Vierde verslag van het 17de nieuwe muziek festival November Music, dat plaats vond van 11 t/m 15 november in Den Bosch.
Slagwerker Michael Wertmüller, bassist Marino Pliakas, pianist Ernst Surberg en Mouse On Mars elektronicawizard Jan St. Werner (ook o.a. Lithops, DJ Collapse, Von Südenfed) confronteren de bezoekers op zaterdagavond met een aaneenschakeling van electro acoustische lawaai erupties. Tijdens de eerste nummers (voor zover je ergens een begin en een eind denkt te herkennen) vliegen de laptop/synth bombardementen, drum salvo’s, piano kanonnades en onderbuikse basgitaar brommen om je oren. Het fragmentarische karakter van gelegenheidsgezelschap Pesthauch Der Entropie zorgt er voor dat de stukken transparant klinken. Korte heftige klankexplosies en gespleten stilte passages laten de muziek uitéén spatten en vervliegen. Het geheel wordt ongrijpbaar en wil daardoor niet aarden. Het is de eigentijdse verklanking van de digitale en informatieve chaos om ons heen. Werner zegt daar in een recent interview over: ‘I try to handle sounds in the best possible way to let them expand, interfere with other sounds, mutate or even be dysfunctional’. Het concert bestaat dus uit ontregeling en disbalans. Ongeveer vergelijkbaar met het consumeren van free-jazz en vrije improvisatie sessies. Hoewel deze electro-jazz vorm grotendeels wel georchestreerd is. Pesthauch Der Entropie zorgt zo nu en dan best voor sterke momenten. Zo is er de zeer expressionistische en fabelachtige inkleuring van pianist Ernst Surberg. En drijft drummer Michael Wertmüller het tempo af en toe stuwend op, om het vrijwel direct weer in de vertraging te gooien. Onpersoonlijke en emotieloze muziek, die toch wel degelijk raakt en je niet los laat. Hmmm!
Gewaagd! De organisatie van het festival heeft besloten Dansmachine4 van Jérôme Siegelaer hoofdact te laten zijn. Nu is het gemiddelde November Music publiek niet bekend met drone-metal. Hoewel het genre al meer dan tien jaar een lichte opmars maakt, ligt deze stijl binnen de avant-garde muziekwereld duidelijk ongemakkelijk. En dat is merkbaar voor de rest van de avond. Drone- metal, ook wel doom-metal of dark-ambient genoemd, vraagt om een specifieke luisterhouding. En laten we eerlijk zijn. Het genre ligt je of niet. Als je daarbij ook de vergelijking maakt met Pesthauch Der Entropie, dan heb je bij Dansmachine4 plots te maken met persoonlijke en emotievolle muziek. Misschien waren dit wel enkele redenen dat een deel van het (muzikanten)publiek afhaakte. Want van virtuositeit op het gebied van instrumentgebruik is bij drone-metal in de basis ook al geen sprake. Hoewel metalheads over het algemeen beschikken over een ongelofelijk snelle gitaartechniek, ligt het accent bij drone-metal op de langdurig aangehouden snaarvibraties. De drie gitaristen Ivar Bjørnson (Enslaved), Grutle Kjellson (Enslaved) en Inge Rypdal (Emmerhoff & The Melancholy Babies) laten dan ook ieder hun instrument eindeloos doorzingen in alle mogelijke toonaarden. Wat ze helaas missen is de vakkundigheid te spelen met in- en ontspanning. Een drone ontstaat pas op het moment dat de spanning dusdanig subtiel wordt opgebouwd, dat daadwerkelijk de ultieme klankclimax wordt bereikt. Geraak je in die fase, dan kom je in trance, waaruit dansbewegingen kunnen voortvloeien. Harmonieën, volume en ritmische zwevingen van onder- en boventonen spelen daarbij een essentiële rol. Hierin blijven Bjørnson, Kjellson en Rypdal mijlenver achter bij genregenoten als SunnO)), Fear Falls Burning en Ascend. Daarbij werd in W2 ook te weinig aandacht geschonken aan de hallucinerende projectie, die een belangrijke extra dimensie aan de muziek had kunnen geven. Los daarvan komen rookkanonnen en ruige langhaarbewegingen op zo’n moment misplaatst en zelfs lachwekkend over. En dan spreek ik me hier zelfs geeneens uit over de discutabele ‘live’-relatie tussen de projectie en het geluid. Bij het woord dansmachine zie en hoor ik toch duidelijk andere associaties. Gevolg; op deze wijze zullen de negatieve vooroordelen betreffende drone-metal alleen maar versterkt worden.