OT301 is afgeladen. Dat is goed voor de zaal, die nog maar net aan het begin van een nieuw, met extra energie ingeblazen, seizoen is begonnen.
De voormalige Film Academie bruist van de activiteiten en voor deze avond zijn de ‘blazercollectieven’ The Kilimanjaro Darkjazz Ensemble en The Mount Fuji Doomjazz Corporation (luister naar special over beide groepen) aangetreden om hun ‘zwartgallige’ reputatie waar te maken.
Beide acts hebben trombonist Hilary Jeffery als frontman en artistiek worden beide projecten ook in belangrijke mate gevoed door bassist Jason ‘Bong Ra’ Kohnen. Van blazercollectieven is echter niet echt sprake. Wel zorgt de collectieve doorgalm voor een dergelijke beleving. Elektronica, laptops, gitaren en zang generen in belangrijke mate een voortdurende ‘flow’ van ‘dub’ gerelateerde geluidsgolven, die hetzelfde klankspectrum beslaan als het vervormde trombone geluid van Jeffrey. Dat geeft de luisteraar het gevoel deelgenoot te zijn van een mystiek ritueel. Broeierig, geladen, dromerig en op den duur ietwat ééntonig, omdat men extreme toonwisselingen mijdt.
Tijdens het eerste deel van de avond wordt dat in tegenstelling tot eerdere performances (zie recensie Mono in Patronaat; maart 2009) vakkundig opgelost met het spelen van korte drones, waarbij goed geplaatste wisselingen worden gecreëerd d.m.v. elektronische percussieslagen. Een later intermezzo, met levend slagwerk en de toevoegingen van o.a. trompettist Eirikur Olafsson, wordt wel als een ritueel bombast neergezet, waarna men weer teruggrijpt naar kortere klankexplosies. Deze afwisselingen houden de aandacht van de luisteraar vast. Sporadisch komen melodielijnen naar boven vibreren in de vorm van draaiende boven- en ondertonen. Echt songs worden het echter nooit, duidelijk merkbaar bij de dolende Enyja-achtige vocalen van Charlotte Cegarra. Hetgeen natuurlijk de bedoeling is bij dit concert, waarbij improvisatie het uitgangspunt is en blijft. Alles vloeit geraffineerd in elkaar over. Ondanks dat er vrijwel niet is gerepeteerd van te voren.
Het concert in Amsterdam is de aanzet voor een uitgebreide tour door de rest van Europa, later dit jaar. Beide acts zullen daarbij zeker de nodige aandacht trekken en met hun unieke geluid kunnen imponeren. Toch doet verandering van spijs eten en is het de overweging waard een meer aardse jazzy Kilimanjaro-tune door het gehele programma te weven, waardoor je als luisteraar even kan aarden, zodat de ontstane ruimte in de hersenen je de kans geven de diepe spirituele lading en de zware rituele ondertonen opnieuw tot je te kunnen nemen. (Recensie betreft eerste set voor de pauze; lees recensie cd ‘Succubus’ in Gonzo #94)