Het verhaal van Gary Higgins zal ondertussen wel genoegzaam bekend zijn, zeker? Sta ons toe om m voor het gemak het mannelijke equivalent van Vashti Bunyan te noemen. In 1973 één plaat Red Hash uitgebracht en vervolgens niks meer van zich laten horen. Niét omdat Higgins zoals Bunyan in een huifkar de wereld achter zich zou hebben gelaten, wél omdat hij de nor indraaide voor drugsbezit. Daarna: een vrouw, een kind en fin de carrière voor Higgins. Red Hash behaalde ondertussen in bepaalde middens wél een legendarische status. Met name Ben Chasny (Six Organs of Admittance, Comets on Fire) was de belangrijkste advocaat van de plaat, met als resultaat een reissue in 2005. De opvolger van Red Hash is er nu, zesendertig jaar na datum, en we geven het maar meteen mee: Seconds is een flinke sof. Het begint allemaal nog veelbelovend. In het met dikke lagen synth flutes en belletjes gelardeerde Little Squirrel klinkt Higgins zowaar als Robert Wyatt die eindelijk de baard in de keel heeft gekregen. En Ten-Speed herinnert aan de beste Alex Chilton. En de beste Chilton, dat is voor ons nog steeds de verwarde Chilton van Big Stars Sister Lovers / Third. Maar halverwege Ten-Speed (pas het derde nummer, overigens) is het vet al definitief van de soep. Naar het eind wordt die song namelijk genadeloos de strot afgesneden door de meest verlammend-clichématige akoestische solopriegelarij die wij in jaren hoorden (en wij hebben nochtans nog zéér recent naar Patience van GunsnRoses geluisterd). En daar blijft het schoentje een beetje wringen. Mr. Blew met die onnozele voice over in de intro en het clichématige en horterige drumwerk òòk een powerballad van Axl Rose en zijn huidig clubje studiomuzikanten kunnen zijn. Het zevende en laatste nummer Dont Wanna Lose, maakt nog enigszins één en ander goed, omdat het hilarische FM-rock is, een genre waarvan wij dachten dat het officieel uitgestorven was
Meneer Higgins, Gary, we wéten dat u slechte herinneringen heeft aan de nor, maar we willen er toch vriendelijk op aandringen dat u voor een volgende opnamesessie een grote mand paddestoelen de studio insmokkelt. En stuurt u gerust uw huidige band de laan uit naar het schijnt zou Ben Chasny met zéér veel plezier een psychedelisch gitaartje komen inspelen.