S/t

Bepaalde platen kunnen bepaalde herinneringen blijven oproepen in een mensenleven. Telkens wij iets horen van Jason Molina (Magnolia Electric Co.) moeten wij terugdenken aan ‘The Lioness’ van zijn vorige groep Songs: Ohia. Herinneringen aan een soms eenzame periode. Een periode waarin we ons wel eens durfden te wentelen in de weltschmerz die op deze plaat werd tentoongespreid. Deze herinneringen worden nu ook terug opgeroepen in zijn samenwerking met de soms gespleten muzikale persoonlijkheid Will Johnson. Aan de ene kant is er de indierock van Centro-matic, aan de andere kant de ingetogen folk van South San Gabriel. Deze samenwerking ontstond toen ze elkaar ontmoeten na een optreden van Magnolia Electric Co. in Austin. Ze raakten aan de praat, wisselden telefoonnummers uit en twee jaar later is er deze plaat. Een album dat werd opgenomen in het piepkleine dorpje Argyle (Texas). Tijdens een periode van tien dagen sloten de twee zich op in de huisstudio van Johnson om bier te drinken, sigaretten te roken en samen muziek te maken, soms samen met vrienden. De neerslag van die periode is te vinden op deze plaat. En hoewel we de vertrouwde stemmen van beide mannen mooi bij elkaar horen passen is er toch soms het gevoel dat er veel meer in deze plaat had kunnen zitten. Er staan net iets te veel nummers op het album om het de hele (trage) rit spannend te houden. Hoewel het dus soms durft af te glijden, staan er ook mooie uitschieters op deze plaat zoals ‘Twenty Cycles To The Ground’ of ‘Lenore’s Lullaby’. Die nummers alleen al tillen het album boven de middelmaat uit. Ver boven de middelmaat. En dat is niets minder dan we van deze twee rasmuzikanten mochten verwachten. Maar er zat volgens ons zoveel meer bedwelmende schoonheid in.

tekst:
Maarten Timmermans
beeld:
MolinaAndJohnson_St
geplaatst:
ma 5 jan 2015

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!