Op zich is er weinig mis met de bezetting van het Kees Hazevoet Quartet, dat in 1970 de plaat Pleasure uitbracht. Van de vier muzikanten -Hazevoet (piano, klarinet, trompet), Kris Wenders (altsaxofoon), Arjen Gorter (bas) en Louis Moholo (drums)- behoorden er in die dagen drie tot de top. Twee jaar later kreeg Hazevoet de grote Nederlandse jazzprijs (toen Wessel Ilckenprijs geheten, tegenwoordig Boy Edgarprijs), Gorter speelde en speelt!- in het Willem Breuker Kollektief en Moholo behoorde toen tot de kern van de Zuid Afrikaanse muziekgemeenschap in Londen. Alleen Wenders was niet alleen toen relatief onbekend, sindsdien heeft bijna niemand meer van hem gehoord.
Op Pleasure heruitgebracht op cd door in de serie Unheard Music Series (UMS) van het label Atavistic- brengt het kwartet puur geïmproviseerde muziek. Dat wil zeggen: muziek zonder vooraf bedachte structuren. De muzikanten betraden het podium/studio met niet meer dan een rudimentair idee: een loopje, een vage melodie. De uitwerking lieten ze over aan de inspiratie van het moment. In tegenstelling tot wat je zou verwachten, leverde (en levert!) dit in veel gevallen zeer geslaagde muziek op. Helaas behoren de improvisaties op Pleasure hier niet toe.
Hazevoet is geen geweldig muzikant. Als improvisator oversteeg hij regelmatig zijn kunnen, maar technisch liet hij het vaak afweten. Ook ook Pleasure. Terwijl Gorter en Moholo de werkelijke giganten in dit kwartet- voor een stuwende en uitdagende ritmische basis zorgen, treden Wenders en Hazevoet op de voorgrond met extatische solos.
Slecht is het allemaal niet, zeker niet gezien in historisch perspectief. Pleasure laat goed horen hoe er 35 jaar geleden geïmproviseerd werd in Nederland. En laten we wel wezen- daaruit is wel een improscene ontstaan waar tegenwoordig internationaal niemand meer omheen kan.
Een andere heruitgave op UMS betreft de cd ´On The Waiting List´, die de Italiaanse altsaxofonist Mario Schiani in 1973 maakte met een grotere formatie. Schiano geldt als één van de grondleggers van de vrije improvisatie-scene in Italië. Het grootste verschil met ´Pleasure´ is dat aan de vrije improvisaties die ook op ´On The Waiting List´ te horen zijn, de degelijke composities van Schiano ten grondslag liggen. Andere belangrijke verschillen zijn de meer ingetogen aanpak van de Italiaanse improvisatoren en de grotere lyriek. Op ´On The Waiting List´ geen spierballenvertoon, zoals op ´Pleasure´, maar ruimte voor verfijnde improvisaties.
De basisformatie waarmee Schiano ´ Op ´On The Waiting List´ maakte, is een kwintet; op een aantal nummers spelen meer musici. Eén van de gastmuzikanten is de trombonegigant Giancarlo Schiaffini. Een andere gastmuzikant die hier op één nummer schittert op prepared piano is het in 1984 vroegtijdig overleden talent Domenico Guaccero.
Vergeleken met ´On The Waiting List´ klinkt de Nederlanders op ´Pleasure´ gedateerd, wat voor de Italianen minder geldt. Een hoogtepunt uit de Italiaanse impromuziek is ´On The Waiting List´ evenwel niet. Wat dat betreft zou het goed zijn als de samenstellers van de Unheard Music Series zich een meer kritische houding aanmeten. De juweeltjes uit het verleden, daar gaat het om. Niet om de tweede garnituur.