Ik zag Arnold de Boer met zijn Zea voor het eerst in een jongerencentrum in een klein dorp onder de rook van Eindhoven. Het zal eind jaren 1990 zijn geweest. Er was een levendige scene van wat we toen lo-fi begonnen te noemen met bands als Zea, Zoppo, John Wayne Shot Me, Feverdream en vele anderen. En het werd allemaal wel lo-fi genoemd, maar muzikaal was er eigenlijk geen échte gemene deler. Het enige dat al deze bands juist gemeen hadden was een verregaande DIY-mentaliteit: de bandleden regelden alles zelf. Die werkwijze resoneerde ook in dat jongerencentrum, waar we ook alles zelf regelden. Er was niets in dat dorp, behalve koeien, tractoren en composthopen. Verveling lag op de loer. Zoals Maarten Schermer het mooi verwoordt in zijn Kaap (p. 78): ‘Verveling doet wonderen voor de creativiteit.’ Dus zorgden wij er zelf dan maar voor dat we in ieder geval om de vrijdag in het plaatselijk jongerencentrum een bandje of twee hadden staan. En daar trad dus ook Zea een keer op.
Het is me voor het ter perse gaan van dit blad niet gelukt om Garnet Hertz’ boek over DIY, ‘Art and DIY Electronics’ dat Harold Schellinx aanhaalt in zijn Hoofd Stuk (p. 40) te lezen. Maar de verkorte samenvatting die Harold geeft resoneert zeker met mij, en wellicht ook met veel geïnterviewden in dit blad. Niet alleen met Arnold de Boer, maar bijvoorbeeld ook met Karnabahar (p. 10), van wie hun eerste optreden tijdens het DIY Fest in De Onderbroek in Nijmegen plaatsvond. Of met Ragana: het duo verontschuldigt zich vanaf pagina 18 zelfs bijna voor het aantrekken van mensen van buitenaf die nadenken over hun artwork en promotie. ‘We hebben heel lang alles zelf gedaan, van shows boeken en opnemen tot merch en mailorders. Dat blijven we ook deels doen, maar dit soort ondersteuning geeft ons nieuwe ruimte voor creativiteit.’
DIY is dus niet alleen het zélf doen, maar ook de juiste mensen om je heen zoeken om een gezamenlijke droom waar te maken. Zoals ook Hertz’ schrijft: ‘Do-it-yourself is geen beweging, het is een mindset’ (…) Het draait (…) om geëngageerde, belichaamde en procesgerichte interactie met fysieke artefacten: de diy-er doet ‘het’ met wat er maar voorhanden is, zonder winstoogmerk, in eigen beheer (…). Diyers zijn de stoute kinderen, de spijbelaars, de dromers. Het zijn de artistieke vrijbuiters, de piraten. Het zijn óók de narren, die onze keizers zonder kleren ongevraagd een spiegel voorhouden.’ In dit licht heeft Ragana dus nog wel degelijk een DIY-mentaliteit.
Terwijl ik dit editoriaal schrijf is mijn handtekening onder een contract voor een nieuw huis nog maar amper droog. Daar moet nog heel veel aan gebeuren. En daar lig ik wakker van, want mijn idee van doe-het-zelven is dus juist het uitserveren van biertjes bij dat jongerencentrum waar Zea optrad. Of het rammen op een toetsenbord om een mooi blad te maken. Niet het rammen met een hamer… Ik troost mij dus in de verschillende invullingen van DIY die in dit blad naar voren komen: het kan ook gaan om de juiste mensen bij elkaar zoeken. Hopelijk is hun winstoogmerk dat biertje dat ik dus wél kan uitserveren. Maar ik vrees dat ik net zo vaak moet rammen op een toetsenbord om een factuur te betalen. Dat doe ik dan wel zelf…
Veel luister- en leesplezier.
Tijs Heesterbeek
Hoofdredacteur
PS: Een van die composthopen in het dorp met dat jongerencentrum was een maand geleden zelfs nog landelijk nieuws in Nederland. Een gerichte Google-search doet wonderen.