Het is dag vier van het Off Centre festival, en voor een laatste maal keert Gonzo (circus) terug naar de oude vertrouwde bestemming van de nacht.
Het is zaterdagavond. Na drie nachten ochtendgloren lig ik in schijncoma op de bank en staar al uren naar white noise op een beeldscherm. Er wordt gemijmerd over snurk en Klaas Vaak, o zo aanlokkelijk maar de plicht roept. En anders komt de Gonzo-beul mij wel halen. De klok zegt tijd en ik slof naar het huis van gewoonte voor de laatste etappe van het Off Centre festival. Tenslotte heeft het bioritme na twaalven inmiddels zijn muzikale fix nodig.
De levensloop van Kevin Martin is sterk gekleurd en indrukwekkend, en al jaren een Gonzo (circus) favoriet. Met passages als Techno Animal, Ice en God (telkens met Justin Broadrick) en een berg andere nevenprojecten, is na de overstuurde raggadub onder het alter ego The Bug, King Midas Sound zijn hoofdbezigheid van dit moment. Opvolgend na een mammoetcatalogus aan overstuurd geweld sijpelt de laatste jaren meer ingetogenheid in zijn werk, en lijkt King Midas Sound een logisch rustpunt met meer venijn dan eerste luisterbeurten doen beseffen. Het album ‘Waiting For You’ heeft vele raakvlakken met labelgenoot Burial, maar is bij vlagen scherper, spannender en ongrijpbaarder. En met een smetteloze live-reputatie (alhoewel ingewijden nog steeds mistroostig het hoofd laten zakken bij herinneringen aan optredens onder alter ego God) op zak is het vertrouwen groot deze nacht, en stemt King Midas als eerste op het tijdstabel genoegen en zin.
Vocalisten Roger Robinson en Hitomi staan zij aan zij, met Martin in de hoek van het podium met hoody en pet gebogen over apparatuur en allerhande. Uiteraard komen vele tracks van ‘Waiting For You’ voorbij, en houdt Martin fantastisch balans tussen de warme, sfeervolle zang van Robinson en Hitomi en zijn eigen pallet aan rauwe en lome beats. Waar de plaat de mystiek van de rust opzoekt, trekt Martin live alle registers open. Met knappe kanttekening dat hij zich enerzijds dienstbaar opstelt richting de vocalisten , en anderzijds genadeloos de aanval inzet met uitwassen naar pure distortion en overstuurde breaks. Met sublieme opbouw golft de energie en schiet het publiek naar pure extase. Althans, aan mijn kant van de zaal. Ergens herkennen we nog een oude Techno Animal track op ‘Demonoid’, en heeft na al die jaren nog geen enkele kracht ingeboet. King Midas Sound was perfectie op dat moment, en doet beseffen dat geen mens dit deze nacht meer kan overtreffen. Een kniebuiging naar Kevin Martin is op zijn plaats, nog steeds verandert alles wat hij aanraakt in goud.
Het is even bijkomen in het Melkweg café waar de stoet aan bekenden en onbekenden zorgt voor nachtgebral en bierpraat. Een verhitte discussie over de zin en onzin van commercie aan de hand van lijdend voorwerpen Johnny Depp, Peter Christopherson en Throbbing Gristle was even nodeloos als vermoeiend en zal u verder aan de kont roesten, maar zorgde er wel voor dat het werk even werd vergeten en het optreden van Mount Kimbie als geheel gemist kan worden beschouwd. Jullie worden bedankt (u weet wie u bent) en probeer de schade bij James Blake in te halen. Het publiek heeft er – anders dan de vrijdag – wel zin in en is de stemming opperbest en daar gaat het tenslotte ook om. Afsluiter Mala van de Digital Mystikz is al lang een grootheid en doet wat hij moet doen. Schakelend tussen verknipte hip-hop, sferische dubstep en dansvloerknallers eet de zaal uit zijn hand. Ik vraag mij af hoe laat het is. Inmiddels slaat de klok 5:30 en is Mala nog steeds bezig aan zijn laatste plaat. Nu wil ik niet meer naar huis, en is het goed zo. De Melkweg is mijn onderkomen en Klaas Vaak is verjaagd. Maar aan alles komt een einde. Het licht gaat aan, het geluid verstilt, nu is het klaar.
Al met al was het een geslaagd festival. Dopplereffekt, The Field en King Midas Sound waren live de uitschieters, en stonden Freek Fabricius, Juha en Mala voor de beste sets garant, en er was nog veel meer. Gelukkig was er ook voldoende aandacht voor Nederlands talent, en laat Off Centre zien dat een meerdaags binnenfestival met iedere dag een relevant programma wel mogelijk is, en biedt alles wat zo erbarmelijk wordt gemist op het al jaren muzikaal afglijdende 5 Days Off festival (de Pinkpop onder de dancefestivals, maar blijft wonderwel uitverkopen). Maar toch, qua bezoekers was er een mindere opkomst dan beoogd, en is moeilijk te vertellen waar dat aan zou kunnen liggen. Het begin is altijd moeilijk? Zijn de tijden van puur op namen afkomen voorbij bij het danspubliek? Gaat men alleen voor de locatie en naamsbekendheid van het concept? Het blijft gissen, maar ik hou het op een combinatie van dat alles. Overigens is de pretentie ‘vernieuwende muziek’ die Off Centre graag wil vertonen niet helemaal terecht. Daar was het experiment, en de voorhoede aan nieuwe acts te onderbelicht voor, en moet het programma in de nacht trouw blijven aan de dansbehoefte van de bezoekers, maar voor een eerste maal kunnen geen grote risico’s worden genomen. Zo werkt het nu eenmaal tegenwoordig. Ook de kunst was wat weggemoffeld in hoeken van het Melkwegpand zodat bezoekers dat veelal niet hebben meegekregen. Maar met het affiche aan gesettelde, relevante namen is een uitstekend programma samengesteld, en hoop ik volgend jaar op een mooie tweede editie. Ondergetekende zet de wekker alvast.