, uiteindelijk stichtten ze een nieuwe samenleving, compleet los (verlost?) van onze kapitalistische cultuur. Doorheen hun selecte output (een handvol EP’s en een paar albums) werd dit gegeven uitgewerkt middels artwork, songtitels en liner notes. En het verhaal sloot perfect bij de strikt anti-commerciële aanpak van de muziek.
En nu vormt het dus de basis voor de nieuwe kortfilm van het collectief Otolith Group. Dat hoeft niet te verwonderen: Otolith werd immers gesticht door cultuurfilosoof Kodwo Eshun, die al eerder zijn fascinatie met Drexciya heeft beleden (o.a. in zijn geweldige en onterecht vergeten boek ‘More Brilliant Than The Sun‘). Net zoals zijn schrijfsels heeft ook zijn oeuvre met Otolith (samen met Anjalika Sagar) al omschrijvingen meegekregen als ‘ondoordringbaar’, ‘zwaar op de hand’ en ook wel ‘pretentieus’. Met ‘Hydra Decapita’ zoekt het duo een commentaar te leveren op de huidige financiële crisis, met een kijk op (sic) “capitalism, death and the ocean”. Daarmee zijn we dan ook gewaarschuwd, dit wordt geen hapklare brok. Het is zelfs de vraag in hoeverre de film met Drexciya zal te maken hebben. Zoals we hebben begrepen zit er geen muziek van de band in, en alhoewel Gerald Donald zijn medewerking heeft verleend komt hij niet in beeld noch aan het woord- zijn commentaar is ‘op een fictieve manier in de film verweven’. Maar dat met dit alles onze nieuwsgierigheid terdege is gewekt, dat staat vast. Hopen dat we zondagavond dus nog niet te murw zullen zijn om dit experiment nog te verteren.
Hydra Decapita wordt vertoond op zondag 18 september om 20u in de Filmfoyer.
Lees hier een uitgebreid artikel van Kodwo Eshun over Drexciya in The Wire (1998).
Luister hier naar ‘Aqua Worm Hole’ van Drexciya.